Waterschap Schouwen
Vereeniging tot verbetering van het
geitenras in Zeeland
De Landstand
Registratie motorrijtuigen
in ZEELAND
INHOUD:
PAG. 3
de landstand
VKUDAG 15 JANUARI 1943
Vergadering van den kring „Schouwen
en Omstreken" op 17 December 1942,
in het huis „Van Nassau" te Zierikzee
(Door omstandigheden is dit verslag te laat op de
drukkerij gekomen om nog in het vorige nummer op
te nemen. Wij achten het echter belangrijk genoeg hèt
een en ander alsnog op te nemen).
Tegenwoordig 6 afdeelingen en enkele belangstellenden.
De voorzitter Dh. Verboom opende de vergadering en
sprak zijn teleurstelling uit, dat er nog altijd bij de
P. V. aangesloten vereenigingen zijn die niet deelnemen
aan het kringwerk en weigeren een kleine vastgestelde
bijdrage, die noodig is tot onderhoud van de kring-
onkosten, te betalen. Spr. hoopt dat de vergadering
van dezen avond, waar de secretaris van de P. V. een
lezing hoopt te houden, er toe mag bijdragen dat ook
hierin verandering komt.
Hierna werden door den secretaris-Penningmeester de
gewone verslagen voorgelezen, die onveranderd werden
vastgesteld.
In het bestuur werden herkozen de heeren M. C. de
Bil te Dreischor en C. A. Hartog van Haamstede.
In de vacature werd met alle stemmen op één na, ge
kozen de heer L. Kristelijn te Scharendyke.
Besloten werd om bij voldoende deelname in den komen
den zomer een kringtentoonstelling van melkgeiten en
lammeren te houden.
De afdeeling Zierikzee neemt de regeling voor het ter
rein enz. op zich.
Namens de aanwezigen brengt de voorzitter der afd.
Zierikzee hiervoor bij voorbaat dank.
De vrijwillige contributie wordt vastgesteld op 3 cent
per lid voor het jaar 1943.
Dh. Hartog biedt aan voor de komende tentoonstelling
alle programma's enz. in orde te brengen. Dit wordt
onder dank aanvaard.
Hierna kreeg de secretaris van de P. V. gelegenheid
zijn aangekondigde lezing met het onderwerp „Organi
satie" te houden.
Spreker begint met erop te wijzen, dat organisatie al
zoo oud is als de wereld.
Vanaf de vroegste tijden, als er wat grootsch tot stand
moest komen, organiseerde men zich.
We kunnen gerust zeggen dat als we aan onze schep-
pingsroepirig willen voldoen, we tot medewerking aan
organisatie verplicht zijn.
Want zullen we in het belang van ons zeiven en van
onze medemenschen wat tot stand brengen, dat is zul
len we uit alle voorhanden zijnde scheppingsorganen
allés halen, wat er uit te halen is, dan moeten we ons
organiseeren.
En dat is onze roeping, maar dan kunnen we niet alleen
blijven staan. Dan moeten we ons vereenigen, omdat
we dan pas kunnen verkrijgen wat voor den eenling
nooit te bereiken is. f
Wij hebben tegenover onze medemenschen een roeping
en dat wordt door hen die tegen organisatie zijn ver
geten.
Het standpunt „als het mij maar goed gaat" moeten
we nu eens kunnen laten varen; dat zijn we als
Christenmensch verplicht.
Het moet worden, hoe zal ik mijn leven inrichten om
nuttig te zijn voor mijne medemenschen.
Doen we dit niet, dan doen we aan onze scheppings
roeping tekort. En om dit te bereiken vinden we ook
in onze organisatie een vruchtbaar terrein, vooral waar
ons werk tegenwoordig van zoo groote beteekenis is
voor de volksvoeding.
Ook in ons werk moeten we niet alleen ons eigen voor
deel, ons eigen belang zoeken, maar moet ook een
plaatsje zijn voor het belang van zoovelen, die zonder
onze hulp niet in staat zijn in hun dagelij ksch levens
onderhoud te voorzien.
En dat kunnen we en dat is het mooie van ons werk.
Als eenmaal, we hopen spoedig, de vrede weerkeert,
dan zal er ook veel van ons kleine menschen gevraagd
worden.
Dan zal eendrachtig samenwerken een eerste eisch zijn.
Dan zullen we geroepen worden zooveel mogelijk voor
onze volksgenooten te doen.
Laten we ons werk hierop van af heden instellen, laten
we in onze fokkerij van af heden hiermee rekening hou
den, opdat we straks in staat zijn, om hen die door de
tijdsomstandigheden nog geen geitje bezitten, hieraan
te kunnen helpen.
En dat ook weer niet met voorliefde van de een boven
den ander, maar in de wetenschap dat alle menschen
broeders zijn van een groot gezin.
In dit teeken sta onze arbeid voor het komende jaar.
Nadat nog enkele vragen door den spreker waren be
antwoord, bracht de voorzitter hem dank voor de hel
dere uiteenzetting van dit onderwerp, en sprak de
hoop uit, dat ook uit den kring Schouwen en Omstre
ken velen er hun winst mede zullen doen.
Hierna sloot hij onder dank aan de aanwezigen de
goedgeslaagde vergadering.
14 December 1942 kan voor ons Waterschap een
goede dag genoemd worden. De heer Gast deelde in
de algemeene vergadering mee, dat het Dagelrjksch
Bestuur van plan is de verdere ontwatering van den
polder ter hand te nemen en daartoe den Cultuur-
technischen Dienst zou willen inschakelen. Na eenige
toelichting werd het plan met algemeene stemmen
aangenomen en een post van 1500.op de begrooting
geplaatst voor eventueele kosten van waterpassen. Wij
zijn van meening, dat dit besluit alleszins een geluk-
wensch waard is.
Wij weten dat dit werk by genoemden Dienst in goede
handen is, daar hjj zich in dit werk gespecialiseerd
heeft, en kundige medewerkers tot zijn beschikking
heeft.
Het is een niet te loochenen feit, dat op het gebied
van verbeteren van den waterstand nog veel te doen is.
Reeds is voor den buitenkant zooveel geld uitgegeven,
laat men dan nu nog eens laten zien, dat men geld
over heeft voor dit mooie werk. Wanneer men den
polder eens nagaat, dan zijn er maar weinig plaatsen
te vinden, waar de afwatering ideaal is. We kunnen
veilig aannemen, dat van 9300 H.A. 6000 H.A. nog wel
te veel water heeft.
Een medestrijder voor de verdere verlaging van het
polderpeil ging uit van de volgende gedachte:
Laten we eens aannemen, dat hierdoor per HA. slechts
een voordeel wordt verkregen van f 10.dan beteekent
dit een meerdere jaaropbrengst var 60.000, hetgeen
tegen een rente van 4 een kapitaal vertegenwoor
digd van anderhalf millioen gulden. We zijn van mee
ning, dat het de plicht is van het polderbestuur om
dit kapitaal, dat toch werkelijk geen bagatel is, niet
te verwaarloozen.
Het stemt ons dankbaar, dat er nu eens aangepakt
wordt De wijze waarop, kunnen we gerust overlaten
aan den Cultuurtechnischen Dienst.
Wij zijn van meening, dat deze Dienst jchouwen niet
zal verlaten, zonder de aandacht te hebben gevestigd
op het groote nut van ruilverkavelen, hetgeen in een
ouden polder als deze heusch geen overbodige luxe
zou zijn.
Wij kunnen ons niet voorstellen, dat, indien aan het
net van waterleidingen nog nieuwe zouden worden
toegevoegd, men dan de vele kleine, dikwijls kromme
perceeltjes zoo maar zou laten liggen. Dan kon tevens
ook het wegennet eens nader bekeken worden.
Eenige nieuwe verbindingswegen komen ons nood
zakelijk voor. Ook op het gebied van verkavelen ligt
nog een kapitaal te wachten op ontsluiting.
Zooals de toestand in ons waterschap is, zoo is het
ook gesteld in vele andere polders. Wij meenen dat
deze toestanden niet toelaatbaar zyn. Hef gaat in
dezen tijd niet langer om Gods water over Gods akker
te laten loopen, en zich verder nergens om te bekom
meren.
Wij zijn tegenover ons volk verplicht zooveel mogelijk
uit den bodem te halen. Daarom is het gewenscht dat
wordt toegezien door het College wat boven de pol
ders is gesteld.
De techniek van dezen tyd is ervoor ze dienstbaar te
maken aan bestaande behoeften. De landbouwweten
schap zorgt ervoor dat bemesting, verzorging, ziekte
bestrijding enz. voldoen aan de gestelde eischen, om
de opbrengst van onze producten op te voeren lot
het hoogst bereikbare.
Om boetes of straffen te voorkomen, vestigen wjj
de aandacht van betrokken personen op het feit,
dat ook LANDBOUW-tractoren onder het re
gistratie-besluit vallen .Deze dienen dus op de
bij de plaatselijke politie te verkrijgen formulieren
te worden opgegeven.
Redactie-adres:
GROOTE MARKT 28
GOES. TEL. 2345 (toestel 05)
Uitgave:
UITGEVERIJ „VOLK EN BODEM"
POSTBUS 281 - DEN HAAG
Advertenties: Losse plaatsing 25 ct. per m.m., in alle
edities 75 ct. pei m.m.
Abonnementen: Voor niet-leden van ien Nederl. Land
stand 5.per jaar of 1.25 per 3 maanden.
Alle briefwisseling betreffende exploitatie, advertenties
en abonnementen, aan postbus 281, Den Haag.
Telefoon 11.65.88
2de Jaargang No. 2
Vrijdag 15 Januari 1943
1. Indrukken en Gedachten XX.
2. Achter den ploeg.
2. Moeilijkheden en mogelijkheden voor den Duit-
schen boer,
3. Vereeniging tot verbetering van het geitenras
in Zeeland.
4. Beelden uit Oostland.
4. By den dood van Prof. Dr. Adolf Mayer.
5. Jachtwezen.
6. Uit den Ned. Coöp Raad.
6. Tuinbouw in het kleine boeren- en pluimveehou-
dersbedrijf (spitskool).
6. Heeft de koolrabi in ons land een toekomst?
7. Probleem bij den teelt van de spruitkool.
8. Spinazie onder platglas.
8. De pootui in den winter.
9. Proefveld versla gen.
10. Het berekenen van voederrantsoenen.
10. Aardappelen als veevoeder.
11. Wat „Land en Volk" brengt.
11. Het K"! V. O. maalt f uekend!
11. Officieele I^mdbomvniededcclingen.
Waterschaps- en Polderbenoemingen
Benoemd tot:
dijkgraaf van den Wilhelminapolder (Walcheren), A.
J. Klompe te Nieuw en St, Joostland;
dijkgraaf van den Elizabethpolder (Amemuiden) A. J.
Klompe te Nieuw en St. Joosland;
dijkgraaf van den Rapenburgpolder, A. J. Klompe, te
Nieuw en St. Joosland';
dykgraaf van den Zuidvlietpolder, J. J. van der Voorde,
te Wolphaartsdrjk
gezworene van den Prosperpolder (Nederlandsch ge
deelte), G. de Bruyne te Clinge;
dijkgraaf van het waterschap De Vereenigde Polders
van Ossenisse, E. P. M Verchirmen te Vogelwaarde;
dijkgraaf van den Jongepolder, C. A. Struijk te Nieu-
werkerk;
gezworene van den Hellegatpolder, P. J. Verbist te
Boschkapelle, (Vogelwaarde).
Benoemd tot plaatsvervanger van den dykgraaf van
den Byleveldpolder, A. C. Noom, te Nieuw en St.
Joosland.
Inschrijving in het centraalregister van
nieuwe rassen van landbouw
gewassen
Do Raad voor het Kweekerarecht, thans gevestigd Helena-
straat 35, 'a-Gravenhage, brengt ter kennis, dat de moge
lijkheid is geopend tot het doen van aanvragen tot inschrij
ving in het Centraal Rassenregister van nieuwe rassen van
een der landbouwgewassen aardappel, erwt, gerst, haver,
mais, rogge, stamboon, tarwe, veldboon en vlas Aanvragen
moeten worden ingediend b(j het bureau van den Raad
door inzending In 5-voud van een aanvraagformulier met
beschrjjvingsblad. welke elk tegen B cent per stuk aldaar
verkrijgbaar zijn en worden toegezonden na overmaking
van het verschuldigde bedrag op postrekening No. 198113
ten name van den Raad. Aangezien de beschrijvingsbladen
voor de onderscheidene gewassen verschillend zijn, dient
bi) de bestelling te worden opgegeven voor welke gewassen
z(j worden verlangd. Rassen, waarvoor de aanvrage niet
vóór 1 Februari 1943 bij den Raad is ingediend, kunnen in
het algemeen niet meer in de komende onderzoekingsperiode
worden onderzocht.
Welnu, men drage dan tevens zorg dat de planten
niet met de fijne haarwortels ln het koude wat.er
moeten staan. Het geld, besteed aan verdere ontwate
ring, zal steeds dubbele rente geven.
Ook in andere polders moet men niet vergeten, dat
vaak de zuinigheid drommels goed de wijsheid kan
bedriegen.
w. a. b.