4<n Er is een nieuwe tijd voor den boer Door de stichting van den Landstand DE LANDSTAND 1e Jaargang Nummer 6 Dit weekblad wordt aan de leden y. d. Neder landschen Landstand kosteloos toegezonden. Voor niet leden: 1 5.per Jaar 1.25 per 3 mnd. 2.50 per Jaar f 0.65 per 3 mnd. voor het blad van één prov. voor Iedere provinciale editie meer. Inc.k. 15 ct. RED ACTIE-ADRES GROOTE MARKT 20, GOES Donderdag 12 Februari 1942 Adv.prijzen: geh. oplage 1.75 p. r. voor gew. adv.; 4.75 p. r. voor Ing. Med. KI. adv. in 1 prov. blad: 50 ct. voor 1-20 woorden, 10 ct. voor iedere 5 w. meer. Gelegenh. tot plaatsen van adv. in comb, van prov. edities tegen sterk vermin derde prijzen. Bij contract belangrijke reductie. Vraagt inlichtingen: Uitgeverij ..Volk en Bodem", Kortenaeskade 10. Den Haag. DE oprichting van den Nederland- schen Landstand als publiekrechte lijk of openbaar lichaam is door ver schillende Nederlandsche boeren en ar beiders met gemengde gevoelens ont vangen. Dit is toch zeer onbegrijpelijk, omdat nu juist gaat gebeuren, hetgeen de övergroote meerderheid van de boe ren zelf zoo vurig heeft gehoopt en waarvoor zij jaren hebben gearbeid, n.l. één alles en allen omvattende boeren- organisatie. De verordening zegt n.l. dat allen, die deel hebben aan het productief maken van den Nederlandschen bodem met al hunne familieleden behooren tot den Nederlandschen Landstand. Het en kelvoudige feit, dat men boer is, dat men deel neemt aan het productief maken van den bodem of dat men tot de fami liekring der bovengenoemde groepen be hoort, doet zoo iemand lid zijn van den Landstand. Van het winnen, of zich op geven, als lid is dus geen sprake meer. Zoo goed als iemand, die met zijn gron den ligt binnen de" grenzen van een wa terschap (ook een publiekrechtelijk li chaam) lid is van dit waterschap, is iedere boer automatisch lid van den Landstand. Wanneer men zich even realiseert wat deze verordening beteekent, dan blijkt, dat met dit eene besluit een organisatie op agrarisch terrein in het leven is ge roepen met een ledental dat in de milli- oenen loopt. Wanneer men hier dan nog even aan toevoegt, dat de Nederlandsche Land stand een openbaar lichaam is in den zin van artikel 152 van de grondwet en verordende bevoegdheden heeft in den zin van artikel 153 der grondwet, dus een publiekrechtelijke bedrijfsorganisa tie is, die door het stellen van regelen de productie en tevens de prijsbeheersching (met in- achtneming van het algemeen belang) zelf ter -zijner tijd ter hand kan nemen, dan is het toch onbegrijpelijk, dat niet alle boeren en vooral niet de leidende figuren onder hen, gejubeld hebben bij deze zoo buitengewoon be langrijke gebeurtenis, waarbij het moge lijk zal blijken, de economische, sociale en cultureele positie van het platteland veilig te stellen. ,,Dit alles is niet geschiedt uit vrije wil door den boer", zboals de gelijke term luidt en daarom staan vooral de leiden de figuren uit de vröegere centrale landbouworganisaties er nog afwachtend tegenover. Doch de vrije wil was bij het bestaande crisisapparaat Ook zoek. Ieder moest lid zijn en toch zaten de kop stukken op hun gemak! „Opgebouwd uit vrijen wil door den vrijen boer", wat een schoone leuze, nu iedereen roept om ^vrijheid. Doch wat heeft die verheerlijkte vrijheid den boer gebracht in zijn maatschappelijke posi tie, in zijn stands- en bedrijfsorganisa tie? De boeren werden tot in het oneindige verdeeld. Niet alleen de boeren, ook de landarbeiders. Men had Roomsche-, Christelijke-, Neutrale-, boeren- èn land arbeidersorganisaties. Dan nog kleine boeren, pachtboeren, grondeigenaren, kaasboeren, kleiboeren, veenkólonialen en zandboeren en nog meerdere variaties, allen met hun eigen organisaties met vermeende tegenstel lingen. Soms voor het oog van de wereld een samengaan mèt de hoofdleiding, doch dan ook alleen in tijden van crisis. Op het breede terrein bij de leden echter zelf een verdachtmaking en concurren tie, die uiteindelijk elke innige samen werking moest torpedeeren. Dit alles is een gevolg van de zoo hoog geprezen vrijheid op het gebied der agrarische or ganisatie. Doch ook op het meer tech nische en bedrijfs economische terrein, waar politiek en godsdienst nog geen vat hadden op de massa, had de vrije orga nisatorische c ontwikkeling dikwijls de spot gedreven met alle mogelijke econo mische factoren zooals op het terrein van de fabriekmatige verwerking der melk. Ook in onze provincie zijn een veel te groot aantal kleine zuivelfabrieken soms heeft elk groot gehucht zijn eigen fabriek. De indeeling van de boerderijen over de verschillende fabrieken spot met de eenvoudige begrippen van economie. En wie denkt dat hier door den vrijen wil van den vrijen boer iets te bereiken is, moet dit eerst bij de hlind hebben ge had alvorens hierover een oordeel te kunnen vellen. Ook op het* gebied van de georganiseer de ziektebestrijding en wat hier ten nauwste mede samenhangt zien wij het zelfde beeld. Wat de één opbouwt door de bestrijding van de t.b.c.,abortus, schurft, runder horzel, enz. wordt door de groote onge bondenheid van den ander dikwijls weer afgebroken. Door verordenende bevoegd heden zal de Landstand zoodanige maat regelen in het leven moeten roepen, dat het belang van het algemeen zal zijn gediend en zullen wij ten behoeve vah het groote boerenbelang wel eens iets van onze vermeende vrijheid moeten prijsgeven. De geschiedenis heeft toch iedere eenvoudige boer geleerd, dat zijn groote vrijheid hem heeft gemaakt tot de uitgebuite en miskende, verdeeld in zichzelf. omvat per 1 Jan. j.l. alle zuivere Agrarische vereenigingen, enz. Voor 25 Februari ek moeten deze ver eenigingen, enz zich on geven. De Commissaris voor de niet-Commerci- eele Vereenigingen en Stichtingen maakt bekend dat, krachtens een door hem op grond van de verordening no. 41-1941 van den Rijkscommissaris voor het bezette Ne derlandsche gebied tot herordening op het gebied van de niet-commercieele vereeni gingen en stichtingen van 28 Februari 1941 genomen besluit en gelet op de arti kelen 2 en 3 van de verordening no. 196- 1941 van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied betreffende de oprichting van den Nederlandschen Landstand van 22 October 1941: alle ver eenigingen, lichamen, instellingen en stich tingen in Nederland, onafhankelijk van hun rechtsvorm en rechtspersoonlijkheid, voorzoover zij werkzaam zijn ter beharti ging van de belangen van de landelijke bevolking (met inbegrip van de binnen- en kustvisscherijbevolking) en ter^bewa- king van de eer van de standgenooten, en voor zoover zij geen openbaar lichaam zijn, geacht worden van 1 Januari 1942 te zijn aangesloten bij den Nederlandschen Landstand. Teneinde de tenuitvoerlegging van deze aansluiting te bewerkstelligen zijn deze vereenigingen, lichamen, instellingen en stichtingen verplicht zich onverwijld uiterlijk 25 Februari 1942 schriftelijk te richten: a) Tot den Nederlandschen Landstand, Zeestraat 69, Den Haag, indien de ver eenigingen enz. reeds ingeschreven waren bij het Commissariaat voor de niet- commercieele Vereenigingen en Stichtin gen, onder opgave van het betreffende registratienummer; b.) Tot den Commissaris voor de niet- Commercieele Vereenigingen en Stichtin gen, Waalsdorp er weg 72, Den Haag indien de vereenigingen enz. nog niet zijn inge schreven bij het Commissariaat voor de niet-Commercieéle Vereenigingen en Stichtingen. We zullen goed doen, niet te veel te schermen met het thema, „opgebouwd uit vrijen wil van den boer". Hoevelen hebben zich gedurende jaren, moeite noch kosten gespaard, om orga nisatorisch het boerenvolk aaneen te sluiten? Toch bleek, dat niet alleen onvoldoende werd bereikt, doch de versplintering steeds verder ging. Iedere boer, die dit rustig overweegt, kan maar tot één conclusie komen n.l. dat met de stichting van den Nederland schen Landstand een nieuwen tijd voor den boer wordt ingeluid. Iedere boer heeft dan ook de zedelijke plicht zich volledig in te zetten, om den Landstand te doen slagen. We zullen alle vermeende tegenstellin gen moeten opruimen. Allen samengebonden in misschien wel de grootste organisatie in Nederland, ge-

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1942 | | pagina 1