Pu] lormnbestri j ding Staat van liet mond- en klauw zeer in Nederland Vonkjes PAG. 11 DE LANDSTAND VRIJDAG 18 DECEMBER 1942 Pluimveeteelt ORTELINGS kwam in de dagbladpers een foto voor, weergevende een der ambtenaren van de Rijks- seruminrichting te Rotterdam, die een paar jonge boeren het gebruik van diergeneeskundige instrumenten bijbracht Het onderschrift vertelde, dat deze jonge boeren werden opgeleid om de plaatselijke dierenartsen later te kunnen bijstaan. Een en ander geeft mij aan leiding in deze ook de aandacht voor de pullorumbe- strijding te vragen. Echter eerst even een stukje ge schiedenis in vogelvlucht. De pullorum is een der gevaarlijkste kuikenziekten, waarbij zich echter het gelukkige geval voordoet, dat ze systematisch gemakkelijk te bestrijden valt. Door de toename der pluimveehouderij, volgende direct op den vorigen wereldoorlog, kwam in ons land voor de meeste pluimveehouders voor het eerst de minder aan gename kennismaking met die ziekte tot stand. De aandacht der veterinaire wetenschap werd er daardoor extra op gevestigd en zoo gebeurde het, dat onderge- teekende zich over deze ziekte en de bestrijding daar van met Prof. de Blieck, Directeur van het Instituut voor parasitaire- en infectieziekten te Utrecht, in ver binding stelde en van dezen een verhandeling over die ziekte en een demonstratie der toenmalige bestrijdings- methode te hooren en te zien kreeg. De bestrijding was op dat oogenblik nogal ingewikkeld en de ziektegevallen namen meer en meer toe. Op een gegeven oogenblik werd ik bij een pluimveehoudster in Terschuur geroepen, die van de 1400 kuikens er nog drie m leven had en ook dezen was nog maar een kort leven beschoren. Dit gaf mij aanleiding opnieuw naar genoemden Prof. te gaan en ik kreeg van hem het voorstel in Barneveld, het i, eenmalige centrum onzer pluimveehouderij, met hem een lezing te houden, waarbij Prof. de Blieck het wetenschappelijke en ik het practische deel zou behandelen. Deze lezing vond 10 Augustus 1925 plaats. Dezen datum zou ik niet zoo nauwkeurig hebben onthouden, ware het niet, dat dien dag de ramp van Borculo plaats vond, waarvan Bar neveld een heel klein staartje mee kreeg en wel in den vorm van noodweer, dat mij thans nog heugt. Er was een klein begin met de bestrijding gemaakt, maar hard schoot het niet op Derhalve vroeg ik een bespreking met het bestuur der A.N.P.V. aan, opdat deze voor een georganiseerde bestrijding zou zorgdra gen. In de eerste vergadering kon geen resultaat worden bereikt, doch ik kwam met zóóveel bewijsmateriaal, dat er evenmin een geheel afwijkend standpunt werd ingenomen, zoodat er een tweede bestuursvergadering aan werd gewijd en toen won ik het pleit. Er kwam schot in, temeer doordat er een snellere bestrijdingsmethode door Prof. de Blieck werd toege past. Er kwam een georganiseerde bestrijding, in de vakpers werd er reclame voor gemaakt, de kuikenafne mers zagen er voordeel in van op pullorum onderzochte ouderdieren de kuikens te betrekken en er ontstond... bedrog, doordat Jan en alleman „pullorumvrije kui kens" ging aanbieden, ook al waren de ouderdieren niet eens onderzocht! Ook daar werd stelling tegen genomen, bovendien waren de kuikenleveranciers zelf gaan be grijpen, dat met betrekkelijk weinig kosten de pluim veestapel van dezen kuikengeesel kon worden bevrijd. Inmiddels was 'een nog meer eenvoudige bestrrjdings- methode tot stand gekomen, zoodat leeken op veteri nair gebied deze zelfs konden toepassen, waarbij h^aas ook weer misstanden voorkwamen, doch waaraan thans wettelijk een einde is gekomen, daar alleen de dieren artsen deze bestrijding kunnen toepassen en daar wilde ik het juist even over hebben, ondanks het feit, dat er nog maar betrekkelijk weinig pluimvee in ons land wordt gehouden en alleen de fok- en vermeerderings- bedrijven er voor in aanmerking komen. De ervaring heeft ruimschoots geleerd, dat lang niet alle dierenartsen wat voor het pullorumonderzoek ge voelen* daar het slechts pluimvee betreft en daar wordt dan de neus voor opgehaald. Ook komt er een portie routine bij te pas en die ontbreekt dan bij sóm mige dierenartsen_ Daardoor kon het gebeuren, dat ernstige pluimveehouders, die over behoorlijk antigeen (de voor het onderzoek benoodigde stof) beschikten, dat in den handel te verkrggen was, er méér van terecht brachten dan sommige dierenartsen, die er maar een beetje met de pet naar gooiden. Onze pluimveestapel is op enorme wijze ingekrompen. Straks zal dus weer een uitbreiding volgen We heb ben nu 'de kans gekregen, het ons nog resteerende gedeelte zoo veilig mogelijk te stellen, door in de eerste plaats voor de gezondheid der dieren zorg te dragen. De opbouw zal dan met des te mindej risico gepaard gaan. Wanneer dus pluimveehouders of personen, die uit hoofde van hun ambt met de oluimveebedrijven in aanraking komen, een opleiding als Pullorumonderzoe- kers konden verkrijgen, hetgeen van eenvoudigen aard kan zijn, daü zou de bestrijding straks (thans kunnen betrekkelijk weinig speciaal opgele:de dierenartsen het Werk wel af) deskundig en vlot kunnen verloopen en zullen de er mede gepaard gaande 'kosten ook niet zoo hoog behoeven te zijn, als de dierenartsennota's deze zouden vermelden. HOLSTEYN. gedurende de week van 29 Nov.6 Dec. 1942 Provincies; Aantal daarvan Aantal daarvan Gemeenten nieuw boerderijen nieuw Groningen 24 6 61 27 Friesland 27 4 150 20 Drenthe 23 5 50 14 Overijsel 23 3 109 44 Gelderland 61 21 265 154 Utrecht 49 15 188 101 Noord-Holland 89 14 823 201 Zuid-Hollan'd 150 19 995 475 Zeeland 20 2 38 4 Noord-Brabant 93 37 309 195 Limburg 9 3 14 8*) Totaal; 568 129 3002 1243 Sterfgevallen tengevolge van het mond- en klauwzeer, week van 29 Nov. t.m. 5 Dec. 1942: Varkens Runderen Kalveren en biggen 5 17 Rectificatie: in de week van 2229 Nov.: Noord-Brabant 1 1 Limburg 1 1 plus 1 a h. Slachthuis. Ter voorkoming van boter- en kaasgebreken, dient men de uiterste zorg te betrachten bij het voeren van kuilvoer. Alleen hierdopr kan besmetting met boterzuur-bacteriën tegengegaan worden. De kuil dient eerst na het melken gegeven te worden, terwijl deze nooit in den koestal bewaard mag worden. Raak de kuil zoo min mogelijk met handen of kleeren aan en verwijder de resten zoo spoedig mogelijk. De melkbussen mogen nooit in de nabijheid van kuil of in kuillucht staan. Laat de melk zoo spoedig en zoo diep mogelijk afkoelen. Teems, melkbussen en emmers dienen grondig gereinigd te worden. Eerst uitspoelen met koud watfer, dan reinigen met behulp van soda of een vervangmiddel en kokend water. Ook melkstoeltjes en spantouwen moeten zoo zin delijk mogelijk gehouden worden. Melk steeds met schoone handen. l5e uie'r dient met een drogen doek gewreven en de spenen gewasschen te wor den. Ook de stal moet zoo rein mogelijk gehouden worden. Te diep z..aien van granen heeft vele nadeelen: de kieming verloopt niet vlot; de plant moet een halmheffer vormen; deze wordt vaak aange\reten door. ritnaalden, enz.; de planten komen zeer verzwakt boven den grond en worden vaak aangetast door fosarium en andere schimmels en zijn vatbaar voor aaltjes-aantasting; de aitstoeling wordt verminderd; er ontstaan zwakke halmen van ongelijke lengte, die gemakkelijk aangetast worden door smalle graanvlïeg of fritvlieg. - Volgens Dr. Burger kan gekiemde haver vermagerde paar den sneller in betere conditie brengen dan normale, droge haver. Gekiemde haver is een zeer goed voedermiddel voor jonge paarden. Om grasland in conditie te houden of te verbeteren moet men: zorgen voor goede ontwatering, door geregeld onder houd van slooten en greppels; doelmatig beweiden en de afgeweide perceelen goed verzorgen afwisselend hooicp en weiden; een intensieve onkruidbestrijding oepassen; in den nazomer wat flink verteerden stalmest over het land rijden; bemesten zoo goed als mogelijk is; van belang is een ge durende den—winter aangelegde composthoop van allerlei afval ®tet wat stalmest. Door warm te kuilen, verliest rooböllig gras zijn giftigheid, echter niet in den Finschcn kuil. Men vervoedere eerst de minsthoudbare voedersoorten en die met het laagste eiwitgehalte; de eiwitrijkste voeder middelen beware men voor den tijd dat de nienwmelke koeien komen. Wie zoowel over Hollandschen als Finschen kuil beschikt vervoedere in het begin der stalperiode het Hollandsch kuilvoer en in het laatste deel der stalperiod§ het Finsche. Treedt diarrheë op bü kalveren, dan onthoude men het dier alle voedsel. Men geve enkel gekookt water in lauwen toestand, evenveel als de dieren aan melkproducten ontvingen. Deze methode is beter dan het toepassen van allerlei huismiddeltjes; Nu het grasoppervlak door het scheuren verminderd is, doet men goed het overblijvend grasland door een doel matige verpleging en bemesting en vooral ook door een doelmatige verdeeling in perceelen no. goed mogelijk te benutten. Het omweidsysteem geeft ook bü een beperkte stikstof- bemestings-mogeiykheid belangrüke opbrengstvermeerde ring. Spit uw tuingrond vroegtijdig om! Met het omspitten van den tuingrond moet men niet wachten tot ver in het voorjaar. Het moet eerder ge schieden. Bij zacht weer is het reeds in de winter- maanden mogelijk. Indien 's winters na het spitten nog een flinke vorst optreedt, vriezen de harde kluiten stuk. Zulk een door vriezen van den omgespitten grond bevordert bijzonder het verkrijgen van een lossere structuur van den bodem. Stugge gronden pleegt men daarom in het late najaar te spitten. Ook graslanden, die voor den verbouw van aardappelen en groenten zijn bestemd, spit men zoo vrbeg mogelijk om. Wil het omspitten van een stuk grasland goed geschieden, dan vergt dit veel tijd. Het duurt langer dan het spitten van ouden lossen tuin grond. Ook dit is een reden om er zoo vroeg mogelijk mee te beginnen. Nimmer moet men spitten als er sneeuw ligt en even min zoolang de grond bevroren is. Het kan gebeuren, dat veel regen of hooge waterstand den grond hebben doorweekt. Zoolang de grond nog doornat is, moet men niet spitten, want door de overmaat van vocht slibt de aarde weldra weer dicht Het overtollige water moet men eerst door greppeltjes laten afvloeien. Zoodra de grond voldoende droog is, maakt men met het spitten een aanvang. Men gebruikt voor dit werk een stevige spade en zorgt er voor, dat deze vooral niet roest. Hoe blanker ze is, des te gemakkelijker gaat ze in den grond en des te lichter is de arbeid. Indien de tuin grond veel worteldraden van kweekgras bevat, is het raadzaam deze tegelijk met het spitten te verzamelen en te verwijderen. Maximumprijzen en -marges voor bloemen. De Gemachtigde voor de Prijzen wijst erop. dat tot dusver voor bloemen geen prijzen zijn vastgesteld en dat voor die artikelen dus de prijzen van vóór 10 Mei 1940 van kracht zijn. De Gemachtigde voor de Prijzen zal niet tot vervolging overgaan, indien de hieronder aangegeven telersprijzen niet worden overschreden. Ook zal geen vervolging plaats vinden tegen groot- en kleinhandel, indien deze de prijzen, welke zij vóór 9 Mei 1940 berekenden, ten hoogste tot op de voor hen toelaatbare inkoopsprijzen, vermeerderd met de hier aangegeven marges, overschrijden. Maximum kweekprsprijzen voor: Cyclamen (bloemen). Kwaliteit I: 0.50 per 10 stuks. Kwaliteit II: 0-30 per 10 stuks. Kwaliteitseischen Kwaliteit II: steellengtë tot 25 cm. Kwaliteit II: stellengte tot 25 cm. Bovendien moeten de bloemen zuiver zijn en goed ontr wikkeld. Helleborus Xiger (bloemen), wit, per 10 stuksÉ/1.60. Helleborus Atropurpureus (bloemen), lila, per 10 stuks 1. Kwaliteitseischen Stellengte der witte bloemen meer dan 15 cm. Steellengte der lila bloemen meer dan 10 cm. Bovendien moeten de bloemen zuiver zijn en goed ont wikkeld. Marges voor'den binnenlandschen handel. Voor Bloemen Maximumgrossiersmarge25 Sc op den inkoop. Maximum detaillistenmarge 90 op den inkoop De maximumprijzen voor snijbloemen gaan direct in. Hoogere prijzen worden als overtreding van de Prijzenbe- schikking 1940 No. I vervolgd. Bij afwijkende kwaliteit wordt een prijs toegestaan, welke een kwaliteitsklasse lager ligt en zoo deze kwaliteitsklasse niet vermeld is. mag de prijs voor de afwijkende kwaliteit maximaal 75 bedragen van dien, welke hiervoor genoemd is voor de 1ste kwaliteit. Prijsaanduiding voor bloemen. De gemachtigde voor de prijzen heeft blijkens een publi catie in de Staatscourant de prijsaanduidingsplicht uitge breid tot ieder, die als kleinhandelaar of in een andere hoedanigheid in den kleinhandel bloemen te koop aanbiedt. De wijze, waarop het prijzen moet geschieden, is, zooals bekend, vastgelegd in het prijsaanduidingsbesluit 1941. Verkoop ongekeurde Waalsche boonen Nogmaals wordt erop gewezen, dat de verkoop van onge keurde Waalsche boonen door telers aan handelaren en/of verbruikers verboden is. Ongekeurde Waalsche boonen mogen uitsluitend aan het A.V.A. worden afgeleverd. Ook voor z.g. contractteelt zullen, geen geleidebiljetten voor het vervoer van teler naar handelaren worden verstrekt* BENOEMING Benoemd tot plaatsvervanger van den dijkgraaf van. den polder nieuw beoosten Blij bezuiden A. de Waele te Koewacht. Schapen Geiten 2 1 1 1 minder 1 1 meer

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1942 | | pagina 11