1
Alsaan het eind van de 19eeeuwdeeer-
ste stoomgemalen worden gebouwd,
tonen ook de Thoolse polderbestuurders
daar interesse in. Tijdens het zeer natte
jaar 1881 staan grote delen van het laag
gelegen centrale deel van het eiland
maandenlang onder water en dat heeft
tot gevolg dat nog datzelfde jaar ir.
Labrijn uit Zierikzee in opdracht van de
Thoolse waterschappen een rapport
maakt, waarin hij pleit voor de bouw van
drie stoomgemalen om van de ellende af
te komen.
Drie gemalen
Het zal echter nog jaren duren eer die drie
gemalen gebouwd worden. De verdeling
van de kosten onder de boeren vormt een
probleem dat lang het struikelblok vormt.
Maar in 1900 wordt bij Oud-Vossemeer
het eerste gemaal gebouwd, waarna bij
Tholen-stad in 1906 het gemaal
'De Eendracht'verrijst.
Het derde gemaal is de 'Oosterschelde',
dat in 1910 onderaan de zeedijk bij de
Schelphoek verrijst. Het unieke is dat de
schoorsteen van 25 meter in het water
van de watergang wordt opgetrokken.
Dat gebeurt door de firma De Ridder uit
Oegstgeest, een van de twee schoorsteen
bouwers, die Nederland dan rijk is. Voor
e prijs van 1215 gulden wordt de pijp
opgetrokken. Intussen bouwt aannemer
J. Lindhout uit Oud-Vossemeer het gemaal
plus de machinistenwoning. In oktober is
alles bedrijfsklaar en begint het gemaal
Ontoelaatbaar
Nadat in 1928 het plan is gelanceerd
om over te schakelen op elektrische
bemaling, volgen enkele bewogen
vergaderingen van het waterschap
aan zijn karwei: de grootste polder van
Tholen (de Poortvlietpolder) droog
houden. Dat lukt aardig, tot men in
1925 besluit ook de afwatering van
de Broek- en Roolandpolder door de
'Oosterschelde'te laten doen. Dat blijkt
een brug te ver; in de winter is de
capaciteit van het stoomgemaal
onvoldoende.
Poortvliet, waarbij voor- en tegenstan
ders elkaar fel bekampen. Uiteindelijk
winnen de voorstanders van een elek
trisch gemaal met 50 tegen 41 stem
men. Maar het plan om de stoomma
chine in de'Oosterschelde'te vervan
gen door een elektrisch gemaal, wordt
afgeschoten door waterbouwkundige,
prof. Visser. Want er zal een dikkere pijp
door de zeedijk moeten worden
gegraven om het water af te voeren en
dat noemt hij 'op ontoelaatbare wijze
wroeten in het dijklichaam'. Hij vreest
dat de zeedijk er te zwak door zal
worden bij zware storm.
Landschapsbeheer Zeeland Najaar 2022 Samenwerken aan ons cultuurlandschap
14
15