Een halfjaar ervaringen in Duitschland Aha! Das ïst jdïe kleine aus Holland Nederl. federatie van iandelijke rijvereenigingen (Van den Landstand persdienst-redacteur) u er wederom landjeugd naar Duitschland zal gaan en Duitsche meisjes voor hen in de Nederlandsche boerenbedrijven zullen komen, had een verslaggever van den Landstand-persdienst een'onderhoud met een der Nederlandsche meisjes, die vorig jaar naar Duitschland trokken om daar een half jaar op een boerenbedrijf te werken. We vroegen Jo van den Eyk uit Benthuizen na tuurlijk het eerst hoe de reis haar vorig jaar be vallen was en ronduit kregen wij ten antwoord: „Best!" De verhouding tusschen de Nederlandsche en Duitsche jeugd Was meer dan goed te noemen. Vele zorgelooze uren hebben we samen doorge bracht." „Dus geen spijt van gehad?" „Verre van dat! Ik heb er veel geleerd en gezien en ik kan iedereen aanbevelen daar ook eens 'n kijkje te gaan nemen. Het besluit er heen te gaan, was eigenlijk nals over kop genomen," lachte ze. „Zoodra ik, dat was 9 April 1941, het stukje van het toenmalige Agrarische Front in de krant las, met bovenschrift„Nederlandsche landjeugd naar Duitschland". besloot ik voor een half jaar naar het Derde Rijk te gaan. De voorbereidingen liepen vlot van stapel. Met 10 jongens en meisjes vertrokken we op 17 Mei, tot Oldenzaal uitgeleide gedaan door den heer Ten Gate van het Agrarisch Front." „En wisten jelui al orecies waar je naar toe gina „We zouden aiien op een boerderij komen, waar we opgenomen zouden worden in het huisgezin. Als tegenprestatie moesten we op de boerderij ttiet alles meehelpen. We gingen voor een half jaar naar het Weser-Emsgebied in de provincie Han nover. Zooveel mogelijk was geprobeerd 2 per sonen in één dorp te houden. Met nog een meisje werd ik onder de gemeente Badbergen onderge bracht. Onze toekométige huisgenooten kwamen ons ai van het station afhalen, twee vrouwen, die hun „Hollanderinnen" uit den trein hielpen. Ge weldig hartelijk werden we verwelkomd," glunder de ze nog na. „En op de boerderij stond de chef ons ai op te wachten in z'n groen jagers-uniform en hoed met veer. En alweer even hartelijk: ..Aha, das ist die Kleine aus Holland, seien Sie Wil kommen!" Een stevige handdruk bevestigde z'n welkomstwoorden en direct zorgde hij voor m'n koffers. Wat is er veel verschil tusschen de Zuid- Hollandsche boerderij en de Noord-Duitsche! Ter wijl onze huizen meer en meer z.g. „steedsch" gebouwd worden, behouden zij het landelijke type. In mijn omgeving waren de boerderijen allen in Neder-Saksischen stij; gebouwd. Direct na aankomst loodste menmij in een groote, gezellige keuken, waar men mij brood, ham, spek en eieren voorzette. Ze eten in Duitsch land over het algemeen meer vleescb en spek dan hier. In plaats van drie hebben ze ook vijf maaltijden! Stomverbaasd stond ik over de hoe veelheid koek, die wekelijks gebakken wordt „Dus ook daar noudt de Landstand van stevig eten," constateerden wi,. Maar de Nederlandsche jongens en meisjes, die er dit jaar heen gaan. zullen wel wat van het bedrijf willen weten Hoe is dat daar in oorlogstijd? ^„De vrouw op de boerderij daar is het punt, waar alles om draait," vervolgt mej. van Egk, vooral nu alle jonge krachten weg zijn. De koeien, kalve ren, varkens en Einder vee worden allemaal door de vrouw verzorgd 's Morgens stonden de vrouw des huizes, de meid en ik vroeg op. De boer zelf was niet instaat werk te doen. daar hij oorolgsinvalide is. Als vaste werkkrachten waren verder op de boerderij een Fransche krijgsgevangene, die 's nachts in, 'n kamp blijft, doch van 's morgens ongeveer. 7 uur tot 's avonds 7 uur op de boerderij is en een Pool, die dag en nacht daar is. Direct na het melken s morgéns gingen de meid en de Pool de varkens en andere dieren verzorgen. M'n pleegmoeder ging pannekoeken bakken en mijn persoontje verdween in ..den Flur" een soort huiskamer, met veger, emmer water plus dweil om den vloer te reinigen. Die was gemaakt uit roode en witte tegels, wat ten eerste erg ge zellig is en ten tweede gemakkelijk en goed te reinigen. Na dan nog vlug op de maat van de muziek stof afgenomen te hebben, haastte ik mij naar de keuken, waar tegen dien tijd de ✓panne koeken klaar stonden. Daar verschenen onderfus- schen ook de anderen, zoodat we Konden aan schuiven om den pannekoek te verorberen. En om negen uur werd dan weer ontbeten. Na het ontbijt bleef een der vrouwen thuis om te koken, de twee anderen gingen met den Franschman en den Pool naar het land. Bij mijn aankomst was het wied- tijd Zoo toog ik dan 's Maandags reeds met de boerin naar het and om bieten te wieden. Hoewel ik zelf boerendochter ben. stonden m'n handen in het begin wel wat verkeerd. Maar ik heb ze daar goed leeren gebruiken," lachte ze. „En 's Zater dags was het altijd de dag om den tuin voor den Zondag in orde maken". „En verder?" wilden we weten. „Omstreeks Juni kwam de hooibouw. Toen het gras droog was, gingen wij 's morgens direct na het ontbijt het land in. Bij zulke gelegenheden kwam de buurman "met vrouw en dochter ons helpen. Die woont op een klein boerderij'tje. dat aan de boerderij hoort. Iedere buurman heeft ge middeld 5 6 koeien, een paar varkens, één paard en 7 a 8 h.a. land. Wanneer er op de boerderij veel te doen is, <omt hij ook helpen. Is dit niet het gevax,' dan werkt hij op zijn eigen bedrijf." En met gepaste trots, de tróts van een echte boerendichter, die weet, wat oogsten beteekent, vervolgde ze: „In Augustus kregen we den korenbouw met veel inspanning droog binnenondertusschen plukten we ook de appelen en pruimen, waarvan ze er een heele massa hadden. In September en October rooiden we de aardappelen en bieten en bij al deze werkzaamheden helpt de boerin." Dus die~heeft wel een heel druk leven? „Ja, voi bewondering ben ik voor deze Duitsche vrouwen, die zooveel zorgen en moeilijkheden hebben, nu hun mannen en zoons aan het frpnt staan, en die toch zoo opgewekt en vol vertrou wen zijn." „En was het „altijd maar werken," wat de klok sloeg?" „O neen, zoo nu en dan maakten m'n pleegmoeder en ik uitstapjes in de omgeving, meestal op ons „Rad", vaak ook met den trein. Zoo liet ze me veel bezienswaardigheden zien. De menschen zijn er over het algemeen heel hartelijk en gul. Als er visite komt, wordt er een heele drukte van ge maakt. Er wordt koffie gezet en de tafel wordt gedekt met het mooiste servies. Ook wordt er ge zorgd, dat er verschillende soorten koek of gebak is." En nu nog een paar bijzonderheden over de om geving en verpoozing, zoo vroegen we. „Iedere boerderij heeft daar een eigen stuk bosch. Interessant is het 's avonds over die smalle zand weggetjes te loopen en overal de geluiden van de "dieren te hooren. Hier en daar zag je dan een reeënpapa en -mama loopen met een jong reetje. Vóór ik een~week in m'n nieuw tehuis was. ont moette ik de Führerin van de B. D. M., de Bund von Deutschen Madeln. Ze vroeg of ik in den tijd, dien ik in hun dorp zou doorbrengen, in hun gToep wilde komen, 'wat ik natuurlijk graag deed. De B. D. M. doet van alles. De afdeeling, waaraan ik was, heeft dezen zomer een tuin gemaakt en ver zorgd. Ook werd er veel aan sport gedaan. Het zingen en volksdansen werden ook enthousiast beoefend. Wanneer er tijd was, trokken wij er met goedgevulde tasch op ons stalen ros op uit". „We weten genoeg," zoOk.besloten we het prettige onderhoud, om de Nederlandsche Landjeugd mee te deelen. We zullen het verblijf op een Dultsch boerenbedrijf warm aanbevelen aan alle onderne mende jóngeren, die wat leeren en wat genieten willen." „Doet U dat gerust uit mijn naam!" zoo had de vrouw weer het laatste woord. Hetgeen we hierbij dan ook inderdaad doen! De landjeugd heeft zich bij de uitzen ding aan de volgende 13 punten te houden: 1. De deelnemers moeten, wat hun karakter voorkomen en vakbekwaamheid betreft, ge schikt zijn om den Nederlandschen boeren stand in het Duitsche Rijk op waardige wijze te kunnen vertegenwoordigen. 2. Het meisje moet 17 en de jongen 19 jaar oud zijn en goed gezond. 3. De naar het Duitsche Rijk gaande Neder landsche jongeren moeten bedenken, dat zij uitgezonden worden om te leeren en niet om hun gastheer en een meening op te dringen. Je moet ook in het Duitsche Rijk niet als betweter optreden, maar niettemin, wactr het past, kan je je gastheer op bescheiden wijze met de Nederlandsche arbeidsmethoden en gebruiken op de hoogte brengen. If. De uitwisseling gebeurt gedurende 'één jaar. Aanvangende dadelijk na Paschen, dus mid den April. Verzoeken voor ruiling moeten ingediend zijn vóór 15 Februari 19J,2 bij Afd. 1. D. van den Ned. Landstand, Zeestraat 71b, Den Haag, waarin toezending van een aan meldingsformulier volgt. 5. De Nederlandsche en Duitsche deelnemers komen allen gezamenlijk vóór de uitwisse ling een week bij elkaar in Nederland. Hier kunnen ze elkaar leeren kennen en iets over hun bedrijf en (of) huishouding vertellen. 6. Deze bijeenkomst dient om de deelnemers bekend te maken met de politiekeeconomi sche en cultureele verhoudingen in het land van herkomst. Hier wordt hun ook medege- Groninger Maatschappij van Land bouw opgelost in den Landstand. De Landstandpersdienst meldt, dat bij be sluit van den Boerenleider, hoofd van den N ederlandschen Landstand, de, bij dén N ederlandschen Landstand aangesloten Groninger Maatschappij van Landbouw in den Nederlandschen Landstand is opgelost. deeld, hoe zij zich bij hun verblijf in het land van hun gastheer en moeten gedragen. 7. De deelnemers moeten over de navolgende officieele beschejden beschikken: a. Bewijs goed gedrag, af te geven door het Hoofd der Plaatselijke politie. b. Geldig paspoort, bewijs van Nederlander schap of persoonbewijs. c. Bij de aanvrage moeten drie goed ge lijkende foto*s worden ingeleverd. 8. Uit de gezamenlijke bijeenkomst in Neder land ontstaan voor de deelnemers geen kosten. 9. Er bestaat ruil gele genheid met boerendoch ters uit Oldenburg, Weser-EmsgebiedHan nover. Westfalen en Rijnland. 10. De deelnemers worden m het gezin van hun gastheer van weerskanten opgenomen en ontvangen maandelijks een zakgeld van 15 n d 20 R.M. of 10 d 15 gld. 11. Een eenvoudige hieedmg, zooals thuis ge bruikelijk, ook werkkleedingis passend. Men rekene met de behoefte aan ondergoed enz. voor den tijd van het verblijf. Ook poetsgoed en naaigerei neme men mede. 12. De deelnemers doen actieJ mede aan het leven en werken der Duitsche Landjeugd. Ze verplichten zich aan Afd. 1. D. van den Landstand mededeèling te doen over hun verblijf in het Duitschet Rijk. 13. Aanmelding geschiedt op de daarvoor be stemde aanvraagformulieren verkrijgbaar bij Afd. I. D. van den Nederlandschen Land stand. Het werkplan van 1942 IN verband met de financieele positie der federatie is het niet goed mogelijk ^en uitvoerig werkplan voor het komende seizoen op te stel len. Te meer wordt dit bemoeilijkt door de bij zondere omstandigheden, waarin ons land zich thans bevindt en waardoor ondermeer het hou den van wedstrijden, cursussen, bijeenkomsten e.d. ten zeerste wordt bemoeilijkt. De werkzaam heden zullen dus afhankelijk zijn van de finan cieele mogelijkheden, van verkeersomstandig heden. en niet in het laatst van het volhouden van den nog overgebleven Kern van landelijke ruiters. Gezien het resultaat in het afgeloopen werkjaar, zoowel wat betreft de activiteit der leden, alsmede de financieele resultaten, is de federatie niet pessimistisch. Er is nog steeds een kern van geestdriftige voorstanders der landelijke ruièers overgebleven en het is op dezen kern, dat een beroep wordt gedaan om te zorgen1, dat de mooie en nuttige plattelands organisatie in stand blijft, teneinde zich voor te bereiden voor de groote, uitvoerige en ingrijpen de taak, die haar straks wacht. Op dit punt kan op het oogenblik nog niet nader worden ingegaan, doch wel kunnen wij mededeelen, dat de landelijke ruitersport gekomen is aan den zoolang verwachten mijlpaal, te weten de offi cieele erkenning als belangrijke organisatie voor den boerenstand en haar inschakeling op zeer breeden basis ten behoeve van alle paarden- gebruikers. Nagegaan zal worden in hoeverre het weer mogelijk zal zijn evenals in het vorig jaar cursussen te geven. Hoewel het niet altijd mogelijk is om het paard rijden^ te beoefenen, blijft toch voor het volgen van schriftelijke en mondelinge cursussen voor vrijwel elkeen nog .volop gelegenheid aanwezig. Deze cursussen zijn minstens zoo belangrijk als het beoefenen van he+ paardrijden, omdat men zich daardoor een behoorlijke algemeene ontwik keling op hippisch gebied eigen kan maken, welke kennis voor eiken paardengebruiker vooral in den tegenwoordigen tijd van niet te onderschatten beteekenis is. Hoe het wed strijdwezen zich dit jaar zal ontwikkelen is moeilijk te zeggen. Het is echter wel vrij zeker, dat goed opgezette wedstrijddagen, théns groote kans van slagen hebben, zoowel in sportief als in financieele opzicht. Met het oprichten van nieuwe rijvereenigingen en het weer in leven roepen van „slapende' afdeelingen zal energiek worden voortgegaan. De moeilijkheden t.a.v. kleeding en hornachementen kupnen met eenigen goeden wil worden opgelost, zooals vorig jaar reeds bleek. Het paardenmateriaal zal nog de minst moeilijke puzzle opleveren.

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1942 | | pagina 12