VAN DEN LANDSTAND
Ie Jaargang No. 12
Vrijdag 27 Maart 1942
afocUtarucl
REDACTIE-ADRES:
GROOTE MARKT 20, GOES
Ad».prijzen: gek. oplage 1.75 p. r. voor gew»
adv.; 4.75 p. r. voor Ing. Med. KI. adv. In 1
prov. blad: 50 ct. voor 1-20 woorden, 10 ct. voor
iedere 5 woorden meer, alleen bij vooruitbetaling.
Gelegenheid tot plaatsen van adv. In comb, van
prov. edities tegen sterk verminderde prijzen.
BIJ contract bel. reductie. Vraagt inl.: Uitgeverij
„Volk en Bodem". Kortenaerkade 10. Den Haag.
WIJ Nederlandsche boeren van Ger-
maanschen stam zijn geen noma
den. Geen menschen, die in horden van
het eene land naar het andere trekken,
zich nauwelijks den tijd gunrend het
door roofbouw uit te mergelen en ver
volgens ergens anders landstreken te
veroveren.
Volgens de nieuwste onderzoekingen is
een dergelijke geest het Germaansche
ras steeds vreemd geweest. Wel trokken
als het vaderland zijn toenemend aantal
inwoners niet meer kon voeden, kolonis
ten uit. Zeer zeker dreef naast den strijd
om het bestaan, ook de zucht naar
avontuur, het verlangen vreemde en ver
re landen te leeren kennen, hen, doch
diep in zijn hart koesterde ieder den
wensch om als hij dan toch niet naar
huis mocht terugkeeren, in den vreem
de een nieuw tehuis te stichten, een
plekje ,dat hij het zijne kon noemen,
dat hij zijn kinderen als erfgoed kon
overdragen. Deze tweeledige instelling,
de drang naar het verre en vreemde en
de hang aan het eigene behooren tot
het wezen van den Germaanschen boer.
En zij, die in dezen tijd hun gedachten
laten gaan over de boerencultuur en de
richting, waarin zij zich zal ontwikke-'
len, hebben hiermee duchtig rekening
te houden. Al hoort men tegenwoordig
dikwijls het woord volkseh, al heeft men
gelukkig den boer en den hoeren
eer weer ontdekt, des te meer dient er
voor gewaakt, dat de zoo laakbare en te
genwoordig zoo dikwijls gelaakte be
wondering voor alles wat uit den vreem
de en vooral wat uit de stad komt, niet
plaats maakt voor een streven van enkele
intellectueelen, die in een paar woorden
den boer nu gens even zullen vertellen
wat volksche cultuur, wat hoerenkunst
is.
Kunst is leven, kunst is het vormgeven
aan wat er in de ziel van een volk aan
hoogere en diepere verlangens leven. En
waar het zieleleven van den geestelijk
gezonden mensch zoo rijk, zoo schier
eindeloos gevarieerd is, is het uiterst
moeilijk een definitie van volksche cul
tuur en van echte hoerenkunst te ge
ven.
Immers een jongmensch van het platte
land zal hetzij bewust of onbewust han
gen aan de hoeve, waarop hij en mis
schien een lange reeks van zijn voor
ouders opgroeiden. Maar ook zal hij
vaak als hij op het veld werkt, een snel
trein naoogen en den wensch bij zich
op komen voelen mee te reizen naar den
vreemde.
Volksche tooneelstukken en boeren-
streekromans althans als zij met
kennis van zaken In zuiver gevoel ge
schreven zijn zijn op het platteland
zeer geliefd.
Maar daarnaast trekken lezingen van
wereldreizigers en boeken over ontdek
kingsreizen en geschiedenis velen.
Dit laatste heeft in een tijd, toen alles tot
object van geldverdienen werd gemaakt!
veel schade aangericht. Door allerlei
winstgevende maar goedkoope publica
ties, reproducties, meubelen enz. enz.
werd de smaak van de plattelanders
bedorven. Men moedigde zijn verlangen
om het vreemde te leeren kennen aan.
zooveelste rangs amusement en incou
rante fabrieksartikelen werden hem op
gediend als de nieuwste snufjes van de
beschaving der groote wereld.
Door het hem eigene bespottelijk te ma
ken schokte men zijn zelfvertrouwen en
vervreemde hem van zijn voorouders en
omgeving.
't Gevolg was, dat toen de crisis van '30
het platteland teisterde, zij een bevol
king tegenover zich vond, die ondanks
haar grootsche technische organisaties
door verdeeldheid en gebrek aan strijd
kracht zoo mogelijk nog machteloozer
was dan haar grootouders tijdens de cri
sis der tachtiger jaren van de vorige
eeuw.
Als de Landstand dan ook een belang
rijk deel van zijn energie besteedt aan
cultureele verheffing, geschiedt dit niet
'om den boer vermaak en verstrooiing te
geven doch om hem sterk en weerbaar
te maken voor den komenden tijd, waar
in ongetwijfeld ook voor het platteland
nog tal van moeilijkheden te overwinnen
zullen zijn.
Hier wacht inderdaad een grootsche taak
welke alleen maar kan worden volbracht
door een publiekrechtelijk lichaam, dat
in geen enkel opzicht van cultureel werk
een winstzaakje behoeft te maken.
Wel zal de Landstand rekening moeten
houden met bovengeschetsten drang
naar het vreemde. Doch bij het geven
van voorlichting en kunst zal hij besef
fen, dat het beste van het beste voor
Veehouders
Ruim terwille van de melk,
waaraan zoo'n groote be
hoefte bestaat, alle koekal
veren die geen werkelijke
belofte in zich dragen, nuch
ter op
rl. G. A. Leiynes Sakhoven
Inspecteur van het Veeteeltwezen
den boerenstand als bloedbron van het
volk nauwelijks goed genoeg is. Meer en
meer zal de plattelander door radio, film
en volkstooneel, door voordracht, boek,
tijdschrift en dagblad kennis kunnen
nemen van de ware cultuur en de ware
kunst van een hem nog onbekende we
reld, een wereld, welke tot nog toe voor
hem steeds verborgen bleef achter de la
wines van namaak, die cultuurspèculan-
ten over hem uitstrooiden.
Daarnaast en daarboven echter zullen
de in ons boerenvolk nog dikwijls slui
merende krachten geactiveerd worden.
Langer dan honderd jaar geleden zeide
de Friesche schrijver dr. J. H. Halberts-
ma: „O Friesland, gij komt in Neder
land achteraan en gij had de leiding
kunnen nemen!" Dit woord geldt onge
twijfeld ook voor* de andere plattelands
provincies. Immers de steden kunnen
slechts bestaan althans zich op een be
paald cultureel peil handhaven, indien
zij voortdurend versch bloed van het
platteland toegevoerd krijgen.
Hieruit volgt dat er op het platteland
groote geestelijke krachten sluimeren.
Het zal mede tot de taak van den Land
stand behooren om deze krachten te
doen ontwaken, opdat zij ten voordeele
van heel het land en heel het volk wor
den benut.
Nu de tijd voorbij is, dat Europa zijn
kudden aan de Rio de La Plata en el
ders in overzeesche gebieden liet gra
zen, dient hét landbouwfundament in
ons werelddeel niet alleen uitgebreid,
maar ook geïntensiveerd. Slechts een
boerenstand, die zich zijn eigen krach
ten en eigen waarde bewust is zal de
reusachtige taak, hem op de schouders
gelegd, kunnen volbrengen.
S. D. DE JONG.