A LS ik hiermede voldoe aan een verzoek om iets
over bovengenoemde cultuur te schrijven, dan ben ik
daartoe gaarne bereid, maar dan is iedere bedrijfsge-
noot zich toch wel bewust dat het nog al wat gevergd
is; midden in den oogst!
Fokveedag Breda
Perzikteelt
„Een vijfjarenplan
VRIJDAG 23 OCTOBER 1942
DE LANDSTAND
PAG. 8
Vorige week was het ons niet mogelijk foto's
te plaatsen van de op 8 October '42 te Breda
gehouden fokveedagHier plaatsen wij echter nog
eenige foto's
De groote ommekeer.
Nu heeft er zich echter in de laatste jaren een
groote ommekeer voorgedaan bij de bereiding van
morphine. Men heeft gezicht naar een middel om dit
narcotische middel rechtstreeks uit de papaver te
bereiden, met voorbijgaan van het tot dusver gebrui
kelijke tusschenstadium opium.
Ook in 1914 tot 1918 heeft men gezocht naar een
middel om opium-alkaloiden uit de Europeesche
grondstof te winnen. Deze pogingen zijn echter mis
lukt in verband met de hooge arbeidskosten. De
Hongaarsche apotheker Janos de Kabay slaagde er
echter in 1927 in om de zoo bijzonder waardevolle
medicamenten rechtstreeks uit het stroo te winnen,
dat tot dat moment na het dorschen werd weggegooid.
De „Alkaloida C Ltd" te Büdszentmihaly in Hongarge
wint per 1000 kg. stroo volgens het procédé de Kabay
800 gram morphine en 80 gram codeïne, d.w.z. per
ha. ca. anderhalf kilogram verdoovende middelen, die
aldus bereid minder kosten, dan bij winning met opium
als tusschenschakeL
De winning rechtstreeks uit het stroo blijkt voordee-
liger te zijn dan de morphine-bereiding met opium
als tusschenschakel. De papaver-olie-teelt is ook zon
der morphine al loonend. De morphine-industrie heeft
als grondstof dus een afvalstof, waaraan tot dusver
niet al te groote waarde werd toegekend. De be-
reidingskosten schijnen niet te hoog te zijn en niet
te veel arbeidskracht te vragen, zoodat men tenslotte
een ^eindproduct krijgt, waarvan de prijs lager is,- dan
wat wij er voor betalen aan de opiumproduceerende
landen.
Waar de dingen zoo staan beteekent de invoering
van het rechtstreeksche procédé in de West-Europee-
sche landen in feite niet veel minder dan een omwen
teling in de morphine-productie. Zooals bekend wordt
morphine behalve als medicament ook nog als genot
middel gebruikt. Het is een vergif waaraan duizenden
en nog eens dhizenden verslaafd zijn. Vooral de Oos-
tersche volken ondermijnen hun kracht door opium-
misbruik en men onderscheidt, sedért men op dit
gebied, tot een reeks van internationale afspraken is
gekomen, een wettige en een onwettige morphine-
behoefte: een behoefte aan morphine als geneesmiddel
en aan morphine als genotmiddel. De wettige wereld-
behoefte de behoefte aan morphine als medicament
dus bedraagt niet meer dan 33.000 kilogram per
jaar. Als Nederland de Hongaarsche stroo-extractie
invoert kan het uit zijn 4.529.000 kilo papaverstroo
ongeveer 3.620 kg. morphine winnen; voert het, gelijk
uit bovengenoemd persbericht blijkt, de winning uit
rijpe zaaddoozen in, dan haalt het uit zijn 1.165.000
kg. zaadkapsels, ruim 4000 kg. morphine, dat is een
achtste gedeelte van de wereld-productie.
Er bestond t.a.v. de morphine-industrie een uitge
sproken productieregeling. Deze internationale „Plan-
wirtschaft" zal ook na den oorlog van kracht zijn;
wij kunnen ons de wereld zonder deze productie
ordening niet meer indenken zij moet er komen.
Als wij er nu in zouden slagen op ons kleine gebied
een achtste van de wettige wereldproductie te con-
centreeren, dan zou dat voor ons een belangrijke
winst zijn. Wij hebben reeds nu een enormen voor
sprong, ^omdat, dank zij betere bemesting en doel
matiger methoden, de opbrengst hier stukken hooger
is dan in andere landen. Hier oogsten we n.l. 1088 kg.
papaverzaad per ha. tegen een gemiddelde van 448 kg.
elders.
De opium-produceerende landen worden b^ de huidige
ontwikkeling der dingen uitgeschakeld. Voor ons land
staan de kansen lang niet slecht, dat we er ons ais
morphine-producent inwerken en onzen belangrijken
voorsprong ook na den oorlog behouden.
G. D. LUTKE MEYER.
Ie Prijsklasse 1driejarige en oudere stieren
Ol^ambster Leenheer 2, 17811 8., geb. 11 Maart
1938. V.: Deyne Optimist 22206 F.R.8.M.: Leent je
52, 95023 3. Fokker: M. Westerdijk te Enschede
(O). EigenaarFokver. „De Vooruitgang" te Rijen.
Ie Prijs, klasse 17, volbloed pinkengeb. in 19 4 L
Riek 24, 299295 R. v. J., geb. 2 Februari 19Jfl.
V.: Old Luctor 17338 S. M.: Riek 16, 10217J, K.S.
Fokker-eigenaar: Ant. Korteweg te Zevenbergen.
Aan den anderen kant heeft het een voordeel, want
je zit er zoo midden in.
Terwijl ik dus zoo aan het plukken was dacht ik: ja,
ik moet eens iets schrijven over mijn vijfjarenplan!
Daar heb ik heel wat aardigheid van beleefd, want
dat was zeven jaar geleden, toen ik er mee begon,
zeer urgent en 't is het nóg.
De leefduur van een perzikboom is 25 k 30 jaar.
In 't voorjaar van 1914 beplantte ik mijn eerste kas
met perziken. Een boom, dien ik als een twee-jarigen
struikvorm hebt geplant, staat er nog. Het is een
Galande. Hij is dus nu net 30 jaar en loopt op z'n
laatste beenen. 'Onderstam is Saint Julien. Hij heeft
alle jaren goed z'n best gedaan, 700 1000 perziken
in z'n goede jaren is wel heel mooi.
Nu is de moeilijkheid bij een beplanting met struik-
vorm deze en dat geldt voor iedere beplanting
zoo af en toe valt er een boom weg, hetzij door lood
glansziekte of een of andere oorzaak.
Men plant een nieuwen boom in, neemt alle mogelijke
voorwaarden voor een vlakken hergrqei in acht, maar
trots dat lukt het maar matig. Langzamerhand vallen
er wegens ouderdom en zoo heeft men het vooruitzicht
dat de heele kas aftakelt.
Ik nam toen het besluit om de geti'eele kas in 5 jaar
te vernieuwen. Dat was een heel ding. Maar de bijl
ging er in. De grond werd pl.m. 80 cm. uitgegraven
en nieuwe grond er in.
Zoo gingen de drie-jarige struikboomen er weer in. Ze
kregen een goede hoeveelheid voorraadmest mee. Het
tweede jaar had ik reeds weer de eerste vruchten.
Zoo ben ik doorgegaan. Eerlijkheidshalve dien ik te
vertellen dat ik wel eens een heel kostbaren boom ge
spaard heb, maar overigens heb ik het volgehpuden en
na vijf jaar had ik weer een geheel vernieuwde en
verzorgde kas en de boomen groeien uitstekend. En
ik heb weer een kas met jonge krachtige boomen.
Waarom ik dit alles naar voren heb gebracht Omdat
ik meen dat deze methode in de geheele fruitteelt
meer zou moeten worden toegepast. Men is natuurlijk
niet gebonden aan 5 jaren, men kan er 10 of 20 jaar
van maken, maar stelselmatig ieder jaar een gedeelte
van den boomgaard of fruittuin vernieuwen, dan gaat
het als het ware ongemerkt.
Hoe vaak ziet men niet een ouden boomgaard met
slechts hier en daar een flinken boom er in. Zoo af
en toe heeft men er een jongen boom tusschen ge-
Groote konijnensterfte door coccidiose
De coccidiose houdt hoe langer hoe meer onder de konijnen
huis, in het bijzonder wat de jonge dieren betreft, welk
laatste gemakkelijk verklaarbaar is, zooals uit het volgende
zal blijken. Mij zijn vele gevallen bekend, waarin men zich
eenvoudig genoodzaakt zag het konijnen houden stop te
zetten, daar men vrijwel geen enkel dier meer wist over
te houden.
Hoewel leek op het veterinaire terrein zijnde, heb ik niette
min den indruk verkregen, dat het hier een typeerend ge
val van de ziekten betreft, waarbij er een voortdurende
strijd bestaat tusschen de kracht van de smetstof en het
weerstandsvermogen van het dier. Laat ik als voorbeeld
hiervan de tuberculose nemen. Ieder onzer herbergt ver
moedelijk wel tuberkelbacillen, doch ons weerstandsver
mogen draagt er zorg voor, dat wij er niet onder gaan
lijden, we blijven die bacillen de baas. Zoodra we echter
onder ongunstige condities moeten leven, waardoor ons
weerstandsvermogen wordt aangetast, krijgen die bacillen
de overhand en kunnen we naar een plaatsje in een sana
torium gaan solliciteeren. Terugkeerende naar de konijnen,
is het wel verklaarbaar, dat door het aanhouden van nog
wel eens groote aantallen konijnen, veela' door hen, die op
dat terrein nog als leeken zijn te berchouwen, de conditie
der dieren op een gegeven oogenblik niet aan de daaraan
te stellen eischen voldoet en vooral de nog weinig weer
standsvermogen bezittende jonge dieren daar dan het eerst
het slachtoffer van worden.
Nog een stap verder: haver, wortelen, knolrapen, brood,
welke artikelen in normalen tijd in elk konijnenhok zijn
aan te treffen, zijn thans in de eerste plaats voor mensche-
lijk voedsel en voor de paarden bestemd, zoodat ook de
voedingsvoorwaarden voor de konijnen zeer zijn verslechterd,
waardoor het weerstandsvermogen der dieren eveneens
sterk achteruit gaat en net zijn vooral de nog weinig weer
standsvermogen bezittende jonge dieren, cie daar het eerst
het slachtoffer van worden.
Mijn leekensta-ndpunt in deze wordt gerugsteund door den
toestand tijdens en kort na den vorigen oorlog. In het
orgaan ,.De Nutfokker" van 12 November 1918 schreef ik
een uitvoerig artikel over de coccidiose, dit naar aanleiding
van de toen eveneens ontstellend veel voorkomende ge
vallen van sterfte door coccidiose. De Duitsche vakbladen
van dien tijd maakten er melding van, dat 8590 pCt. van
den Duitschen konjjnenstapel aan coccidiose leed. Het
veterinair instituut te Leipzig maakte er spoorslags een
uitgebreide studie van, doch ik weet mij niet te herinneren,
of er positieve resultaten uit zijn voortgevloeid, hetgeen
vermoedelijk wel niet het geval zal zijn geweest, omdat wij
er anders thans niet opnieuw mee zaten te tobben. Wel
werd destijds een preparaat Eraamin genaamd, aange
prezen, dat de ziekte stop zou zetten, doch ook daar werd
nadien niets meer over vernomen. Nauwelijks waren de
voedingsomstandigheden echter verbeterd, terwijl de
nieuwelingen den konijnenfok weer den rug hadden toege-.
draaid of het aantal coccidiosegevallen was weer in nor
male banen teruggebracht. Hier hebben we dus een ter
rein .waarop fokker en dierenarts elkaar de hand moeten
reiken.
Thans een practische raad Houdt toch vooral niet meer
konijnen dan men dezen behoorlijk te eten kan geven,
zonder daarbij van voedsel gebruik te maken, dat voor den
mensch en het paard (haver) bestemd behoort te zijn. Men
heeft meer aan 2 in het leven gehouden en slachtrijp te
maken konijnen dan aan 10 stuks, waarvan 7 k 8 een
ontijdige begrafenis bezorgd moet wordèn.
Overdreven? Ik zou er sterker staaltjes van kunnen ver
tellen
HOLSTEYN
plant, maar deze tiert niet en 't blijft een schamel
zoodje.
Als voordeelen van zoo'n stelselmatige vernieuwing
zou ik ook nog willen noemen:
De gelegenheid tot diepe grondbewerking.
Het profiteeren van de gelegenheid om een nieuw
plantsysteem toe te passen.
Het gebruik maken van nieuwe aanbevolen soorten.
Enfin, denkt er eens over na.
Res. kapioen:Klasse 10b, jongedrachtige koeien
gewone productiemeer dan 6 maanden drachtig.
Riek 20, 114372, geboren 1 December 1937. V.:
Leonard 2, 15052 8. M.: Riek 11, 84826 S. Fokk.-
Eig. Ant. Korteweg te Zevenbergen.
Twee groepen van een eigenaar. De eerste prijs
werd toegekend aan H. A. Korteweg te Zevenbergen.
Foto's West-Brabant"