De bisamrat Zomerliedje H t L»KE gemeenschap heeft haar eigen woonst. Een gezin heeft zijn huis, een boerenfamilie heeft haar hoeve, een godsdienstige gemeen schap heeft haar kerk of plaats van samen komst Een woning, een huis, een hoeve, een kerk vormen voor de onderscheidene gemeenschappen het centrale punt, vanwaar alle actie uitgaat. Immers het samen-z^n leidt tot een gemeen schappelijk handelen, dat op zijn beurt leidt tot een gemeenschappelijk doel. Evenals het gezinsdoel niet bereikt wordt zon der het samen-zijn en het samen-handelen van de gezinsleden, zoo kan de door ons beoogde dorpsgemeenschap geen feit worden indien deze dorpsgemeenschap niet in het bezit is van een gemeenschappelijk tehuis, dat wij het dorpshuis zouden willen noemen: Het dorpshuis! Wij weten dat zulks nog een schijnbaar niet te bereiken id'eaal is. Wij weten ook, dat zij in onze dorpen niet als paddestoe len uit den grond zullen rijzen. Immers, het dorpshuis is eerst het resultaat van een tot bewustwording gekomen dorpsgemeenschap. En zoover zijn wij nog lang niet! Er zijn tallooze dorpen, waar de saamhoorigheid en de lots verbondenheid door onevenredige ontwikkeling en groei dier dorpen verbroken of te niet gegaan zijn. Ter verwezenlijking van een gezonde en hechte volksgemeenschap, mag geen middel ongebruikt worden gelaten om de dorpsgemeenschappen te herstellen, Wij denken hierbij b.v. aan de be oefening door de dorpsgenooten zelf van dé sibbekunde, waardoor blijken zal, dat de dorps genooten allen tenslotte leden zijn van één groote familie. Wij denken hierbij aan het herstel van de aloude kermissen, van gewoonten, gebruiken en feesten, welke zulke bijzondere bindingsmid delen vormden voor de dorpsgemeenschap, doch welke in de achter ons liggende wanstaltige periode te loor, gingen. Hieraan was schuldig een te veelvuldig contact van het platteland met de steden, welk contact, b.v. door arbeid in de fabrieken, veelal om den broode noodza kelijk was, doch waardoor veel energie en geesteskracht van de plattelandsbevolking bui ten het platteland werden misbruikt. Het dorps- verval was derhalve het gevolg van de econo mische en sociale wantoestanden, welke ten platt^lande heerschten en waardoor de liefde voor eigen grond en eigen heem sterk taan den. Wij denken voorts aan het herstel van de typische plattelandsspelen en van de typische plattelandssport als de landelijke ruitersport. En tenslotte denke-. wij aan een voor het land volk geëigende kleeding, welke passend in het huidig tijdsgewricht, toch een weerspiegeling moet zijn van de innerlijke geest van het landvolk. I ET is niet onze bedoeling de tijdsklok een eeuw terug te zetten. Wel is het onze bedoeling het mnerlijke leven van het landvolk, voor zoo ver het in de afgeloopen tientallen jaren mocht zijn verslapt, te verheffen, en het uiterlijke leven van het landvolk te doen harmonieeren met net innerlijke leven. Bij de bewustwording van het platteland, van zijn eigen innerlijke kracht en geestelijke rijk dom past de door ons bedoelde oprichting van dorpshuizen. Het dorpshuis moet worden het centrale punt, van waar alle actie voor en in de dorpsgemeenschap uitgaat. Het dorpshuis Waterschap Schouwen De belangstelling voor de verkiezingen was be droevend klein. Van de 910 kiezers voor het on gebouwd, kwamen 119 13 pCt. Van de 2162 stemgerechtigden voor het gebouwd, verschenen slechts 144 7 pCt. moet zijn het middelpunt van het dorpsleven. Daar zien en vinden de plattelanders elkaar. Daar wordt men zich bewust van de onderlinge verbondenheid. Daar ontstaat een lotsverbon denheid. Daar kan blijk worden gegeven van de energie, welke in het landvolk schuilt door feestelijke dorpsavonden, door voordrachten, odor tentoonstellingen. D^ar leert ons landvolk weer zijn eigen liederen zingen, welke passen in de verschillende jaargetijden. Daar worden boeren en boerenarbeiders tot één landvolk. Daar spreekt ook de buurtboerenleider tot zijn dorps genooten, en wekt hij hen op tot dienstbaar heid aan het geheele volk. Daar overlegt dé buurtboerenleider met zijn raadsmannen over de nooden en moeilijkheden in het dorp. Daar worden ook de dorpsgenooten met raad en daad bijgestaan. Het dorpshuis zal blijk kunnen geven van de volheid van het dorpsleven. De bouw, de in richting en de inkleeding ervan moeten de weer spiegeling zijn van de geest van het landvolk. Wij zijn ervan overtuigd, dat een ieder, die zijn pionierscapaciteiten in dienst stelt van de op richting van een dergelijk dorpshuis, niet alleen het landvolk, doch zijn heele volk dient. Ze deinen weg ze deinen weer Ze rechten zich ze huigen neer Ze waaien, wiegen, wuiven Ze deinen op het windjen mee, 't Is ééne wijde, wijde zee Van gouden golven kuiven. Een weelde is 't van louter goud, Die gansch den dag niet stille houdt Van waaien.wuiven.wiegen. Van zingen, in een zoet accoord, Een rijk en blij beloften-woord En het zal mij niet liegen!! En blij-verrukt mijn ziel geniet By 't ruischend goudenkorenlied En 't wiegenwuiven Waaien Bij 't oogstbélovend zinggeluid, Het müdbekroonde, hoogst besluit Van ploegen eggen zaaien „De Tonnekreek" A. MARIS. Veulenkeuring De paardenfokkersvereeeniging „Door Eendracht Sterk" te Hulst, zal op 6 Juli a.s, haar jaarlijk- sche veulenkeuring houden. In de afgeloopen week is in de rivier de Aa onder Rijsbergen een bisamrat gevangen. Gélukkig komt dit dier in Brabant zoo goed als niet voor en de gevallen dat de aanwezigheid geméld wordt bljjven tot zeldzaamheden behooren. De bisamrat immers vormt een groot gevaar voor de dijken, daar het deze ondermijnt en zoo het overstroomingsgevaar in de hand werkt. Dit overziende heeft de regeering de bestrijding door hare wetgeving ter hand genomen. Zoo bestaat de verplichting wanneer men een exemplaar aantreft daarvan dadelijk te bevoegder plaatse kennis te geven. De burgemeester van Rijsbergen mr. Jos. Raay- makers was zoo vriendelijk het gevangen exem plaar aan ons te laten zien. Het bleek een dier te zijn van ongeveer 35 cm grootte. Het was verdronken in een fuik van den heer v. d. Westerlaken en waarschijnlijk afkomstig uit België. Of er wellicht nog meer exemplaren aanwezig zijn heeft men nog niet kunnen vaststellen; de Plantenziektenkundigen dienst te Wageningen zal echter een nader onderzoek instellen. Foto'sWest-Brabant

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1942 | | pagina 5