Rabarber Het trekken van VRIJDAG 28 AUGUSTUS DE LANDSTAND PAG. 10 haar vroegte doorgaans een goeden prijs kunnen maken. De electriciteit kan ook van beteekenis wor den bij de cultuur van Chineesche kool of snijmoes, die, vroeg in het voorjaar gekweekt, een belangrijke groente kunnen worden ter aanvulling van het vita mine-C tekort, dat zich in de maanden Februari, Maart en April doet gevoelen. Zoowel voor jong. zaaigoed, als voor stekken van pot-, planten en houtige genassen, kan electrische bakver- warming van beteekenis worden. Maar ook bodemver warming op open terreinen kan bij intensieve cultu res van economisch belang zijn. In Zweden en Noor- zwegen gebruikt men electrische verwarming voor volle- gronds-bedden met augurken. Hier te lande heeft men electrische kabels ter verwarming van bollenvel den, m.n. te Heemstede. Daarbij kan aansluiten elec trische grondverwarming bij de cultuur van de uien- variëteiten, die hier niet tot vollen wasdom kunnen komen en daarom uit het Zuiden worden ^aangevoerd, en voor het kweeken van vroege uienrassen, waarbij dan de selectie-arbeid gericht moet zijn op het vin den van een nietschietend ras, een kortedags-ui, die in het voorjaar als zet-ui uitgepoot, in den zomer klaar komt zonder tot de vorming van een bloem- ocheut over te gaan. Verder wordt electrische stroom gebruikt bij het verwarmen van grond, die gesterili seerd moet worden. Allerlei zeiktekiemen, nematoden, slijmdiertjes en schimmels sterven af bij een tempera tuur, waarbij de nuttige grondbacteriën nog in leven blijven. Langs electrischen weg kan precies de juiste temperatuur worden gedoseerd. Deze grondsterilisatie heeft nog het voordeel, dat voedende bestanddeelen uit hun verbindingen vrij komen en dus den planten ter beschikking staan. De zoogenaamde electrocultuur, waarbij de electri- sche stroom werkt als groeibevorderende prikkel, heeft ondanks veel naarstig onderzoek, nog geen goede wetenschappelijke basis verkregen. Er is veel geëxpe rimenteerd op dit gebied, maar resultaten zrjn er nau welijks bereikt. Thans schijnt een Russische geleerde er in geslaagd te zijn met behulp van electrische stroomprikkels stekmateriaal tot sneller beworteling te brengen. Wellicht ligt ook hier nog een belangrijk veld van toepassing der electriciteit. De kans lijkt ons echter niet groot, gezien de vele voorbarige conclu- Een zuinige teelt. O NZE" tuinders zitten dezer dagen allerwegen over hun paperassen gebogen voor dè optelling van hun teeltplan 1943. Van de keuze hunne'r voorgewassen hangt de kolentoewijzing af en met die toewijzing moet hij woekeren om in het komende voorjaar zooveel mo gelijk voedsel voort te brengen. Ons inziens mag hij daarbij ook de rabarber niet ver geten. Voor het trekken van een vroeg product is betrekkelijk weinig warmte noodig en rabarber-gérech- ten schijnen nog al gezond te zijn, en zijn in ieder ge val zeer in trek. In Maart van dit jaar bracht de Paragon per kg. tot 43 cent op en in Mei nog altijd 7 cent per kg. Daaruit volgt, dat een vroege teelt niet onvoordeelig behoeft te zijn. Moeilijk is het gewas niet. Het stelt maar heel bescheiden eischen en wordt in ons land dan ook doorgaans eehigszins stiefmoeder lijk behandeld.,We duwen de pollen onder een tablet met er voor langs een paar planken, zoodat de grond niet kan wegzakken, gieten er een plens water over heen en wachten tot de stengels groot genoeg zijn om er geld voor te maken. En toch zou er niet wat meer aandacht een uitstekende cultuur van te maken zijn. In het buitenland zijn er groote bedrijven, waar men zich op het forceeren van rabarber heeft gespeciali seerd en daar gaat de zaak in het groot. Men heeft dan een duizend vierk. meter eenjarige moederplanten, een duizend vierkante meter tweejarige en een dui zend vk. M. 3-jarige moederplanten. Van de 3-jarige planten wordt ieder jaar de noodige „Nachsehub" geteeld. Men krijgt aldus, naast de moederplanten, een 6000 M2 éénjarige, 6000 M2 tweejarige en 6000 M2 driejarige planten. Zij brengen alle de normald1 volle- grondsoogsten op; alleen de driejarige worden na Juni met rust gelaten. Men geeft dan rijkelijk mest: per are 400 kg. stalmest en 5 kg, superfosfaat, b.v. Liever geen stikstof in dat jaar, omdat de groei snel moet kunnen eindigen. Want die driejarige pollen worden ih het najaar gestoken en in de rabarberschuren ge bracht. Van de kerstdagen af zijn deze bedrijven in staat om mooie, goedgekleurde stelen at te leveren. Voor het trekken van 6000 M2 rabarber-aanplant heeft men ongeveer 480 M2- trekruimte noodig, tenzij men de planten in drie ploegen binnenhaalt; dan is 160 M2 al voldoende. De afgedragen planten worden in deze speciale rabarber-bedr^jven weggeworpenmen laat ze composteeren door ze op een hoop te zetten met sies en het groote aantal negatieve resultaten, dat de onderzoekers op dit terrein tot dusver hebben ver kregen. De electrische verlichting zal echter steeds grooter opgang maken in den tuinbouw en in het bijzonder in de groenteteelt. In de eerste plaats is het met een betrekkelijk zwakke gloeilamp al mogelijk den planten een photoperiodischen prikkel te geven, d. w. z. door verlenging van-de dagelijksche belichtingsperiode haar ontwikkeling van zaad tot vruchtendragende plant te verkorten. Hierdoor ontstaat in kassen de mogelijk heid van een snelle voor-cultuur, onafhankelijk van het jaargetij. Met Neon-belichting kan dan gezorgd worden voo£ een langere assimilatieperiode ter bevor dering van den groei en de vorming van reserve-voed- 'sel. Groei en ontwikkeling gaan hier hand in hand, maar zijn niet gelijk: groei beteekent toeneming van lengte of dikte, ontwikkeling, het op elkaar volgen van de verschillende stadia, waarin de plant verkeert, van zaad, tot kiemplant, en van kiemplant en groeien de -plant yia het bloelstadium tot rijpheid en vrucht. De Neon-belichting wordt reeds nu practisch gebruikt bij het kweeken van vroege komkommers, tomaten en aardbeien, alsmede bij de cultuur van potplanten. De Nederlandsche tuinbouw klaagde in zrjn vakbladen over het ontbreken van perspectieven voor den export naar Groot Europa en wees op het gevaar, dat de landen van Zuid-Europa ons zouden overvleugelen. Daarbij werd vergeten, dat de weg-vooruit over nog sterker intensiveering van den tuinbouw loopt, d.w.z. over een tuinbouw, waarin de electriciteit een steeds grooter rol speelt. Dat daartoe 'de stroomtarieven dienen te worden verlaagd is een zaak van secundair belang, aangezien hier groote nationale belangen op het spel staan. Hoofdzaak is, dat wij als tuin bouwland vooraan blijven staan en dat wij alle krachten inspannen om onzen oorsprong boven d!e landen van Zuid-Europa en mogelijke andere concurrenten te behouden. Voor zoo ver de omstandigheden het op het oogenblik niet toe laten ons in de gew'enschte richting te ontwikkelen, behoeft dit toch slechts een trjdelgk uitstel te zijn. Als sterk geïntensiveerd tuinbouwgebied zal er echter stellig plaats voor ons zijn in het nieuwe Europa, waarvan op het oogenblik de fundamenten worden ge legd. G. D. L. M. rijkelijk kalk er tusschen. Het volgende jaar wordt de volgende jaargang opgenomen en getrokken, zoodat men steeds zware driejarige planten voor deze vroege teelt gebruikt. Nu is rabarber voor ons land niet van zoo geweldige beteekenis. Er gaat echter een belang rijk deel naar het buitenland, terwijl er veel door de conserven-industrieën -wordt verwerkt. Het heeft daarom zin eens na te gaan, wat voor ons d^ beste methodé is. Het steken der pollen. We gebruiken voor den trek natuurlijk stevige, driejarige planten, die na Juni niet meer zijn geplukt. De variëteit is van groot belang. Dunstelige soorten brengen 20 tot 25 pCt. minder op: bovendien zijn, roodstelige variëteiten meer- in trek dan de groene. De Paragon brengt het meest op, maar Daw's Cham pion levert dikke roode stelen en is nog al vroeg. Lang niet iedere variëteit laat zich even goed trekken. Een verschil van twee drie weken is geen zeldzaam heid. Voor zoover ons bekend, zijn er evenwel nog weinig vergelijkende proeven genomen^"en heeft men evenmin nog wetenschappelijk nagegaan, hoe de in vloed van licht en duisternis is op de kleur en den krachtigen groei der verschillende variëteiten. Wij weten nog hoegenaamd niets af vap de groeibevorde rende werking van de lage temperaturen vóór den Jbroei, waarvan menige practische tuinder toch wel eenig idee heeft. Men hoort tenminste steeds den raad om de flink diep uitgestoken planten nog een tijd buiten te laten liggen, blootgesteld aan de koude. Goed doorvroren planten zouden* n.l. eerder met de ontwikkeling van de 'bladstelen beginnen. Te vroeg gestoken planten zijn echter in het nadeel. Als regel geldt, dat men begin November zoo voorzichtig mo gelijk steekt om de wortels niet te beschadigen en ze dan bij elkaar legt, bij scherpe oostenwinden toegê-, dekt, ter voorkoming van het uitdrogen. Zit er begin November bij gunstig weer nog groei in, dan kan men beter nog even wachten. De trekruimte van de rabarber. Vanaf December kan met het binnenhalen der pollen worden begonnen. Wij in ons land beginnen doorgaans een maand later. Op bovèngenoemde buitenlandsche 'bedrijven heeft men speciale rabarberschuren, donkere ruimten met twee openslaande deuren, waarin men met een wagen vol rabarberplanten tegelijk naar bin nen kan rijden. Met warmwaterbuizen wordt de tem peratuur hier op peil gehouden, terwijl een isoleerende laag het warmteverlies tot een minimum beperkt. In Duitschland raadt men aan de rabarberkassen te be dekken met een laag riet. Ook de staande kanten worden daarmee geïsoleerd. Met behulp van boonen- staken houdt men het riet op zijn plaats. Inplaats van centrale verwarming kan men natuurlijk ook kachelwarmte gebruiken. Wa^r hout of turf beschik baar is, komt dat doorgaans voordeeliger uit. Nu worden de pollen daarin mannetje aan mannetje uitgezet. Men steekt eerst een laag grond weg van ca. 20 cm diep, plant er de rabarber ln uit en dekt deze met een laagje grond toe, tot de kronen er goed onder staan en ook tusschen de wortels, weer wat aarde zit. Daarna wordt behoorlijk gespoten. Water is een der eerste behoeften van de trekrabarber. Droog ge trokken planten leveren korte vezelige stelen. Door gaans legt men in zoo'n kas viei* bedden aan, elk twee meter breed. De planten- kunnen dan beter worden overzien en behandeld. In de stookkas wordt de rabarber op soortgelijke wijze uitgeplant en geeft dan ook goede resultaten. Maar het is zonde van de ruimte, omdat de rabarber het af kan zonder licht en zich in het duister zelfs nog beter op haar gemak voelt. In het halfduister zouden de stengels sneller groeien èn gauwer oogst- baar zijn; bovendien zou de kleur in het donker beter worden. Bij de oude soort Champagne is echter het omgekeerde het geval. Verdere experimenten zijn dus noodzakelijk. Ook bij te veel water gaat de kleur lijden. Overdrijving schaadt ook hier. In de koude kas worden de planten uitgezet, gelijk in de warme kas. Ze komen hierin natuurlijk minder gauw klaar. Tijdens een vorstperiode kan men wat stroo over de pollen leggen. Dat scheelt nog weer wat: ze zullen dan een week eerder uitloopen. De optimale temperaturen voor den rabarberbroei zijn in de eerste week 5 tot 7 gr. C., in de tweede week 10 gr. C. en daarna geleidelijk meer tot 15 gr. C. is bereikt. Meer dan 16 gr. zou de vastheid en de kleur der stelen schaden. Met een gemiddelde van 12 tot 14 gr. blijft mttn aan den veiligèn kant. In een koude kas zal de ontwikkeling minder snel gaan en het verdient daarom overweging de planten hier wat meer ruimte te geven, b.v. een afstand vhn 60 x 30 cm. De stelen Worden dan dikker en de planten raken minder uitgeput, vooral als we niet slechts inkuilen, maar de pollen uitplanten, zooals we dat buiten doen. Als deze planten, die tijdens de vervroeging nog betrekkelijk normaal hebben kunnen assimileeren, weer een zomer hebben buiten gestaan, kunnen zij weer voldoende op krachten zijn gekomen voor een nieuwe vervroeging. In den kouden bak worden de planten reeds in het najaar uitgezet. De grond moet behoorlijk doorlatend zijn; het water mag er niet in stagneeren. Tijdens de vorst strooien we er wat ruige mest over heen en eind Februari komt het glas er op; de bakken worden dan in den broeimest gepakt. Dat is dus bij de huidige schaarschte aan broeimest niet zoo .een voudig. Zelfs in de stookruimte, in het ketelhuis, kan men rabarber trekken, mits de grond maar voldoende voch tig wqrdt gehouden en de aarde behoorlijk tusschen de wortels wordt gepakt. Zoo kan men zelfs een anders volkomen onproductieve ruimte nog voor deze teelt benutten. Dat er geen licht is, komt er voor rabarber minder op aan. In Duitschland worden de' te velde staande planten wel eens overkapt met een mobiel bouwsel van plan ken en riet, dat met een salamandertje wordt ver warmd. TuSschen de vaststaande planken worden dan losse planten ingeschoven, die na den broei weer worden opgeruimd; zij worden eenvoudig op den grond geplaatst. Er zit wat in, in deze methode, het bezwaar is echter het veel te groote warmteverlies. Behandeling na dep broei. Op de groote buitenlandsche bedrijven worden* zoo als gezegd, de afgewerkte planten eenvoudig opge ruimd. Maar in het klein kan het wenschelijk zijn om wat zuiniger met de planten om te gaan. Dan kunnen de pollen na den broei, van midden tot eind April dus, buiten worden uitgeplant, liefst op een wat be schutte plek. Planten, die door het forceeren wat ge leden hebben, laat men zoo een paar jaar ongemoeid* Men .trekt er hoogstens in het voorjaar nog wat stelen af, maar laat ze na Juni met rust. Behoorlijk gemest en van bloemstengels ontdaan zullen deze planten dan aan het eind van dat tweede jaar weer klaar zijn voor den broei. Voor den veredelaar, is het interessant te weten, dat men een goede dertig jaar geleden plotseling warm liep voor een soort Winter-rabarber, die slechts in den zomer een korte rustperiode had en 's winters doorgroeide. De plant wa3 natuurlijk voor ons klimaat minder g:eschikt, maar we mogen verwachten, dat uit kruisingen tusschen deze Burbanks Crimson Winter Rabarber en oude beproefde soorten, zooals Paragon en Queen Victoria, variëteiten zullen ontstaan met veel gunstiger broei-kwaliteiten dan de thans bekende. Ook met het rabarbersortiment zijn we dus nog niet aan het einde van de mogelijkheden. G. D. LUTKE MEUER.

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1942 | | pagina 10