Indrukken en gedachten
H.
Xe Jaargang No. 32
.Vrijdag 14 Augustus 1942
IET ligt in ons voornemen ter versterking van den
band tusschen alle leden van ons Landstandgezin
zoo mogelijk wekelijks op deze plaats verschillende
onderwerpen te bespreken zonder in de plaats te treden
van het weekoverzicht dat gelukkig verschillende
provinciale edities reeds bevatten.
Gelijk bekend heeft iedere provincie een eigen editie
van De Landstand, alhoewel er een aantal bladzijden in
voorkomen die voor alle provincies gelijk zijn. Het is
de bedoeling van deze nieuwe rubriek om de nationale
binding iets sterker te leggen. Hoewel wij het reeds
vroeger hebben opgemerkt, willen we nog eens er op
wijzen dat ons weekblad dienst doet als een der scha
kels tusschen de Landstandleiding en de leden en
tusschen de leden en de Landstandleiding.
Ons bereiken zoo nu en dan brieven uit den lezers
kring; brieven met wenschen, met^ragen en klachten,
ook met critiek. Wij zijn daar dankbaar voor, want
daardoor vooral komt een goede wisselwerking tot
stand, daardoor is het mogelijk datgene te geven waar
aan de meeste behoefte bij de lezers bestaat. Natuurlijk
komt het meermalen voor dat wij niet direct kunnen
geven waarom gevraagd wordt, dat we soms heelemaal
niet in kunnen gaan op hetgeen men ons verzoekt,
omdat het niet tot ons terrein behoort. Wel geschiedt
het af en toe dat we brieven ontvangen van onze
lezers, die thuis behooren bij de een of andere afdeeling.
Zelfs komt het voor dat het aangesneden onderwerp
behandeld kan worden door den buurtboerenleider. Onze
redactie is dan doorgangshuis^ hetgeen op zichzelf geen
bezwaar is, maar uiteraard onnoodige correspondentie
veroorzaakt.
Indien alle Landstandsleden zich direct met hun moei
lijkheden gingen wenden tot den buurtboerenleider,
zouden tal van onderwerpen op de vlugste wijze afge
werkt kunnen worden. De buurtboerenleider staat in
geregelde verbinding met den provincialen boerenleider
en deze heeft met zijn naaste medewerkers een geregeld
contact met de provinciale instanties als voedselcom-
missaris, productiecommissaris e.d.
Met behulp van den buurtboerenraad lost de buurtboe
renleider plaatselijk reeds verschillende dingen op en
onderhoudt rechtstreeks of dooi middel van zijn mede
werkers ook geregeld contact met den plaatselijken
bureauhouder.
Indien in een bepaald dorp een wensch naar voren komt
die niet plaatselijk kan worden opgelost, maar zeer veel
goede kanten heeft, wordt deze doorgegeven aan den
provincialen boerenleider. Kan het provinciaal niet goed
worden opgelost, dan wordt het in Den Haag in eigen
kring besproken en daarna eventueel met den Directeur-
Generaal van Landbouw of van Voedselvoorziening of
met een andere instantie, in elk geval met dengene die
het inzake deze kwestie te zeggen heeft.
De Landstandorganisatie moet spreken met de stem
van den boer, maar kan dit alleen wanneer de boer
zelf op alle terreinen die de Landstand bestrijkt, zich
in organisatorisch verband laat gelden. En met boer
bedoelen wy ook den tuinder, den landarbeider, de
landvrouw en de landjeugd, kortom allen die tot het
Landstandgezin behooren.
Sommigen kankeren over het feit dat de Landstand
onvoldoende doet. Zij weten schijnbaar niet dat in
oorlogstijden niet altijd gedaan kan worden wat wen-
schelijk is. Meestal vergeten degenen die iets van den
Landstand verwachten, dat ze eerst iets aan den Land
stand moeten geven, n.l. hun inzichten en hun werk
kracht. Niemand heeft het recht van critiek op fiet
Landstandwerk, indien hij zich niet persoonlijk heeft
ingezet in zijn buurt, in de provincie waartoe zijn buurt
behoort of in de een of andere commissie waartoe hij
werd aangezocht. Velen staan nog aan den kant, alhoe
wel hun capaciteiten land en volk in het kader van den
Landstand zeer ten goede zouden komen. Hoe lang nog
zullen zij in hun afwijzende houding volharden?
Ondanks dat wordt er hard gewerkt door het kader
van den Landstand om de vele staketsels die den boer
in zijn vryheid hebben beknot en daarmee* zijn ver
antwoordelijkheidsgevoel hebben verzwakt, op te rui
men. Met het kader van den Landstand bedoelen we
de honderden buurtboerenraden als adviescolleges van
de buurtboerenleiders, de provinciale boerenleiders met
hun provinciale boerenraden, hun hoofden van afdee-
lingen en hun stafleiders en uiteindelijk het Landstand-
bureau met de diverse functionarissen in Den Haag,
waar de draden uit de buurten van de provinciale Land-
standbureaux bij elkaar komen, waar de hoofden der
diverse hoofdafdeelingen alle belangrijke problemen
nationaal bezien en bespreken met den Boerenleider,
Voorman en Hoofdstafleider.
Van de drie belangrijke Hoofdafdeeljngen vormt de
hoof daf d. Voortbrenging de spil. Daar vooral spreekt
de stem van den boer het duidelijkst. Het is deze afdee
ling die op volle toeren draait. Wie eenmaal een der
maandelijksche bijeenkomsten van de vertrouwensman
nen uit de provincies in deze hoofdafdeeling in Den
Haag heeft meegemaakt, voelt dat hier de praktijk aan
het woord Is, dat hier het hart van den boer klopt.
Grondig worden hier diverse vraagstukken voorbereid
en besproken, zoowel op het terrein van den akkerbouw,
de veehouderij, de tuinbouw en wat daarmee samen
hangt, terwijl de visscherij min of meer afzonderlijk
door eigen deskundigen wordt geleid naar een betere
toekomst.
Vroeger kwamen de Centrale Landbouworganisaties
geregeld samen en men kon nadien uitvoerige verslagen
in de couranten lezen over hetgeen daar was bespro
ken. Tot nog toe werd nimmer gepubliceerd wat Hoofd
afdeeling H, die ongeveer dezelfde ^onderwerpen behan
delt als de vroegere C.L.O., zooal bekokstooft.
Hier wordt in stilte hard gewerkt. Zoo zijn er diverse
maatregelen in hoofdafdeeling H voorbereid en daarna
bij de regeeringsinstanties verdedigd, zoodat zy tot een
goed resultaat hebben geleid. Weliswaar kwamen de
resultaten niet altijd zoo vlug als de toeslagen op het
uit de markt nemen van pinken, maar soms werden ze
indirect zichtbaar zooals de afschaffing, voor onbepaal-
den tijd, van de accijns op rundvleesch waardoor ein-
delyk een hoogeren prijs kan worden betaald voor het
vee dat aan de „Centrale" moet worden geleverd. Met
dien hoogeren prijs wil niet gezegd zijn dat hy nu hoog
genoeg is. Het is wederom de Landstand die vecht
voor een hoogeren melkprijs, om eindelyk den veehou
der recht te doen wedervaren. Wjj twijfelen niet of
spoedig zal een gunstig resultaat bekend worden.
Wij noemden enkele voorbeelden; er zijn vele andere,
waaruit moge blijken dat in Hoofdafdeeling H van den
Landstand de stem van den boer spreekt. Wy haalden
speciaal deze afdeeling van den Landstand naar voren,
omdat hier maatregelen worden behandeld waarmee de
boer alle dagen in zijn bedrijf te maken heeft. Nog eens:
ook hoofdafdeeling n begint in de buurten, daar liggen
de haarwortels van den Landstand, daar kan ieder lid
zich inzetten.
„Indrukken en gedachten" luidt de titel van dit weke-
lijksche praatje. Wij gaan dus niet op alle punten diep
in, maar trachten den lezer eenigszins wegwijs te
maken in het Landstandhuis. Een andere keer komen
we daarop nog wel eens nader terug.
Ons orgaan heeft een voorlichtende taak. Men heeft
ons soms het verwijt gemaakt dat wij schijnbaar dach
ten dat alle lezers stommerikken waren en gedrild moes
ten worden tot den verbouw van bepaalde gewassen,
enz. Zoo is het natuurlijk niet. Wij weten al te goed
en we zijn daar bijzonder trotsch op dat duizen
den en nog eens duizenden Nederlandsche boeren tot
de beste boeren der wereld gerekend kunnen worden.
Zelfs zóó dat de Nederlandsche landbouw in totaal in
de geheele wereld aan den spits staat. Dat neemt na
tuurlijk niet weg dat er tusschen aJ die duizenden
besten, ook honderden anderen zitten* die nog in het
oude tempo marcheeren, ^ie de ontwikkeling der land
bouwtechniek en -wetenschap bij zich langs lieten
glüden.
Hoe 't ook zij, wanneer er in De Landstand door middel
van de productieslagpagina of waar dan ook, nog al eens
nadrukkelijk de aandacht voor dit of dat wordt ge
vraagd, dan geschiedt zulks om by wijze van spreken
ook den Iaatsten man van het dorp er toe te bewegen
zich in te zetten, aan te pakken, opdat ook zijn land
er niet meer slordig bij ligt, maar zoodanig bewerkt
wordt dat er de best mogelijke resultaten van kunnen
worden verwacht. En is het niet opmerkelijk dat bij
een opwekking tot bezoek aan landbouwschool of
-cursus de minste resultaten worden geboekt bij men-
schen die steeds in de oude sleur hebben geboerd
Het moet deze menschen toch iets zeggen dat de zoon
van een boer die zelf landbouwonderwijs heeft genoten
door zijn vader wordt aangezet om dat ook te volgen!
Als er dan ook in dezen tijd oproepen In de bladen
verschijnen tot bezoek aan de een of andere landbouw
school, is dat voor den zoon van zoo'n boer vanzelf
sprekend, maar de anderen moeten bewerkt worden. Het
ligt oJ. mede op den weg van de buurtboerenleiders
om in hun buurt na te gaan welke boeren hun kinderen
nog nimmer naar zoo'n onderwijsinrichting lieten gaan
en juist deze te bewerken zulks thans te doen. Immers,
alléén de boerenzoon heeft toekomst, die technisch en
theoretisch onderlegd, met een diploma in zijn zak, en
een helderen kop en goede handen aan zijn lijf de
wereld in kan stappen. Eenmaal zal de tijd komen dat
hy zelf een gezin gaat stichten, dat hij een bedrijf
krijgt te beheeren, hier, in Oostland, of elders, maar
dan zullen degenen die een diploma eener landbouw
school bezitten, ongetwijfeld de beste kansen maken.
Laten de boeren jongeren dat goed begrijpen!
TER HAAR.