Fok veedag Roosendaal
"RIJDAG 2 OCTOBER
DE LANDSTAND
PAGINA 12
schuurbewaring de gezamenlijke besproken moeilijk
heden werden geïmiteerd, door gebruik te maken van
vonden, misloopt, daar zij eigenlijk het voordeel der
betere ventilatie-mogelijkheid van de ren en dat van
den meer gesloten Flakkeeschen hoop beide vereenigt,
doordat men de temperatuur èn de ventilatie beheerscht
en al naar behoefte kan regelen.
In een goede bewaarschuur zal dan ook de kans op
broei en koprot minder zijn, het product vorstvrij èn
te allen tijde verwerkbaar worden bewaard, terwijl
men een overzicht van de partij verzekerd is gedu
rende de geheele periode van bewaring.
Resultaten van het onderzoek.
Het is niet zoo zeer onze bedoeling het rapport,
waarin het onderzoek wordt samengevat, in zijn
geheel over te nemen, dan wel de resultaten daarvan
toe te lichten en de mogelijkheden, die het biedt,
nader te beschouwen.
Vergeleken werd het verloop van de bewaring in
hoop met die in de schuur van uien van den vertegen
woordiger Primeur van het Rijnsburger type, afkom
stig van selectieproefveld ZHE 873 en wel van
dezelfde parallel daarvan.
Ditmaal kon nog niet worden beschikt over een fruit-
bewaarplaats, doch de daarin heerschende omstandig
heden werden geïmiteerd, door gebruik te maken van
een onder bepaalde voorwaarden gebrachte koelcel.
De bewaring begon op 26 September 1940; zij ein
digde voor den hoop op 17 Maart 1941 met tot
rendement 85,8 en voor de „bewaarschuur" op
22 Maart met 87,1 tot rendement.
Bij beschouwing van de partijen als zoodanig viel op,
dat de aan den hoop bewaarde uien eenige neiging
tot uitloopen begonnen te vertoonen (begin van wor
telvorming), hetgeen van de in de „schuur" bewaarde
partij niet gezegd kon worden, terwijl de kleur van
deze uien aanzienlijk blanker was.
Na de controle en nadat afval en staarten verwijderd
waren, werd de onder de nagebootste omstandigheden
van een fruitbewaarplaats opgeslagen partij verder
bewaard en tenslotte op 24 April 1941 definitief ge
ruimd. Zij leverde toen zelfs nog een rendement op
van 66 van het oorspronkelijke gewicht van het
uitgangsmateriaal. Tegenover de eerste controle op
22 Maart derhalve een achteruitgang van 21,1 die
evenwel voor een goed deel was toe te schrijven aan
het verhoogde gewichtsverlies door verdamping, daar
slechts 8,5 was uitgeloopen en bij de eerste con
trole de uien iets te scherp waren behandeld, waar
door veelal goeddeels de buitenste vliezige „vellen"
(rokken) waren verwijderd.
De rendementen volgens de beide bewaarsystemen
respectievelijk op 17 en 22 Maart 1941 verkregen,
leveren evenwel weinig verschil op. Daarbij moet men
echter rekening houden met de omstandigheid, dat de
over een lange periode matig koude winter van 1940
zich bij uitstek leende voor een gewone bewaring aan
den hoop. Stellen wij hiertegenover het ever een tijd
vak van de laatste vier jaren voor dezelfde selectie
uit 16 bewaarproeven verkregen rendement van
72 dan komt dat met de „schuurbewaring" be
reikte van 87,1 over een gemiddelde zeker niet
korter bewaringsperiode wel in een ander licht te
staan!
Onkosten aan beide systemen van
bewaring vea-bonden.
De onkosten per strekkende meter hoop tegen een
inhoud van 12 mud, 720 kg. uien, kan men als volgt
onderverdeelen en samenvatten.
Dekstroo 60 kg. a ƒ15.p. 1000 kg0.90
Arbeidsloon opzetten en dekken der uien 0.36
JPapierkosten ter bescherming tegen vorst-
echade (eenmalige herhaling) 0.22
Stroo ter vastlegging papier, 24 kg. a 15.
per 1000 kg. tegen 50 waardevermindering 0.18
Klaarmaken voor verkoop/waaronder eveneens
begrepen van den hoop, opzetten van een
Windschut e.d. 15 cent per 60 kg1.80
Totaalkosten bewaring aan den hoop 3.46
per strekkende meter van 12 mud uien of wel
4.82 per 1000 kg. uien.
Hiertegenover brengt bewaring in een schuur volgens
hejt systeem der Amerikaansche Fruitbewaarplaats,
evenals die in den hoop gebaseerd op prijzen van voor
flen oorlog, de volgende kosten met zich mede.
Gesteld 100.000 kg. uien opgeslagen, niet gestaard,
te verpakken in kisten 20 kg. Afmetingen der kis
ten 60 X 33 X 24 cm. hoog. Stapelhoogte 10 kisten.
Hoogte schuur 10 X 24,50 cm. 2.90 m. Platte
100,000
'grond 500 kisten. Dit komt ongeveer over-
10X20
een met een stapelplan van 12 X 42 kisten, waarvoor
de vloer een afmeting zou moeten hebben van 5,6 X
28 meter.
De schuurinhoud wordt hierdoor 2,9 X 5,6 X 28
455 m3. De kostprijs van een dergelijke schuur kan
men stellen op 11.a 15.per m3, derhalve in
totaal op 6825.waarbij men dan tevens de be
schikking heeft over een zolder voor berging.
De exploitatie kosten luiden nu als volgt:
Rente en afschrijving 9 ƒ614,25
Onderhoud 25.
Kisthuur 5000 X ƒ0,05 250.
Werkloon bij binnenbrengen uien 3 cent
per 60 kg50.—
Klaarmaken voor verkoop d 12 cent per
60 kilogram u 200.
Bediening en diversen 85,75
Totaal kosten schuurbewaring 1225.
bij opslag van 100.000 kg. uien of wel per
1000 kg. ƒ12,25.
Nemen wij op goede gronden aan, dat men bij schuur
bewaring de gunstigste resultaten als met deze
proeven verkregen kan bestendigen, dan worden hier
voor de bewaarkosten per 1000 kg. af te leveren pro-
1000
ducten X 12.25 is ƒ14,06, terwijl met bewaring
871
aan den hoop op grond van het vermelde tijdvakge
middelde voor dezelfde uien-selectie eveneens per
1000
1000 kg. af te leveren product een bedrag van
720
X 4,82 is 6,69 gamoeid zijn.
Conclusies.
Uit voorgaande becijfering volgt weliswaar, dat be
waring in een bewaarschuui voor uien economisch
zwaardere lasten met zich medebrengt en zelfs wan
neer daarbij het verkregen gunstige rendement in
rekening is gebracht nog omstreeks eens zoo duur
wordt als hoopbewaring, doch niettemin mag niet
uit het oog worden verloren, dat bij de inrichting
van de schuur is uitgegaan van een geheel nieuw
gebouw, dat aan de hoogste aan fruit te stellen
eischen voldoet.
Uiteraard is hiervan de hooge post voor rente en
afschrijving op de exploitatierekening van de schuur
het gevolg.
Het ligt evenwel voor de hand, dat voor den ui een
heel wat eenvoudiger bewaargelegehheid, zij het ook
gevestigd op hetzelfde principe als de fruitbewaar
plaats, evenzeer doelmatig zal zijn.
Daardoor zullen de bouwkosten en hiermede de exploi
tatierekening sterk dalen met een aanzienlijke ver
grooting van de mogelijkheid tot retabiliteit tot ge
volg; het verkregen gunstige rendement bg dit
systeem van bewaring in aanmerking genomen.
In dit verband mag zeker ook niet onvermeld blij
ven de betrekking tot dit onderwerp door den heer
L. Mallekote te Noordscharwoude in het bijzonder voor
het N.-Hollandsche uiendistrict gemaakte studie, die
ten aanzien van deze nieuwe methode van uienbewa-
ring eveneens hoopvolle perspectieven opent
Wat b|j de moderne fruitbewaarplaats gemist kan
worden, opdat zij nog voor uienbewaarplaats doel
treffend zal zijn vormt thans mede een der hoofd
punten van het onderzoek, dat thans in uitgebreideu
vorm in overleg met de reeds genoemde instanties
wordt voortgezet.
Hierin zal tevens de mogelijkheid tot nog langer
bewaring d.m.v. koelen ter verdere overbrugging van
de periode, waarin wij uien van eigen bodem moeten
ontberen, worden bezien.
Voorloopig zij alsnog ons advies gecombineerde be
waring in ren en hoop; de ren voor het sneller te
leveren product in December leeg, de hoop voor be
waring gedurende de echte wintermaanden tijdig
doelmatig beschermd tegen strenge vorst.
(Van onzen deskundigen medewerker)
D E Fokcentrale te Roosendaal heeft op Maandag
21 September, de eerste herfstdag dus, zgn elfden fok-
veedag gehouden, waarvoor een vrij goede belangstel
ling bestond, op het terrein van den heer Charles Boonen
aan de Kade, een voor dit doel zeer geschikte plaats.
De dieren waren over het geheel wel in goede conditie,
terwijl de productiegegevens eveneens goed waren. Deze
zgn nog verkregen meerendeels in een tijd van over
vloed trouwens, zoodat ook niet anders verwacht kon
worden, temeer daar de fokcentrale-leden goede pro
ductie wel in de eerste plaats nastreven. Wat toch niet
wegneemt dat de gemiddelde productie over de laatste
jaren nogal wat gedaald is, zooals uit onderstaand
staatje blijkt, overgenomen uit den catalogus:
1937—'38
1938—'39
1939—'40
1940—'41
1941—'42
5440 kg
5364 kg
5095 kg
4969 kg
4657 kg
3.48 pCt.
3.41 pCt.
3.49 pCt.
3.55 pCt.
3.63 pCt.
320 dagen
320 dagen
314 dagen
326 dagen
322 dagen
Ook de hoogste opbrengst is lager geworden in dit
tijdvak. Cora 89775 R.. geb. 17 Sept. 1932, gaf in 1937
1938 8572 X 3.44 in 338 dagen en in 1939—1940 9555 X
3.40 in 350 dagen, eig. Aug. Goossens te Nispen. Clara
258, geb. 1931, eig. Chr. Kerstens te Oud-Gastel, gaf in
1938—1939 9352 X 3.57 In 326 dagen en in 1940—1941
8023 X 3.62 in 314 dagen. In 19411942 echter gaf
Alida R. v. J. van Ant. Mulders te Oud-Gastel 7304 X
3.91 in 329 dagen. Ze is geboren in 1933 en gaf dit dus
op ongeveer denzelfden leeftijd als de anderen. Als fok-
resultaat echter is het vetgehalte hooger dan van haar
voorgangsters.
Er werd alleen gekeurd naar exterieur, zonder punten
schaal, doch de koeien waren van te voren ingedeeld
in productieklassen, waarbg de grens tusschen de klas
sen lag bij 185 kg botervet in een normale lactatie-
periode, terwijl bij jongere dieren de norm iets lager
werd genomen.
Ter opluistering waren aanwezig de kampioenstier Leen.
dert 34 van de fokvereeniging „Onderlinge Samenwer
king" te Nispen, die zich goed presenteerde, kampioen
1941, en de kampioenkoe 1941 Dora's Nellie, een dochter
van den preferenten Christiaan, van M. Roks te Roo
sendaal, een pracht exterieur-koe, die haar beste pro-
ductie-afstamming ook alle eer aandoet. Een bgzonder
goede fokkoe!
De stieren maakten ovei de heele linie geen voornamen
indruk; van de ouderen kreeg niet één een eersten prijs,
maar moest de gelijnde, doch iets ranke Bastiaan (uit
de Emid-lijn) van da fokvereeniging V.B.Z.O.S. te Oud-
Gastel zich met een 2den prijs vergenoegen. Zoo ook de
eenige tweejarige. Van de anderhalf jarigen kreeg Leen-
dert 47, een zoon van Oldambster Luctor, een eersten
prijs, wel een mooi type, terwgl de robuuste Dirk een
tweeden prijs kreeg. Eigenaren resp. A. Peeters te Roo
sendaal en C. G. Damen te Nispen. De stielkalveren
waren ook niet al te best, doch met een paar vrfl goed.
soortigen aan den kop van de oudere kalverep.
De koe Griet, eig. C. de Jong te Wouwwerd IA
in de melkgevende koeienhoogere productie.
Toen het om het kampioenschap ging kwam het niet
verder. We vernamen dat er maar geen enkele kampioen
werd gemaakt, want dat had de 1%-jarige moeten zijn
en die was er ook nog wat te jong voor.
De melkkoeien vormden wel goede klassen, zoowel
die met hoogere productie, als die met gewone pro
ductie. Van de eersten werd de Register-koe Griet van
C. de Jong te Wouw IA, een goede ruim gebouwde kce
met goed uier en achterstel en Wera XI van J. C. M„
Rombouts te Roosendaal IB. We hoorden dat deze
vorig jaar reserve-kampioen was, nu was ze wat mager
en misschien mede daardoor niet al te sterk in den rug.
Van de gewone productie kregen vier een eersten prijs
met als IA een jonge Kees, Alberdiena, 3.-e. M. de Regt
te Nispen. Deze vier waren alle goede ruime dieren
van goed soort. Verder werden in deze klasse 5 tweede
en 10 derde prijzen toegekend. Hieruit kan blijken dat
het een goede klasse was.
De drachtige koeien waren weinig talrijk; van die met
hoogere productie was er één goede, een beetje rank,
een dochter van Korengaster 56, Bertha 94 van J. P*
van Oers te Wouw; van die met gewone productie
kregen twee een eersten prijs, een paar goede dieren#
waarvan IA werd Hielkje 23, een dochter van Carlo v,
d. Oisterwijk, van Chr. van Oers te Wouw.
Bij de vierjarige melkkoeien vielen vooral eenige doch
ters van Frans 4, een kleinzoon van Christiaan op.
Twee hiervan kregen een eersten prijs met als IA
Dolly van M. de Regt te Nispen, die ook eigenaar
was van de andere Frans-dochters en tevens de fokker.
Van de vierjarige dragende koeien werd een goede
kleindochter van Christiaan, Nellie, fokker-eigenaar M.
Roks te Roosendaal, eerste. Mooie koe met goed uier.
Ook bij de melkgevende driejarigen waren een paar
goede dochters van Frans 4 (no. 2 en 4, resp. IB en 2B),
doch IA werd een jonge Arie Kuilsburg, Bertha 107,
van J. P. van Oers te Wouw, terwijl in de minder goede
klasse der kalfdragende driejarigen een Frans 4-doch.
ter, Bella, van M. de Regt, IA werd. -
Daarna volgde nog een viertal klassen vaarzen, waar-