De grondgedachte van de Boerenschool te Rijs Handleiding Een woord ter begeleiding DE oprichting van deze scholen is de ver tolking, de verwezenlijking van een idee, die reeds j aren in onze samenleving smeulende was, die af en. toe eens vlam scheen te zul len vatten en vorm scheen aan te nemeni, maar die toch niet zoodanig door Volk en etaat werd gedragen, dat ze als levend be standdeel in, ons volksleven werd opgenomen. Wij hebben dan ook den heele lijdensweg, die deze idee ook in ons land heeft doorgemaakt en waarvoor we vaak in woord en geschrift tijm opgekomen, mede doorworsteld. Het gaat hier om de idee van de volks-boe- ren-school als instrument van de germaan- sche wedergeboorte. Deze wedergeboorte, die al wel een halve eeuw geleden in het Noorden van Europa is begonnen, heeft nu eindelijk ook ons land bereikt. Het is een geestes- en cultuurbeweging, waar van men in de groote steden, die heeten dra gers der beschaving te zijn, weinig merkt maar die zijn wortels daar hee^t, waarvan sedert oerbegin alle echte cultuur is uitge gaan n.l. het hoerendom. Het is een vernieuwingsbeweging van de germaansche cultuur, dié zijn groote vertol kers vond m Gobineau, Richard Wagner en Houston Steward Chamberlain en waarvan' Adolf Hitler de voltrekker zou worden. Maar reeds Grundvig, een dichter-dominee werd in Denemarken de stichter van een Volksche opvoedingsschool en wegbereider eener volksche cultuur. Hij gold als de groote vernieuwer van het' volksleven aldaar en werd bekend als de pro feet van het Noorden. Hij streed voor de nationale en volksche op voeding, welke den oorspronkelijken aanleg,den ingeboren aard van het individu en van het volk vrij ontwikkelen liet en niet het volk door aardweemde leerstellingen liet versplin teren. Van Grundvig heette het, dat het echte Volk- "sche de grondtoon was van zijn persoonlijk- heid; Hij was Germaan, nooidrassig en als Boodanig 'werd in hem belichaamd het Pro test tegen alles wat den germaanschen aard vreemd is, zooals het internationalisme en het humanisme. De civilisatie als intelect-cultus, als een kas- tegeleeidheid van het humanisme, is iets dat niet het geheele volk raakt, maar in zijn opgeschroefdheid meent ver boven het volk te staan. Waar het niet meer wortelt in den volksbo dem, is de kroon, die het meent te dragen,- ook tot verwelken gedoemd. Een echte volkscultuur heeft daarentegen nog altijd zijn wieg in het hoerendom, want dit heeft nog het best zijn oorspronkelijk heid bewaard; dit toch staat nog in de nauwste verbinding niet de krachten van moeder aarde. Daarom is alle echte cultuur nog boerencul- tuur. En daarom kan iedere volksche weder geboorte van het hoerendom worden ingeluid. Deze school is daarom niet bedoeld als een intellect-school, maar ais een levensschool! Nu is het tragische, (en dit gebeurt vaak) dat de oorspronkelijke bedoeling van den meester, van den zuiveren denker, die de idee ontwikkelde, door zijn navolgers, door de epigonen, veelal niet meer wordt begrepen. Zij 'vormen het dan om in 'hun geest. En zoo is het ook gegaan met de ideeën van Grund vig, die eerst een zuivere volksche geest ademden, maar die langzaam weer verwater den, doordat ze in een tijd binnenvielen, die ze nog niet begreep. Die integendeel nog midden in het oude so cialisme van den klassenstrijd stond. Zoo kon het gebeuren, dat in Denemarken, in Duitschland, en ook in ons land de eerste landelijke volkshoogescholen, die het volk sche principe zouden vertolken, weer in het humanistische vaarwater, gleden, waardoor de zuivere idee der germaansche wederge boorte op den achtergrond werd gedrongen. Nu den nood der tijden veler obgen opent, nu veler blik dieper en wijder wordt en tuurt naar de kern der dingen, nu krijgt men ge noeg van de allerwereldsche beschaving en dringt de geest weer door tot eigen aard en wezen. Nu wordt weer het heimwee wakker naar een volkseigen cultuur. Als deze scholen nu niet willekeurige scholen naast anderen zullen zijn, om slechts te die nen de hoofden der leerlingen met allerlei Uit een rede van vg. T .E. Bontkes, Hoofd van Volk en Bodem gehouden op de Boe renschool. bonte wetenskraam vol te proppen, als ze geen volksschool d.i. bedrijfsboerenschool zul len zijn, dan moet hun beteekenis wel op heel ander gebied liggen. Dan moet er een doel gesteld worden, waarvan het volksboe- rendom voor dezen tijd de drager wordt. Dan moet het volks-leyens-principe, dat schuilt in de eeuwig verjongende wisselwer king van onzen geest, ons bloed en onzen bodem, het geheele leerplan doordringen. Een bewuste karakterverzorging van eigen aard, een terugvoeren naar de banden des bloeds als familie, sibbe" stam en volk zal het uitgangspunt moeten zijn In de plaats van een oplossing en degenereering daarvan in een allerwereldsche beschaving, die van niemand is en waarvan de minste tenslotte de toon aangeeft. Naast het aankweeken van de liefde voor zijn heem, voor zijn streek, voor zijn vaderland, zal het wekken van de bewustheid on2er ger maansche volkspersoonlijkheid, deze als in een dadenrijk verleden, ook in de toekomst, in Europa en in de Wereld nog zijn Neder- landsche stijl doen handhaven. En -voor alles; een gezonde ziel in een ge zond lichaam, zinvolle rhythmische lichaams beweging, spelen met zin voor de jaargetij den en naar eigen volksche gewoonten, zin gen van liederen, die de gemeenschapszin, de verbeelding en de geestdrift wekken, enz., enz. Dit zijn enkele grepen uit een de leerlingen bezielend onderwijs, welke hier worden toe gepast en die niet zullen nalaten de volksche opvoeding in goede banen te leiden. En hiermede wensch ik deze volksche boe renschool een zegenrijke toekomst. Tot heil van land en volk. voor het nemen van veldproeven In de maand Juni van het jaar 1934 werd door de toen werkzame Regelingscommissie voor het Landbouwproefveldwézen een handleiding uit gegeven voor het nemen van veldproeven. Door het steeds groöter worden van het aantal personen, dat zich met bedoelde proefnemingen bezig hield, bleef er voortdurend navraag naar het boekje bestaan en toen dan ook de voorraad uitgeput raakte werd een herdruk noodzakelijk. Na een inleidende beschouwing volgen een aan tal algemeene aanwijzingen voor de behandeling van landbouwpr oef velden. De keuze van het proefveldterrein, het monster nemen en het on derzoek alsmede de profielbeschrijving van deii grond worden uitgebreid besproken. Om te ko men tot zoo betrouwbaar mogelijke gegevens dient men verder aan de grootte, den vorm en het aantal der veldjes, alsmede hun verdeeling 'over het proefterrein nauwkeurig aandacht te schenken. Ook aan de regelmatige verspreiding van de te geven meststoffen, vooral bij hemes- tingsproeven behoort men groote zorg te be- stedenAl deze punten worden in de handlei ding nader toegelicht en verklaard. Verder is het voor de beoordeeling van de uit komsten van belang, dat men overzicht heeft over mate waarin de te vergelijken rassen of soorten gevoelig zijn voor ziekten en beschadi gingen, voor droogte en neerslag, voor koude en andere ongunstige omstandigheden. Aanteeke- ning hiervan kan het beste volgens een bepaald omlijnd plan geschieden. Niet alleen de geoogste opbrengst, ook de sa-> menstelling en hoedanigheid van het product is van beteekenis. Zoo kan bij granen'het hekto- litergewicht, bij wortel- en knolgewassen en ook bij groenvoedergewassen het suiker- óf. droge stofgehalte van invloed zijn. bij het bepalen van de waarde van de soort of het ras voor den landbouw. Dat het hierbij gewenscht is, de mon sterneming niet aan het toeval over te laten, maar deze doelbewust en weldoordacht te laten verrichten, ligt voor de hand en behoeft geen betoog. Het Centraal Instituut voorLandbouwkundig Onderzoek, dat de zorg voor de nieuwe uitgave op zich genomen heeft, heeft zich op loffelijke wijze van zijn taak gekweten. Wij bevelen lezing en bestudeering der Handleiding ten zeerste aan, voor een ieder, die met het nemen van veldproe ven te maken mocht hebben. tijdig genoeg is geweest met het zaaien van spinazie zal tegen het einde van de maand xpelhaast gaan oogsten. Voorloopig is dat nog wel de groente, die wij oogsten en om steeds voorraad té hebben zorgen wij met tus- schenpoozen telkens de benoodigde hoeveelheid te zaaien. Natuurlijk wordt het leeggekomen land onmiddellijk omgespit en voor niéuwe cul tures klaargemaakt. In plaats van scherp zaad kunnen wij nu zachtjes aan rond zaad nemen onder den naam laat-door schietend, want de vroege soorten van scherp zaad schieten in den lateren tijd soms door voor ze oogstbaar is. Wij zaaien nu ook zomer andijvie om uit te plan ten, verder roode, witte en savoye kool, verder spruitkool en boerenkool en late bloemkool. Wie een echte liefhebber is van spinazie kan ook Nieuw Zeelandsche spinazie telen die den geheeleif zomer oogstbaar is. Wij hebben van deze zoogenaamde spinazie slechts enkele plan ten noodig, ze groeien namelijk tot groote krui pende struiken uit, waarvan wij de bladeren oogsten. Voordeze cultuur leggen wij op af stand an 50 a 60 centimeter een drietal zaden bij elkaar in den grond. Zelfs op dezen af stand groeien de planten nog tegen'elkaar aan. Bladen en jonge scheuten vormen de groente en men kan er van oogsten tot de vorst invalt Reeds herhaaldelijk wees ik op de cultuur van keukenkruiden en wij zorgen zeker voor vol doende peterselie en selderij. Indien nog niet gezaaid doen wij dit alsnog. Zaai een paar rij tjes, U kunt er den geheelen zomer van oog sten. Ook anijszaad kunt U nu zaaien, het wordt gekweekt voor het zaad en geeft dan van den winter de anijsmelk. Boonenkruid moet nu ook den grond in, willen wij het op tijd hebben bij de boonen. Zoo is het ook met het citroenkruid, Citroen-Melis se, dat nu moet worden gezaaid. In sausen, bij visch en overal waarin men de pikante citroensmaak wenscht kan men dit kruid gebruiken. Van de fruitboomen gaan de pruimen nu spoe dig bloeien, appelbloemknoppen gaan reeds zyoellen en kersen laten hun kleuren reeds zien. Daar wij slechts enkele boomen hébben óm de boerderij en wij, 's morgens vreezen voor nacht vorsten, daar kunnen wij de bloemen soms red den door ie rookenDaartoe leggen wij een vuurtje aan kort bij de boomen waarop wij al lerlei rommel gooien dat wel rookt, maar niet brandt. Het uitveegsel uit het turfhok kan daartoe heel goed dienen. Op deze wijze lukt het dikwijls om schade door nachtvorst te voor komen. Nu erweinig fruit wordt ingevoerd en fruit zeer belangrijk is voor den mensch is het zaak alles ifi het werk. te stellen om het fryit te redden en er eenige moeite aan te besteden. De vorige week had ik het nog over randplan- ten en ik noemde het klavervier, de Oxalis Dep- pie, een knolgewasje, dat nu geplant moet wor den en rijk bloeit met rose bloemen.. Ook laven del leent zich prachtig voor randen langs paden in den moestuin of in den boomgaard en daarbij heeft men dan nog het belangrijke voordeel dat dat uitgebloeide bloemen dienst kunnen doen om tusschen het linnengoed gelegd te worden. Men zegt dat het motwerend werkt, maar zeker is het dat het een fijne geur geeft aan het lin nen. Wilt Ge nog wat zomerbloemen zaaien doe dat dan nu, het is altijd wel prettig een bloem om het huis te hebben. U kunt nu de Oost-Indische kers zaaien, de heerlijk ruikende Reseda, koren bloemen, Afrikaantjes, zonnebloemen, anjers, klaprozen, juffertjes in het groen, leeuwenbek ken, goudsbloemen, muskusplantje enz. Zaai buiten op een zonnig plekje uit, dun spoedig uit zoodat de planten de noodige ruimte hebben. Wie zelf geraniums of foksia heeft overgehou den brengt ze nu den dag al buiten, ze har den dan zachtjes aan af en lijden niet als wij ze op het perk zetten of misschien in een bak voor het raam. Tenslotte kunnen wij nu onderhand de Dahlia knollen buiten uitplanteri. Kijk die knollen eerst goed na, verwijder rotte en gebroken deelen en zet ze dan zoo diep dat de eigenlijke knol zoo wat 10 centimeter onder den grond komt. Al te groote knollen kunnen wij in verschillende dee len splitsen mits wij er voor zorgen dat aan elk deel een stuk stengel zit want de oogen zitten op het stengeldeel en niet, zooals bij de aardap-- pel, op de knol zelf. P. J. v. B.

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1942 | | pagina 6