Rundvee'Fokker ij
De Afdeeling Zwartbont Hollands
Veeslag van het Nederlandsch
Rundvee Stamboek.
ER is een tijd geweest aait op vele bedrij
ven het rundvee "(en de schapen) meer
nog voor de mest werden gehouden dan Voor
het leveren van melk en melkvet. Wie onzer
uit de zandstreken, die niet heel Jong meer
is, herinnert rich niet dat het vee des zomers
lederen avond naar de stal werd gedreven om
tiaar „mest te maken". De helde„zodden"
vormden daarbij een (welkome basis, waarop
de dieren tain uitwerpselen konden deponee-
ren, tedwijl het geheel in den potstaj dooreen
(werd getrapt, zoodat in den herfst de potstal
yol was. Nu Ja, het was wel geen eerste klas
mest, maar mén kon „het land! over." Met de
noodige nuanceer!ogen (slootaarde, grupstal-
llen)' wend! toch in vele streken eenzelfde
^werkwijze gevolgd.
Het logische gevolg van een en ander was dat
de.- melk niet een prima grondstof kon vor
men voor een eerste klas volksvoedsel.
langzamerhand en in. de laatste tijden snel
ler is hierin verandering en verbetering ge-
Ikomen. Zelfs al zouden we geen kunstmest
[meer kunnen krijgen^ zouden we de mestma-
kerij van vroeger niet terug krijgen. Men
heeft algemeen meer de kostelijke producten
van het vee: melk en zuivel, leeren waardee-
ren. En hiermede ook het vee zelve. Andere
factoren kwamen bij deze waardeering een
woordje meespreken; !n de eerste plaats de
itoenemenide bevolking in WestEuropa, zoo-
dat meer voor menscheiijke consumptie ge
schikt voedsel moest worden voortgebracht.
Daarnaast kwam ook de vraag naar ons vee'
uit het buitenland, nadat dit vee gebleken
was ^er productief te zijn. Voor zooverre men
dan in dien tijd die productiviteit kon be
palen. Want dat was toen maar zoo zoo.
Totdat ér een doeltreffende methode weid
gevonden waarmede men op behoorlijke
'practisch toe te passen wijze, het vetgehalte
in de melk kon bepalen. Weliswaar was deze
•methode eerst meer een zuivelaangelegen-
heid, maar al spoedig begrepen de pioniers
op veeiteeltgebied' dat deze vetgehaltebepaling
van de melk aan de rundveefokkerij dienst
baar kon worden gemaakt.
In de 70er Jaren van de vorige eeuw was er
namelijk een stamboek voor rundvee opge
richt. Vooral als adresboek moest dit dienen,
wanneer buitenlanders, speciaal NoordAme-
kanen, hier kwamen om onze melkrijke
koelen te koopen. Het spreekt wel vanzelf
diat ze de besten wilden hebben, nadat ze
rich van zoo veraf voor onze dieren interes
seerden. En die besten nu werden ln het
6tamboek opgenomen: Hiermede was toen
feitelijk ook de kous af.
Nadat men erin geslaagd was het vetgehalte
ln de melk op practisch toé te passen wijze
te bepalen en hiermede de controle op pro
ductie voor de diverse dieren ook kon wor
den ingevoerd, waren het uiteraard vooral de
stamboekfokkers die van hun beste dieren
wilden wet endat ze gaven aan melk en
melkvet. En vooral toen bleek dat het pro-
duceeren van veel en vette melk een erfelij
ke factor was werd dB productie—contróle
allerwegen door de stamboekfoikkeis toege
past. Met het gevolg dat thans bepaalde die
ren slechts in sommige boeken (stieren, K.
S.-koeien) kunnen worden opgenomen* wan
ne e. ze aan bepaalde productie-eischen vol
doen.
En zoo geeft dan het N.RB. Jaarlijks het
gedrukt Stamboek uit, waarin vermeld staan
tile öleren die in het afgeloopen dienstjaar
ln één der boeken van het Stamboek zijn
Opgenomen. Als we zoo'n aflevering bestu-
deeren blijkt ons hoe ontzaglijk veel op het
terrein, der rationeeie veeteelt, voorai sinds
de reorganisatie van het stamboek in het be
gin van deze eeuw, wordt gedaan onder lei
ding van het stamboek door de thans ruim
10.000 dieren.
De Jongste aflevering, no. 66, van het Zwart
bont Hollands Veeslag vermeldt ons o.a. dat
123 fokvereienigingen (stréekstamboekjes)
officieel zijn erkend en dat van 37 de admi
nistratie is goedgekeurd; deze laatsten treffen
we hoofdzakelijk aan in de provincie Noord-
Holland.
Verder treffen we erin aan-alle 67 preferente
stieren (16 eerste klasse), waarvan niet tel
kens^ de fokker vermeld is en vervolgens
blijkt dat ln het dienstjaar zijn opgenomen
920 stieren, de meesten definitief, sommigen
echter vóór definitieve opname verkocht
naar Duifcschland of niet aangeboden.
Over het geheei stammen deze sitieren van
moeders met goede tot zeer goede produc
tiegegevens, aanzienlijk beter dan verschil
lende melkstaten die we Aantreffen onder de
ruim 20.000 die verderop vermeld worden.
Soms is het vetgehalte niet te hoog, soms
ook zouden we de plus nog wat grooter wil
len zien, maar er zal wei altijd wat te wen-
schen overblijven. Immers zouden ook alle
stieren wel 80 punten of meer en minstens
6 voor algemeen voorkomen mogen^ hebben.
Zoo gemakkelijk echter is onze fokkerij ge
lukkig niet. Gelukkig, zeggen we, want was ze
wei gemakkelijk dan was er de aardigheid al
gauw af.
Van de 920 kregen 80 stieren 80 punten of
meer voor exterieur, 44 kregen b+ voor al
gemeen voorkomen en 5 kregen a b. Van deze
80 leverde N. Brabant er 12, Groningen en
Zuid.Holland ieder 11, N.Holland 10,
Drenthe 9, Overijssel en Zeeland ieder 8,
Gelderland en Utrecht ieder 4 en Limburg 3.
De 5 abstieren zijn: 2 ZuidHollandschen
nl. Herman 17751 S. V. Roosje's Athleet 2,
van P. J. van Gllst te Groote Lindt (86,2 pt.)
en Leo 2 18408 S, V. Heracles II, van C. J.
Leenheer Jr. te Rhoon, (86,1 pt.); 2 Noord—
Brabantischen: Jan 18672 S, V. Llndberg B
van de fokver. „De Oosterwijk" te Alphen
(85,5 pt.) en Leendert 34 18132 S, V. Wil
lem Athleet Vaan 29, van de fokver. „On
derlinge SamenwerMng" te Roosendaal (84
p.) en 1 Zeeuwsche: Roeland 18164 S, V. Ro
land—Batavier, van Jan Maljaars Jr. te Oost-
kapelle (83,4 pt.).
Verder zijn van 9 andere, reeds eerder defi
nitief opgenomen stieren nieuwe rapporten
verschenen: 1 met b— (Overijssel) 1 x met
b (Zeeland)5 x met b (2 Z.H., 1 N.H., 1 Ov.
en 1 Gld.) en 2 x met ab. Deze laatsten zijn:
Andries 17025 S, V. Zeus Kuilsburg, van A. A.
Schep te Langerak (Z.H.) en Constantijn
Frans 46 18606 S, V. Frans 208 van Groen
hoven, van Jb. Jimmink Hz te Barsingerham
(N.H.).
Vormt de stierenafdeeling uiteraard de meest
belangwekkende afdeeling van het stamboek
de stier is de halve kudde van de
koeienafdeeling is die der keur stamboek
koeien een afzonderlijke beschouwing waard.
We weten dat het niét meevalt om aan het
complex van voorwaarden, noodig voor opna
me in 't KB., te voldoen J>es te meer verheu
gend! is het daarom dat het aantal koeien
leder Jaar toeneemt. Bewijs dat de rationeelè
teelt goed begrepen wordt en.resultaten
afwerpt. Want het gaat er niet alleen om
om koeien te fokken van het gewenschte ty
pe, die te zijner tijd ook goed zijn als slacht
dier, maar ze moeten tevens en vooral veel
melk geven met hoog vetgehalte. In alle
stamboekfokkerijen zien we de noodige nuan-
ceeringen (steren preferente merriën bv.),
hier zien we de werkelijk uitmuntende die
ren vereenigd ln het keur—stamboek.
Ook in het KB. zelve komen nog meer nu
anceeringen voor; naast b zien we b+ en ab
voor algemeen voorkomen gegeven; over de
verschillende provinciën verdeeld als volgt:
Aantal KB. Aantal Aantal
Provincie: koeien met b+ met ;{o
NoordHolland 103 29 8
ZuidHolland 98 17 1
Overijssel 48 16 4
Groningen 32 5 1
Noord'Brabant 29 23 1
Drenthe 27 5
Gelderland 6 1
Zeeland 5 3
Utrecht 4 2
Limburg 1
Totaal 353 101 15
We zien dus dat NoordHolland nogal verre
aan de spits staat, vooral ook met zijn aan
tal abkoeien. In den laatsten tijd komt ook
Overijssel nogal sterk naar voren; opmerke
lijk is het dat aiie vier ab koeien hier van
denzelfden eigenaar zijn, nL van M. Wester-
dijk, Beerzerveld. Ook treffen we hier aan de
hoogst gepunte; Reintje 4—112937, V. Bertus
11 (F.RB.) die 87,6 punt behaalde. Noord-
Brabant heeft relatief het grootst aantal b+
dieren. Opmerkelijk is het dat in ZuidHol
land, met zijn 98 KB.koeien slechts één
maal ab is gegeven.
Wei blijkt uit het staatje dat in de provincies
met de zwaarste weidegronden Het grootste
aantal keurstamboekkoeien kon worden
gerecruteerd. Van commetaar hieromtrent
willen we ons ditmaal echter nog onthouden.
Het valt op dat onder de jongere dieren
nogal verschillende voorkomen die van Frie-
sche origine zijn.
Het is niet te doen om een vergelijking te
maken tusschen de opbrengstgegevens deb
verschillende dieren; wel blijkt het dat ei(
verscheidene bij zijn die meer dan ruim kun-»
nen voldoen aan de eischen, ja, daar verre
bovenuit komen. Het streven naar hoog vet
gehalte komt wel naar voren: van 70 der
nieuwe KIS. dieren hebben de beide vermelde
melkstat w een vetgehalte van 4 procent of
hooger.
voor de week van 21 —27 Juni 1942
ZONDAG 21 JUNI: van 8.158.30 uur over Hilversum I
„De zin yan het boer-zijn" staat natuurlijk deze dag
ln het teeken van de zonnewende. De titel is dan ook
„De groote dag der zon".
Speciaal op dezen dag van de zonnewende verzorgt
Land en Volk nog twee uitzendingen, n.l. van 10.30
tot 11.00 uur over Hilversum I „Zonnewende in de
Germaansche landen". Dit feest heeft vooral ln dezen
tijd .weer meer beteekenis voor ons gekregen. Zooals
kwaadwilligen het doen voorkomen, heeft dit feest iets
met goddeloosheid te maken. Integendeel het is een
feest van Gods eigen warme levenbrengende zonne.
Over dit oude Germaansche zonnewendefeest heeft
D. v. d. Bospoort een luisterspel geschreven, getiteld:
„De steenen spreken". De muz. omlijsting van deze
midzomersproke is van P, Jakma. De uitzending heeft
plaats van 15.0016.00 uur over Hilversum I.
BAANDAG 22, JUNI: van 13.0013.15 uur over Hilv. n
„Actueel nieuws voor Boer en Tuinder". Zooals de
titel aangeeft worden hier weer eenige nuttige wenken
gegeven.
•JINSDAG 23 JUNI: van 13.00—13.15 jut over HUv. H
„Voor de Rijpere Jeugd van het Platteland". Deze
keer *vordt er een verslag gegeven van belangrijke
gebeurtenissen, die er aan de Boerenschool te Rijs
hebben plaats gevonden op 20 en 21 Juni.
WOENSDAG 24 JUNI: van 13.0013.15 uur ovei Hilv. n
hoort U een reportage over een ontginningsbedrijf op
de Veluwc. U kunt daarin beluisteren, de moeilijk
heden, die de boeren ln deze streek vj# ons land
hebben gehad om een bedrijf te stichten. Natuurlijk
vertellen wij U ook iets over den bedrijfsvorm en de
resultaten van hun mocizamen arbeid. Verslaggever
D. Hiddlnga.
Van 14.15—14.30 uur over HUv. H in de serie „Uit
Neerlands Gouwen" brengen wij deze keer Groninger
gedichten uit den bundel „Mien Bröddelabbe" van!
Geert Tels. Onze luisteraars in het Noorden van ons
land zullen natuurlijk naar deze gedichten van den
hun welbekenden Geert Teis luisteren.
Van 21.0021.15 uur over Hilv. H brengen* we even
een tijdje door ln de huiskamer van de Familie De
Boer. Een aanbeveling voor deze uitzending zal zeker
overbodig zijn.
DONDERDAG 25 JUNI: van 13.00—13.15 uur over Hilv. H
hoort U ln het Landstandskwartier door den Land-
Jeugdleider S. Boerma iets vertellen over de platte-
landsjeugd in Nederland. Deze uitzending is speciaal
gericht tot de Jongeren.
VRIJDAG 26 JUNI: van 13.00—13.15 uur over Hilv. II ln
de serie Productieslag 1942 wordt er deze keer een
lezing gehouden over het houden van schapen. Het
blijkt dat voor deze materie wel belangstelling bestaat;
gezien de v.ele artikels, die in de dagbladen over dit
onderwerp worden geschreven.
Van 21.002130 uur over Hilversum II brengen we
ditmaal in onze uitzending „Landmans Lust" „Een
Avend op de Achterhoeksche hoeve". In gedachten
zullen wij U verplaatsen op een typische Achterhoek-
sche boerderij en de spelers „De Vier Peters", welbe
kend uit vroegere uitzendingen, zullen er wel voor
zorgen, dat de goede sfeer ln deze uitzending wordt
getrofifen.
ATERDAG 27 JUNI: van 13.00—13.15 uur over Hilv. II
in de rubriek Tuinbouw, brengen we een bezdek aan
het aardbeienland. Enkele streken ln Noord-Holland
zijn bekend om hun groote velden aardbeien en wij
zullen er ook een tuinder opzoeken, die ons het een
en ander zal vertellen over het kweeken van dit mooie
lekkere product. De verslaggever is D. Hiddlnga.
Van 16.30—16.45 uur over Hilv. II „In en om de bijen
stal", onder den titel „Harmonie van het bijenvolk"
wordt er deze keer iets gegeven over het leven der
bijen, speciaal gedurende den zomer. De deskundige
F. W. Beekhuis van Till heeft hierover een duidelijke
en interessante uiteenzetting gegeven.
Van 21.00—21.15 uur spreekt in de serie „Als ik het
voor het zeggen had" onze medewerker Dirk van den
Hul. Hij wil deze keer niet praten over hetgeen is ge
beurd, maar hij heeft als titel gekozen: „Laten wij
eens vooruit kijken". De vaste luisteraars van deze
rubriek zullen zeker niet verzuimen naar deze uit
zending te luisteren en zijn natuurlijk nieuwsgierig
wat Dirk van den Hul over dit onderwerp heeft te
zeggen.