Het zwermen der bijen
De
leverings
plicht van
eieren
Vonkjes
Pluimveehouderij
Het besluit van bet Bedrijfschap voor
Pluimvee en Eieren van de vorige
maand, waarbg werd bepaald dat ook
aan de pluimveehouders, die in 1942
niet aan hun leveringsplicht voldaan
hebben, door de P.B.H.'s een leverings-
kaart kon worden uitgereikt, blijkt hier
en daar nog al stof te hebben opge
waaid. Op deze wijze is deze categorie
gerechtigd pluimvee op zijn bedrijf te
blijven houden, mits zg zich verplicht
vóór 1 October 1943 per dier 50 eieren
in te leveren, voor welke berekening
hanen en woerden meetellen.
Voor zoover 'k heb kunnen vaststellen,
is de reden van dit laatste voornamelijk,
dat er thans groote belangstelling voor
jonge hennen blijkt te bestaan en dat
zij, die aan hun tevermgsplicht-1942
hebben voldaan, zich thans wel eens bg
het koopen der jonge nennen zien voor
bij gaan door degenen, die het in 1942
met aun leverings plicht niet nauw na
men. Ook in deze zou de deugd alweei
heel siecht worden beloond.
Laat ik voorop stellen, dat het inder
daad onaangenaam moet zijn, wanneer
men moet vaststellen, dat men gepas
seerd wordt door degenen, die het met
hun verplichtingen minder nauw nemen,
misschien zich daar zelfs niet het min-
ste van aantrekken. Dit dan in het al
gemeen gezegd, want in het onderhavige
geval liggen de verhoudingen toch wel
eenigszins anders.
Op de eerste plaats heeft een ieder een
aantal kuikens kunnen bestellen, even
redig aan het aantal stuks plüimvee,
dat hij op zgn bedrijf mag houden. De
prijzen waren gelijk aan die van het
vorige jaar, dus neerkomende op 32^i
cent per cendagskuiken. Had men liever
jonge hennen, dan heeft een ieder, mits
hij r'aarbij met den daarvoor vast-
gestelden aanvraagtermijn rekening
hield, een toewijzing voor zevenweek-
sche hennetjes kunnen krijgen, was het
niet bij Jan, dan toch zeker wel by
Piet. Ik heb nog niet van één geval
vernomen, waarbij dit niet heeft kunnen
plaats vinden Ook voor de jonge hen
netjes was de prijs gelgk aan dien van
het vorige jaar, d.w.z. ƒ3.32 per stuk.
af bedrijf, onverpakt, inclusief omzet
belasting. Van een „beconcurreeren"
door hen, die in 1942 niet aan hun leve
ringsplicht voldeden, behoeft dus geen
sprake te zgn, tenzij er met den prijs
wordt geknoeid en in dat geval wende
men zich subiet tot den Dienst van den
Gemachtigde voor de Prijzen. Bagijnen
straat 1 te Deventer.
Verder mogen zij, die in 1942 in ge
breke bleven, alleen over een leverings-
kaart beschikken, wanneer zy niet alleen
voor dit jaar nog de vereischte 25
eieren leveren, doch bovendien nog eens
25 eieren extra, dit laatste als zoen
offer voor hun nalatig blijven in 1942,
hetgeen onze eiervoorziening voor dit
jaar derhalve ten goede komt. Daartoe
hebben zij zich by de uitreiking van
hun leverir.gskaart-1943 moeten ver
plichten.
De mogelijkheid bestaat, dat er zullen
zgn, die redeneeren: Och vorig jaar zijn
we vrjj uitgegaan, ditmaal zal het ook
wel zoo'n vaart niet loopen. Zij, die
deze meening zijn toegedaan rnaken dan
echter een grove vergissing. Op de
eerste plaats heeft het Bedrijfschap voor
Pluimvee en Eieren dit jaar voor het
eerst de regeling in handen gekregen
en zal dit geval wel niet over zijn kant
laten gaan. Men neemt nu eenmaal geen
Besluiten, om die aan zijn laars gelapt
te zien. Om een redelijke kans tot in
levering te geven, heeft men den voor
de regelmatig-leverende pluimveehou
ders geldenden inleveringétermijn (wel
ke loopt van 15 Maart1 Juli) voor
hen, die in totaal 50 eieren moeten
leveren, tot 1 October a.s. verlengd.
Wat er zal gebeuren, wanneer men
alsnog in gebreke zal blijven, kan ik
moeilijk zeggen. Dat er niet maische
boeten zullen vallen, al of niet gepaard
gaande met inbeslagname van het op
het bedrgf aanwezige pluimvee, komt
my waarschijnlijker voor, dan sommigen
op dit oogenblik misschien wel denken
HOLSTEYN
Maaien en zichten veroorzaakten in
1941 in totaal 452 ongevallen. Wees dus
op uw hoede!
Verpoten en verplanten doet men liefst
b(j vochtig weer tegen den avond. Aan
gieten is altijd gewenscht, behalve by
mergkool.
Voedermiddelen worden vaak vervalscht.
Hoe groot de knoeiery soms is bleek by
onderzoek van een monster kippenvoer,
dat 28,8 keukenzout bevatte.
Honden en andere kleine dieren kunnen
sterven als ze likken aan voorwerpen,
die met carbolineura zijn bestreken.
Vlekziekteserum voor varkens leverde
de Ryksseruminrichting ruim 2160 kg.
aan 406 dierenartsen in het jaar 1941.
Turfroet kan 4 stikstof bevatten,
steenkoolroet 2.4 stikstof, 0.4 fos
for, 0.1 kali en 4 kalk. Roet kleurt
den grond mooi donker en weert In
secten.
Handen wasschen voor het melken is
niet alleen noodig voor de reinheid, maar
ook om de handen zachter te krygen.
Zeere spenen moeten worden voor
komen.
De „Koninginneval" biedt tal van
mogelijkheden het zwermen
meester te blyven W
Er bestaan allerlei methodes om het
zwermen der bijen te verminderen of
in gewilde banen te leiden. Daartoe
behoort echter zeker niet het telkens
wegsnijden der gebouwde moercellen,
deze worden steeds weer opnieuw aan
gezet, het volk, dat zich op zwermen
blijft toeleggen, oogst weinig of niets,
en tenslotte vliegt er toch te ongelege-
nertyd een zwerm af, omdat men een
kleine moercel, welke in een verborgen
hoekje was gebouwd over het hoofd
heeft gezien. Een betere methode is
het maken van een kunstzwerm, een
„vlieger" by'voorbeeld. Hierby moet
echter het weer meewerken. Tenslotte
weet echter een bijenvolk zelf wel steeds
den besten tyd te kiezen, waarop het
kan gaan zwermen. Op deze laatste
stelling berust het beheerschen van het
zwermen door middel van de Koninginne
val van het Systeem Alley. Ik en vele
anderen hebben van dit systeem reeds
veel genoegen gehad, zoodat wg het niet
graag meer zouden willen missen. Men
zet het instrument voor het vlieggat,
zoodra men zwermneiging bg een bgen-
volk waarneemt.
Een dubbele doos.
Het toestelletje zelf is een sooft dub
bele doos met twee afdeelingen boven
elkaar. De onderste afdeeling is van
voren afgesloten door een stuk moer-
rooster, zoogenaamd Herzogrooster. Dit
helt schuin naar voren omhoog.
De bovenste afdeeling heeft van voren
en van achteren een wand van Ko
ninginnerooster en van boven een
schuifje van hetzelfde materiaal. Beide
afdeelingen zijn gescheiden door een
plankje, waarin drie ronde gaten van
drie centimeter middellijn. Op de beide
buitenste gaten staat een kegelvormig
fuikje van horrengaas met aan den top
een gat, waar een gewoon potlood door
kan. Het middelste gat kan afgesloten
worden door een metalen schuifje, dat
men van buiten kan uittrekken.
Staat de val op haar plaats, dan
kruipen de werkbijen ongehinderd
door het rooster uit en in. Komt de
zwerm af, dan \liegen de byen
boven den stand, maar de moer kan
wegens het rooster niet volgen. Ze
loopt hiertegen omhoog, passeert
een der fuikjes van horrengaas en
komt in de bovenste afdeeling, maar
kan deze niet verlaten. De nauwe
opening, waar ze doorheen is ge
komen, vindt ze niet meer terug;
en overal is ze door moerrooster
omringd.
Nu treedt de imker of zyn helper op.
De zwermende bijenkast wordt een eind
verder gezet in den stand. Nauwkeurig
op haar plaats komt een nieuwe byen-
woning,' waarin tien raampjes met uit
gebouwde raten of kunstraat. De val
met de gevangen moer zetten we voor
het nieuwe vlieggat, dus op de oude,
bekende plaats. We trekken het schuifje
open, dat de middelste opening van onze
val bedekt. Hierdoor krygt de moer
Juni, soms einde Mei reeds, ie de
ttf<l waarin de by on gaan zwermen,
een tyd, welke velen imker*
groote zorgen brengt. De bekende
deskundige de heer Chr. H. J.
Raad ie In dit artikel aan het
woord en vertelt over de Ko
ninginneval van het systeem Al
ley. Byenhouders, leest dit artikel
met aandacht!
gelegenheid naar beneden te loopen, het
vlieggat in en dus in de nieuwe woning.
De zwermende bijen, die intusschen be
merkten, dat haar koningin niet van
de party was, keeren naar haar oude
aanvliegplaats terug en voegen zich
door de bekende val heen bij haar moer
in de nieuwe woning.
Geen gevaar voor wegvliegen van den
zwerm dus; geen tijdroovend scheppen
en inkorven; geen moeizaam naklimmen
in hooge boomen!
Nog meer mogelgkheden!
Maar hiermee zgn de mogelgkheden
van onze onvolprezen val nog lang niet
uitgeput. Stel: men moet in den zwerm-
tgd eenige dagen van lyiis en er is
niemand verder in de woning. Dan opent
men, alvorens te vertrekken, eenvoudig
het middenschuifje. Trekt er een zwerm
uit tijdens onze afwezigheid, dan kan
de moer niet mee, maar keert na eenige
vergeefsche ontsnappingspogingen in de
oude kast terug, waarheen de zwerm
weer volgt. Na zgn afwezigheid terug
gekeerd, sluit de imker het schuifje en
nu kan hg, als de zwerm een of meer
dagen later weer aftrekt, de zaak ge
woon behandelen.
Wie echter nooit overdag thuis kan
zijn, eerst 's avonds terugkeert en tg-
dens zgn afwezigheid geen helper thuis
heeft, kan zich nog anders van de val
bedienen. We vergrooten de bovenver
dieping der val tot een kastje, waarin
drie was raten kunnen hangen. Trekt
nu tgdens onze afwezigheid overdag een
zwerm af, dan komt de moer bovenin,
zet zich op een der raten aldaar, de
zwerm voegt zich by haar en 's avonds
thuis komende kan de imker dezen ver
der behandelen.
We moeten nu nog even zien, wat er
met onze verplaatste #ude bgenkast ge
beurt. Hierin zitten de tien broedramen
onderin, vol broed, met eenige moer
cellen en ook wat honing. De honing-
kamer, welke half gevuld boven het
rooster stond, zetten we in de nieuwe
woning boven op den zwerm.
Alle vliegbijen, die uit de oude kast
naar haar oogstveld vliegen, keeren
vandaar in het vlieggat der nieuwe wo
ning terug. Immers dit alleen is haar
bekend. De verplaatste kast verliest dus
al hare vliegbgen, die den zwerm zeer
versterken. Spoedig komt in de oude
kast een jonge moer uit en gaat ter
bruiloftsvlucht. De overige moercellen
worden door de bgen zelf afgebeten,
daar er immers geen vliegbgen voor een
nazwerm voorhanden zgn. Langzamer
hand echter gaat ook het verplaatste
volk weer uitvliegen en zal best worden
voor den heideoogst.
Voor velen, die vroeger last met bet
zwermen hunner byen hadden, bleek de
beschreven val een redder uit den nood.
Chr. H. J. RAAD!
De beschreven Koninginneval. Een deel van het moerrooster aan den voorkant
is weggelaten, om het inwendige te toonen.