De boomkleur-
stoffen
ndstand
PAG. 6/7
sloten. Daartoe overtrekken we het dak nog met blad
zink, asfaltpapier of rubberoïd.
Ik vergat nog te zeggen, dat onder den bodem een
paar stevige klampen getimmerd worden, waarop het
heele geval wordt neergezet, volkomen in het lood, op
een paar steenen of vier omgekeerde bloempotten, zoo
dat de kastbodem een flink eind vrij van den vochtigen
grond blijft.
Gaan we later met onze bevolkte kast op réis, dan
dienen de bijen er, als reeds gezegd, tijdelijk luchtig
in opgesloten te worden, doordat we de vliegplank
tegen den voorkant onzer broedkamer omhoog klap
pen, met den wervel vastzetten en aldus het vlieggat
afsluiten. Voor luchttoevoer zorgt dan het reisraam, op
den bovenrand van de honingkamer bevestigd, na ver
wijdering van het dak. (fig. 2).
Maar ook alle losse deelen onzer kast dienen vóór de
reis onwrikbaar aan elkaar verbonden te worden.
Hiervoor gebruiken we zes kóperen oogschroeven Deze
draaien we, drie rechts en drie links, door de latjes
der omlijsting van broedkamer, honingkamer en dak.
Alle losse deelen zijn nu vereenigd tot één vast geheel.
Door oogschroeven te gebruiken kunnen we zonder
schroevendraaier werken en is de bewerking in een
ommezien uit te voeren.
Uit mijn beschrijving met de erbij gevoegde werk tee -
keningen zult ge, naar ik hoop, wel begrepen hebben,
hoe ge werken moet. Het bouwen van zoo'n bijenkast
is een prettig winterwerk.
Van buiten bestrijken we onze bijenwoning met car-
bolineun*. Zoo mogelijk geven we iedere kast een eigen
kleur. Daarna zetten we ons bouwwerk buiten, totdat
de scherpe lucht van het carbolineum verdwenen is;
want eerder kunnen de bijen haar paleis niet betrekken.
Schaf ook een moerrooster aan. Gelegd tusschen broed
en honingkamer. belet dit de koningin naar boven te
komen. Ze kan dus alleen broed brengen in de bene-
denafdeeling, terwijl boven het rooster de werkbijen
de raten met zuiveren honing vullen.
onderlatjes
(Teekeningen van den schrijver)
Later hoop ik u over het bevolken der bijenwoning,
het werken ermee, de inwintering, enz. nader te ver
tellen.
Mochten zich nog moeilijkheden voordoen, of wilt U
iets anders weten op het gebied der bijenteelt, zend
dan Uwe vragen in bij de redactie van „De Land
stand". Ik zal dan trachten U zoo goed mogelijk te
helpen.
En thans aan den arbeid! Laten we zorgen vele kas
sen met bijen gereed te hebben tegen den bloeitijd van
koolzaad en vruchtboomen.
CHR. H. J. RAAD,
Vereenigingsleider bijenteelt
c
n.
Het resultaat der bespuitingsproeven
EZÉ proef bespuitingen, die ons belangrijke ge-
gegevens hebben verstrekt over de bruikbaarheid der
vei-scnillende middelen, werden uitgevoerd op vijftien
verschillende plaatsen van ons land, verdeeld over
acht verschillende provincies.
Gemakshalve werd het onderzoek inzake de werk
zaamheid der verschillende middelen verricht-met de
gemakkelijk te herkennen blauwachtig groene prui-
menluis Hyalopteris pruni en de reeds vroeg in het
voorjaar op appel, en pereboomen aan te treffen groene
bladluis Rhopalosiphum crataegellus Theob, die om
streeks midden Mei de vruchtboomen verwisselen voor
een andere gastplant, in het algemeen zonder veel
schade te hebben aangericht aan den appel en de peer
Een onderzoek als ait is slechts mogelijk, indien me i
naast de behandelde boomen een reeks contrölebóomen
heeft, die geen bespuiting ondergaan. Men kan dan
vergelijken hoeveel luizen of ander gedierte er voor
komen op de behandelde en hoeveel op de onbehandelde
boomen; men krijgt aldus een goeden maatstaf voor
de doeltreffendheid der bespuiting met een bepaald
middel. Een bezwaar hierbij is, en dat bleek ook bij
de. proefbespuitingen in 1941-1942' het geval te zijn,
dat sommige fruittelers tusschen hun behandelde boo
men liever geen onbehandelde boomen zien, die immers
een bron van besmetting zouden kunnen worden voor
den heelen boomgaard. Door dó autoriteiten wordt
daarom overwogen de aantrekkelijkheid van de be-
spuitingsproef te verhoogen, door voor de onbehandelde
boomen nicotine of een ander bespuitingsmiddel be
schikbaar te stellen, 'zoodat de contröleboomen aan
stonds na de beëindiging der telling afdoende van
luizen kunnen worden gezuiverd.
Het tellen der luizen
Het tellen der luizen is geen gemakkelijke taak. Daar
toe moesten van de met de diverse middelen bespoten
boomen telkens 50 tot 100 knoppen per boom worden
„geluisd", bij groote boomen liever meer dan min
der, omdat moet worden aangenomen, dat de luizen
onregelmatig over het hout zijn verspreid. Bovendien
kan bij een gering aantal knoppen een andere fout
m de berekening sluipen: indien er bij het spuiten
knoppen zijn overgeslagen, komt dit bij een gering
aantal onderzochte knoppen sterker tot uiting, dan bij
een groot aantal. Komen er knoppen voor, die door
hét groote aantal luizen, waarmee zij zijn bezet, uit
de lijn springen, dan geven deze knoppen geen beeld
van de werkzaamheid van het gebruikte middel, maar
van de nauwkeurigheid, waarmee de bespuiting is
verricht.
De te controleeren knoppen werden genomen van de
meest uiteenioopende plaatsen van den boom en onder
handen genomen, even nadat de luizen waren uitge
komen, dus terwijl zij zich op de ongeopende knoppen
„nog zaten te koesteren in het zonlicht". Begint nien
later met de telling, dan zijn ze „al aan den arbeid
gegaan" en zitten, verscholen tusschen de blaadjes,
dapper te zuigen. Het is dan soms bezwaarlijk ze
terug te vinden. Komt men nog later, dan wordt het
resultaat van d!e telling minder zuiver, omdat dan
ook de tweede generatie reeds in actie is.
De uitkomst der proeven
Een groot gedeele van de in 1941-1942 bij de bespui-
tingsproeven- gebruikte middelen is ook in 1943 weer
beschikbaar. In het algemeen zijn uitstekende resulta
ten verkregen met
Sellnon 1 pCt., een product van de I. G. F&i bcinndustrie,
terwijl D. N. C. Krimpen /2 pCt., Kewa y2 pCt. en
Jebonol extra /2 pCt., drie middelen van gelijke sa
menstelling, die iets minder krachtig werkten dan
Selinon, maar verder goed hebben voldaan. In iets
gewijzigde samenstelling zijn deze middelen ook thans
weer verkrijgbaar.
Elgetol 1 pCt. en Etymolos 1 pCt, deden vrijwel niet
onder voor vruchtboomcarbolineum. Helaas zijn deze
producten dit jaar niet beschikbaar gesteld.
Prokarbal 1 pCt., een product van de Borchers A. G.,
werd bij een der proeven gebruikt en leverde eveneens
uitstekende resultaten. Het is dit jaar echter niet
verkrijgbaar.
Minder gunstig waren de resviJtaten met een ander
middel, waarin het werkzame toxicum niet in den vorm
van een zout voorkomt, maar als ongebonden zuur.
De doodende werking is in dózen "orm krachtiger,
maar een bezwaar is bij het
Nitroleum 0,2 pCt., dat het preparaat kleurloos is en
zich daardoor minder gemakkelijk laat gebruiken. Bij
het spuiten valt het n.l. moeilijk uit te maken, welk
deel van den boom men heeft geraakt en welk niet.
De samenstelling van het product is dit jaar echter
eenigszins gewijzigfl, zoodat mag worden verwacht,
dat er thans wel gunstige resultaten mee zullen wor
den verkregen.
(Zie vervolg pag. 8)
Op dit groote landgoed in deze fraaie omgeving wordt
nu aan bekwame, jonge Nederlandsche boeren de
gelegenheid geboden zich theoretisch en praktisch te
ontwikkelen om straks als baanbrekers in dezen
nieuwen tijd in dit nieuw verworven land daadwerke-
lijk deel te hebben aan de voedselvoorziening van
Europa. Kunt U zich een grootscher, belangwekkender,
degelijker taak voorstellen, Nederlandsche boeren
Maakt daarom van onderstaande mededeelingen goede
notitie en neemt daarna de moeite U bij de Neder
landsche Oost-Compagnie volledig van alle verdere
j bijzonderheden op de hoogte te stellen.
Aan de scholing op Waka T. gaat een scholing van
twee maanden op het landgoed Geeresteyn te Wou
denberg vooraf.
Hier zal onderwijs worden gegeven in de Duitsche
en zoo mogelijk ook in de Poolsche taal; verder zullen
eenvoudige bevattelijke cursussen worden gegeven in:
algemeene levens- en wereldbeschouwing, bedrijfsvoe
ring, boekhouden en omgang met wapens.
De scholing op Waka T. (die van twee tot zes maan
den zal duren naar gelang van de bevattelijkheid van
den cursist) wordt ongeveer op denzelfden voet voort
gezet. Een en ander zal aldaar getoetst worden aan
de praktijk, waarbij vooral nog aandacht zal worden
geschonken aan den omgang met de Oostlandbewoners.
Voor uitzending komen de volgende personen in aan
merking:
le. jonge boeren, minstens 25 jaar oud, die een
ruime ervaring hebben opgedaan op een flink land
bouwbedrijf. Zij moeten gewend zijn met personeel om
te gaan en in staat zelfstandig op te treden. Zij komen
na afloop van de scholing in aanmerking om te wor
den aangesteld als bedrijfsleider op een bedrijf
van 200 ha.;
2. jonge boeren van 21 tot 25 jaar oud, die na de
scholing een aanstelling als assistent-bedrijfsleider
kunnen krijgen;
3. rentmeesters, die theoretische en praktische kennis
van boekhouden hebben en de Duitsche taal"in woord
en geschrift beheerschen, zij kunnen worden ingezet
als administrateur van vijf en zes bedrgven, met een
totale grootte van ongeveer 1000 ha.;
4. In beperkte mate is ook vraag naar specialisten
op het gebied van den tuinbouw, vee en pluimvee
teelt, paarden- en varkensfokkerij en de visscherij.
Ook zij maken deze scholing mede en kunnen daarna
een mooie zelfstandige positie verwerven.
5. Landbouwingenieurs en consulenten krijgen gelegen
heid zich voor de volgende onderdeden in te zetten:
veehouderij, zuivel, grondonderzoek en ontwatering,
ontvening, krachtvoerproductie, zaadteèlt, suiker-
fabricage en boschbouw.
Behalve dat de scholing op Waka T. kosteloos is, wordt
voor deze periode voor het achterblijvende gezin in
Nederland een toelage gegeven die in overeenstemming
is met de levensbehoeften.
Zelfs wordt eenzelfde toelage overwogen tijdens de
scholing in Woudenberg.
Voorwaar een maatregel, die onder de huidige omstan
digheden alle waardeering heeft.
Wat de salarieering in het Oostland betreft verzekerde
mij de N.O.C., dat die in vergelijking met Nederland
hoog te noemen is.
In de onmiddellijke omgeving van Waka T. sta ik op
een heuvel. Door de boomen van het nu ontbladerde
park zie ik "het slot en de bij-gebouwen. Links van mij
eex spoorlijn en rechts het wijde, met sneeuw bedekte
land, in de verte boschrijke heuvels met hier en daar
een woning. Een wonderlijk mooi landschap. Hier zullen
onze boeren een tweede vaderland vinden, hier zullön
zij mettertijd een zelfstandigen werkkring opbouwen en
als pioniers de aarde openbreken en bebouwen.
Het Oosten roept
Welaan landbouwend Nederland, geef gehoor aan deze
onweerstaanbare roepstem!!
J. v. d. B.
Rechts: Arbeiderswonin
gen bij het landgoed
Waka T.
Foto's: archief N.O.C. (2)
Links: Eet slot Waka T
bij Wilnavroeger in be
zit van de Poolsche gra-
venfamïlie Tziskiewicz
nu door de Landbewirt-
schaftungs Gesellschaft
Ost beschikbaar gesteld
om, Nederlandsche boe
ren te scholen voor inzet
in het Ostland.