De Landstand
Landbouwhuishoudonderwijs van den
Nederlandschen, Landstand
Verslag over het .jaar 1941
Het gesprek
van den dag!
STEMRECHT
in de Zeeuwsche polders
in Zeeland
e
„Ik zei de vorige keer
tijdig bediend en extra verdiend]
Bovendien zeg ik nu geen zor
gen en geen nadeel
Je hebt gemakkelijk praten",
„En toch zul je het spoedig
met me eens zijn, maar goed
blijven opletten
(Ingezonden mededeeling)
BESTUUR. Gedurende het jaar 1941 werd het
bestuur gevormd door het dagelijksch bestuur
van de Zeeuwsche Landbouw Maatschappij, welke
met ingang van 25 November 1941 werd aan
gesloten bij den Nederlandschen Landstand.
TOEZICHT. Het toezicht berustte ook «in 1941
bij de diverse plaatselijke Commissies van Toe
zicht.
ADMINISTRATIE. De administratie van het on
derwijs, het als voorschot verstrekkeh van de
benoodigde gelden enz., werd door de Z.L.M.
verzorgd.
HET ONDERWIJS. De gestadige groei van het
landbouwhuishoudonderwijs vond ook in 1941
voortgang. Ondanks de moeilijkheden met het be
trekken van materialen en inventaris, kon op
27 October 1941 de opening van de nieuwe Land-
bouwhuishoudschool te Schoondijke plaats heb
ben. De aangekochte Lagere School was tot dit
doel door Ir. W. Bruinooge geheel omgebouwd,
zoodat het onderwijs in Schoondijke thans over
een moderne frissche school beschikt. De ope
ning geschiedde door Ir. G. Hofstede, in tegen
woordigheid van vele genoodigden.
Doordat de school onverwacht niet meer be
schikbaar was, wor-den de lessen thans gegeven
in de keuken en een'zaal van hotel „Huis van
Nassau" en in een lokaal van de Ambachtsschool.
Aan de school te ZIERIKZEE waren in 1941 de
volgende leerkrachten verbonden: de dames C. N.
van Liere, J. Crucq, G. G. Sikkens, C. M. Voer
man, F. de Kat en C. C. M. M. Barends en de
heeren W. P. L. Bakker, N. A. Quist en W.
Donker.
Aan de school werden de volgende cursussen
gegeven
2 klassen 2-jarige cursus A met 37 leerlingen;
2 klassen 2-jarige cursus B met 27 leerlingen.
Tijdvak October-December:
2 klassen 2-jarige cursus A met 38 leerlingen;
2 klassen 2-jarige cursus B met 37 leerlingen.
Voorts werden nog de volgende cursussen ge
geven: 2 klassen van een éénjarige cursus; 1
éénjarige kookcursus met 17 leerlingen; 4 één
jarige naaicursussen met 56 leerlingen; 3 korte
voorlichtingscursussen met 48 leerlingen.
Aan de school te THOLEN waren de volgende
leerkrachten verbonden: de dames: J. A. Kome,
J. Crucq, M. van Lubeck, E. Boon en -de heer A.
P. Bil.
Aan deze school werden de volgende cursussen
gegeven
Eén eerste klasse van een tweejarigen cursus
met 10 leerlingen; een idem met 13 leerlingen;
één tweede klasse .van een tweejarigen cursus
met 14 leerlingen; een idem met 10 leerlingen;
een éénjarige cursus met twee leerlingen; één
8-maandscursus met 17 leerlingen; één 6-maands-
kookcursus met 2 leerlingen; één 6-maands
naaicursus met 5 leerlingen en één vervolgnaai-
cursus met 12 leerlingen.
De volgende leerkrachten waren aan de school
te KORTGENE verbonden: de dames: J. A. Kome,
J. Crucq en F. de Kat en de heer J. Eversdijk.
In 1941 veerden de volgende cursussen gegeven:
één eerste klasse van een twee-jarigen cursus
met 19 leerlingen; één tweede klasse van een
twee-jarigen cursus met 15 leerlingen; één half
jaarskookcursus met 15 leerlingen.
Aan de school te-TERNEUZEN gaven de volgen
de leerkrachten les: de dames: J. Dekker en J.
R. van As en de heeren W. Slabbekoorn; Chr.
Weststrate en St. van Ham.
De volgende cursussen werden gegeven: één le
klasse van een 2-jarigen cursus met 30 leer
lingen: een 2e klasse van een 2-jarigen cursus
met 22 leerlingen; een le klasse van een 2-jarigen
cursus met 24 leerlingen; een 2e klasse van een
2-jarigen cursus met 35 leerlingen; een éénjarige
cursus met 16 Leerlingen;' een 5-maandskookcur-
sus A met 16 leerlingen; een idem B met 15 leer
lingen; een 5-maandsnaaicursus A met 17 leer
lingen een idem B met 17 leerlingeneen korte
voorlichtingskookcursus met 14 leerlingen.
De volgende leerkrachten gaven les aan de Land-
bouwhuishoudschool te SCHOONDIJKE: de da
mes: G. G. Sikkens, J. H. Spierenburg, C. C. M.
M. Barends, Schijve-Risseeuw en de heer L. van
Dijk.
De volgende cursussen werden gegeven:
2 éénjarige cursussen met 38 leerlingen; 2 eerste
klassen van - een 2-jarigen cursus met 40 leer
lingen; één 1-jarige vervolgcursus met 16 leer
lingen.
Behalve aan bovengenoemde scholen werd nog
les gegeven aan 2 ambulante cursussen, n.l. te
KOUDEKERKE met 16 leerilngen door de dames
G. G. Sikkens, F. de Kat en den heer W. Spinnaay;
te BORSSELE door de dames: J. A. Kome, J.
Crucq en F. de Kat en den heer J. Eggermondt.
GEBOUWEN. Door de opening van de school te
Schoondijke is de huisvesting in West Zeeuwsch
Vlaanderen zeer veel verbeterd. In plaats van
de totaal ongeschikte Lagere Landbouwschool,
beschikt men thans over een .geheel naar de
eischen des tijds gebouwde school, welker inrich
ting in vakkringen groote belangstelling heeft
gewekt. Door het niet meer ter beschikking zijn
van de school in Zierikzee, is het daar met het
onderwijs niet zoo gemakkelijk gesteld, maar
door de zorg van de leidster kon alles toch nog
zoo goed mogelijk geschikt worden. In Temeuzen
is men reeds ver gevorderd met den bouw van
een nieuwe school, die aan den haast onhoud-
baren toestand van het les geven in twee gebou
wen, die bovendien nog ongeschikt zijn, een einde
zal maken. Wat de ambulante cursussen betreft,
heeft vooral de inventaris van de cursus te Bors-
sele dringend behoefte aan aanvulling va» nieuw
materiaal. Ook hét les geven aan schragen met
planken voldoet in vergelijking met het systeem
dat elke leerling een eigen kastje heeft, zeker niet,
al kan men -aan een ambulanteh cursus nooit
dezelfde eischen stellen als aan een school.
ALGEMEEN. Uit boven gegeven specificatie van
de cursussen aan elke school blijkt duidelijk, dat
de scholen te Kortgene en Tholen de voornaamste
zorgenkinderen zijn. Alleep na zéér veel moeite
kan aan deze scholen telkens een nieuwe cursus
gevormd worden. In tegenstelling tot de andere
scholen zijn in Kortgene en Tholen de 2-jarige
cursussen met meerdere dagen school per week
niet bijzonder populair. Reeds van te voren stond
het vast, dat de beide bovengenoemde scholen, in
verband met hun beperkte „werkingssfeer" niet
direct tot grooten bloei zouden komen. De tegen
woordige toestand beantwoordt echtei nog niet
geheel aan de gekoesterde verwachtingen. Eén
- van de redenen voor Kortgene is o.a., dat bij den
bouw der school de hoop gekoesterd werd, dat
binnen afzienbaren tijd een brug over de Zand-
kreek zou komen, waardoor het aan de leerlingen
uit Wolf aartsrijk eventueel mogelijk zou zijn de
school te bezoeken. Daar deze brug echter ten
gevolge van de bijzondere omstandigheden tot op
heden niet gelegd is, komen er uit Zuid-Beveland
zoo goed als geen leerlingen, daar de veerboot
ongeregeld vaart.
Tegenover deze twee minder bloeiende scholen
staan gelukkig drie wél bloeiende scholen, n.l. die
te Zierikzee, Terneuzen en Schoondijke. Het aan
tal leerlingen van deze scholen groeit gestadig
en getuigt van een levendige belangstelling van
de bevolking voor het Landbouwhuishoudonder
wijs.
Ook in 1941 is van de zijde van de Z.L.M. weer
al het mogelijke gedaan om dit zoo belangrijke
ondeiwijs onder het bereik van elk plattelands
meisje te brengen. Hiervoor komt haar ongetwij
feld dank toe.
Wanneer thans dit onderwijs een deel is gewor
den van de taak van den Nederlandschen Land
stand, dan kan men er zich van overtuigd hou
den, dat deze geenszins als een minder belangrijke
taak beschouwd zal worden. Integendeel^
De doelmatige en vooral doelbewuste opleiding
van het plattelandsmeisje tot haar taak van
huismoeder, heeft de algeheele belangstelling van
den Landstand.
Gaarne brengen wij aan het einde van dit verslag
dank aan allen, die in 1941 hun medewerking aan
het onderwijs gaven.
In de eerste plaats dienen hier genoemd te worden
de leerkrachten, die ondanks moeilijkheden in ver
band met den oorlog, o.ndanks slechte weersom
standigheden enz., steeds op de bres stonden voor
hun werk. Ook de plaatselijke Commissies van
Toezicht verdienen onzen warmen dank.
Tenslotte moge dank betuigd worden aan het
Departement van Opvoeding, Wetenschap en Kui
tuurbescherming, alsmede aan de inspectie van
het N.O.
W. F. VAN GORSEL,
Boerenleider van Zeeland.
NA/aNNEER we reeds eerder vermeldden, dat
kosten van het beheer der polders uiteenloopen
van ƒ0.01ƒ67.62 per H.A., dat het dijkgeschot
varieerde van ƒ0.00ƒ67.18 dan willen we het
thans hebben over het stemrecht in de poldgrs.
Ook daarin zien we een groote verscheidenheid.
Volgens den Provincialen Almanak van Zeeland
van 1941 zien wij dat het vereischte aantal H.A.
noodig voor stembevoegdheid varieert van 0.1
H.A.—11.77 H.A.
Dit onderzoek betreft de 319 Vrije Waterkee-
rende en Niet-Waterkeerende polders of water
schappen. 't Is ons niet gelukt hierin een vast
gevolgde lijn te ontdekken. Men zou meenen,
dat in de kleinste polders het aantal H.A. grond
bezit voor stembevoegdheid het laagst is, doch
dit is allerminst het geval. We zien bij de drie
grootste polders het volgende:
Walcheren 17990 H.A. vereischte H.A. 2.
Schouwen 9356 H.A. vereischte H.A. 1.
Breede Watering 9707 H.A, vereischte H.A. 8,
terwijl er meerdere polders met een oppervlakte
van minder dan 200 H.A. zijn waar het ver
eischte aantal 8 H.A. is. Dat het vereischte
aantal in Walcheren en Schouwen zoo laag is,
vindt vermoedelijk zijn oorzaak in het feit, dat
beide polders worden beheerd volgens een bij
zonder reglement, hetwelk bij de minste wijzi
ging de goedkeuring moet verkrijgen van de Pro
vinciale Staten van Zeeland. Hoewel we altijd
voor dit college meer respect hadden dan voor
onze voormalige 2e Kamer, zat er de politiek
niet op de laagste plaats en meende men wel
zeer democratisch te handelen, bij de behande
ling van een wijziging in het reglement, de kleine
man het stemrecht te moeten geven. Zeker zullen
deze menschen daar recht op hebben, maar
waarom kregen ze het dan niet in de kleine
polders, welke werken onder het Algemeen Reg
lement voor de Polders in Zeeland?
De praktijk leert, dat de kleine man van zijn
stemrecht al zeer weinig gebruik maakt. Boven
dien bezorgt dit stelsel een uitvoerige admini
stratie, vooral bij verkiezingen en het vaststel
len van de lijst van stemgerechtigden. We von
den in 41 polders het meervoudig stemrecht
toegepast. Ook hierin vinden we* geen vast
systeem. Voor het uitbrengen van de eerste stem
zien we als laagste aantal H.A. 1 en als hoogste
10 H.A. Om twee stemmen te kunnen uitbren
gen varieert dit aantal van 3 tot 100 H.A. boven
het aantal van de eerste stem. Voor de derde
stem bedraagt het aantal weer 350 H.A. boven
wat noodig is voor de tweede stem.
Met het stemrecht in de Calamiteuxe polders
(Binnenbeheeren) geeft de toestand geen ander
beeld dan in de vrije polders. Het vereischte
aantal H.A. loopt uiteen van 1.50 H.A. tot 8.50
H.A. terwijl in 5 polders ook het meervoudige
stemrecht geldt. Het uitbrengen' van de eerste
stem eischt een grondbezit van 18 H.A. Het
meervoudige stemrecht houdt ook hier niet het
minste verband met de grootte van den polder.
We concludeeren dat tot het vertegenwoordigen
van het grondbezit op de vergaderingen in de
verschillende polders in Zeeland wel zeer uiteen
lopende normen gelden.
W. G. BOOT Jzn.
Inhoud van 110. 21, Vrijdag 29 Mei 1942
Pag.
1. Ordening in het veehoudersbedrijf.
2. Achter den ploeg.
2. Wat „Land en Volk" brengt.
3. Landbouwhuishoudonderwijs.
3. Stemrecht in de Zeeuwsche polders.
4. Provinciale Rundveekeuringen.
5. Van en over onze eilanddff!
5. Zoo gaat het in den buiten.
6. Wat is Heemkunde?
6. Vragenbus pachtzaken.
7. .Het kadester.
8. Het uiterlijk van onze dorpen.
8. Zet uw boerderij open voor de stadsjeugd.
9. Ganzen.
10. Kleinveeteelt.
11. Iets over z.g. gebrekziekten.
12. Jaarverslag veilingsvereeniging te Goes.
13. Officieele landbouwmededeelingen.
13. De roek.
14. Bespuitingsschema.
14. Handelsberichten.
15. De hof bij de boerderij.
15. Doelmatige bestriding van stofhak enz.
16. Nederland voedt zichzelf.