Loodglansbestrijding CFRUITTEELT
Vmchtboomen en
weersomstand igh eden
voor onze Fruitkweekers
De loodglansziekte heeft zich de laat
ste jaren sterk verbreid. Waren het
vroeger hoofdzakelijk alleen de pruime-
boomen, die er door werden aangetast
en er aan ten gronde gingen, tegen
woordig doet deze ziekte zich ook in
meerdere mate voor bij peer en appel,
ja ook in het windschut van els en
populier, alsmede bij den wilg en tal
van andere boomen. Vooral daar waar
veel en flink aan gesnoeid wordt, zoo
als de knotwilgen bijv. Zoo bleek in een
West-Friesche gemeente, waar de lood
glansbestrijding met kracht wordt uit
gevoerd, een groot aantal knotwilgen
te zijn aangetast. Zij zijn dan ook alle
gerooid. Hieruit blijkt dus klaar en dui
delijk, dat de loodglanszwam Stureum
Purpureum een echte wondparasiet
is en meteen wordt het ons duidelijk
op welke wijze wij de nog gezonde boo
men kunnen behoeden voor deze ziekte
n.L door alle gemaakte en ontstane
wonden zoo zorgvuldig mogelijk te
bedekken met goede verf „Kankerdood",
entwas, e.d. Ook klei met koemest kan
worden gebruikt. Zwarte en bruine
teer zijn echter wel niet voldoende
gebleken
Alle gemaakte wonden behoeven ech
ter niet te worden afgedekt, wat trou
wens in de praktijk ook bijna onuit
voerbaar zou zijn. Alleen de wonden aan
driejarig hout en ouder schijnen zeer
vatbaar voor infectie te zijn, zoodat die
dus zooveel mogelijk moeten worden
bedekt. De infectie vindt plaats door
sporen, welke door de zwamlichamen
vooral in den herfst en den winter ge
maakt en uitgestooten worden. Deze
zwamlichamen vormen zich alleen op
reeds afgestorven hout van aangetaste
boomen, dus ook op palen, enz. Afkom
stig van boomen, welke aangetast wa
ren door de loodglansziekte. Denk
hierbty eens aan de knotwilgen en de
groote bron van besmetting welke
deze kunnen vormen! Een ieder m-
specteere dus zyn boomen goed op deze
gevaarlijke ziekte en rooie de exem
plaren die geheel zijn aangetast zoo
spoedig mogelijk Men verbrandt het
hout of slaai het binnenshuis droog op
tot het verbrand kan worden.
Doch in geen geval op den gewonen
brandstapel deponeeren! Zoodra dit
hout n.i. afgestorven is, vormen zich
de zoo gevaarlijke zwamlichamen weer.
13 een boom niet geheel aangetast,
doch een enkele tak, dan kan men
probeeren den boom te behouden door
dezen rk —eg te nemen tot op het ge
zonde hout. De gemaakte wond dekke
men weer zoo spoedig mogelijk af. Een
enkele maal weet het te gebeuren,
dat een aangetaste boom over de lood
glansziekte heen groeit; bij de zeer
vatbare soorten pruimen als Reine
Victoria bijv. is dit echter zeer zelden
het geval, waarom men dan ook beter
direct tot rooien kan overgaan, voor
dat zich een bron van besmetting ge
vormd heeft.
Boomen welke de ziekte eenmaal
vertoond hebben, ook al heeft men
den aangetasten tak weggenomen
merke men met een ring van
witte of roode verf om den stam.
By latere controle kan men deze
stammen nog eens extra nagaan
op het voorkomen van de ziekte.
Ook bij den snoei bewijst dit merk
nog weer goede diensten, want al
is er volgens de wetenschap bij
den snoei geen besmetting moge
lijk, toch verdient het aanbeveling
om eerst de gezonde exemplaren in
zijn boomgaard te snoeien en later
de aangetaste boomen apart, waar
na men het snoeigereedschap kan
ontsmetten met vruchtboom-car-
bolineum of iets dergelijks.
Ook zou infectie uitgesloten zijn
in de maanden Juni, Juli en
Augustus. Men raadt daarom wel
aan, om in deze maanden zyn boo
men te snoeien. Practische resul
taten hiervan zijn mij niet bekend
en gaarne zou ik hierover eens een
fruitkweeker willen hooren die dit
toepaste.
Verder dient men zijn omgeving zoo
veel mogelijk in acht te nemen omtrent
het voorkomen van besmetting. Dus
geen dood hout in heiningen en boomen.
Geeft acht op het voorkomen van
zwamlichamen, welke op nog levende
knotwilgen soms in flink aantal aan
wezig zijn.
Verdei op hekpalen enz. Eigenlijk zou
een verplichte loodglansbestrijding In
het geheele land op zijn plaats zijn,
alsmede een verplichte verduurzaming
(wolmaniseeren) van al het hout, dat
in de buitenlucht gebruikt wordt, waar
door men kan voorkomen, dat zich
hierop zwamlichamen vormen. En wie
eenigszins met de loodglansziekte te
maken heeft, koope Mededeeling no. 10
van den Plantenziektenkundigen Dienst
te Wageningen waarin de ziekte uit
voerig beschreven wordt. Kosten 20 ct.
franco per post. Giro 18018. Deze uit
gave is pas opnieuw bijgewerkt.
W. V.
Blijkens mededeellngen in verschillende
bladen is het omstreeks 14 Juni de beste
tyd geweest om den stryd tegen de spint
aan te binden, d.w.z. op dat moment on
geveer bevonden rich het grootst aantal
splntdleren op de bladeren en de minste
eieren. En daar door de tespuiting in den
zomer .«Heen de levende Meren gedood
worden geen eie:en, is het dus zaak
om juist te spuiten op een ,!{dstlp, waarop
het minst aantal eieren voftrkomt. Dit
is werkelijk In de praktijk van het grootste
belang gebleken, zoodat men thans in de
pers enz. deze tijdstippen zooveel mogelijk
bekend maakt.
Californische pap is dezen nog steeds
de meest werkzame sproeistof. Vooral wan
neer aan deze vloeistof nog een goede uit-
vloeier v rdt toegevoegd, waardoor de bla
deren gelijkmatiger worden bevochtigd,
kan men op goede resultaten rekenen. Op
deze wtfze bestrijdt men tevens de schurft-
ziekte; «lus men slaat twee vliegen in één
klap. In plaats van oalif.pap kunnen ook
andere zwavelmiddelen worden gebruikt,
welke b halve tegen schurft, ook in meer
dere of mindere mate tegen spint werk
zaam zijn. De calcium-monosulflden, zoo
als Polmosulf, en het Indertijd gebruikte
calmosul zijn onwerkzaam gebleken tegen
spint.
Ook de nieuwere <^per- en zwavelvrije
middelen als Sch 1192 en Pomarsoi, hoe
veel zij ook beloofden in verband met de
geringere beschadigingen van blad en
Met den bloei der fruitboomen beleeft
de kweeker één van de kritieke pe
rioden in de zorg voor zijn oogst.
Veel toch hangt in dezen tijd af van
omstandigheden, waaraan hij zelf niets
vermag te veranderen, n.l. het weer.
Een gunstige periode van warm zon
nig weer tijdens den bloei, bevordert
in de eerste plaats de gunstige ont
wikkeling van het gewas zelve, alsmede
de ontwikkeling van de bloemen. Flink
uitgegroeide stampers met prima stem
pels, welke open staan voor het op
vangen van het stuifmeel, hetwelk op
zijn beurt in ruime mate aanwezig is,
zullen de bevruchting helpen opvorde
ren. Door het mooie weer is er veel
insectenbezoek, niet alleen van bijen,
doch ook van andere insecten, zooals
de pererouwmug, welke soms *n groo-
ten getale kan voorkomen. Allen zul
len meehelpen aan een goede bestuï-
ving der bloemen, waardoor de kans op
een goede bevruchting, en dus tevens
op een goede vruchtzetting grooter
wordt. Dit zijn alle factoren, waaraan
de fruitkweeker heel weinig kan veran
deren. Hij kan hoogstens zorgen de
omstandigheden voor het optreden van
deze goede weersgesteldheid zoo gunstig
mogelijk te maken, door zijn boomgaard
te planten in die streken waarvan be
kend is, dat zrj een gunstig klimaat
hebben, en te zorgen voor een goede
beschutting tegen de gure windeo door
een behoorlijk windschut.
Bij het optreden van nachtvorst kan
hij probeeren met nachtvorstbr'ketten
of iets dergelijks, een kunstmatigen
nevel te verwekken om deze nacht
vorst tegen te gaan, doch veel verder
reikt zijn macht niet om het weer te
beïnvloeden. En toch is dit weer van
het allergrootste belang voor net wel
slagen van zijn oogst, ja deze kan er
geheel van af hangen.
Het weer kan ock van grooten invloed
zyn op het optreden van den appel-
bloesemsnuitkever. In koude jaren,
waarin de appelbloesems lang aan de
boomen zitten voor zij opengaan, heeft
de appelbloesemsnuitkever meer gele
genheid om zijn eitjes af te zetten tus-
schen de ongeopende bloem dee len, met
het gevolg, dat als het goede weer ein
delijk doorzet, de appelboomen vol
doodskoppen zitten. Uit de leeggevreten
bruine knoppen zullen natuurlijk nooit
vruchten kunnen ontstaan. Ts het weer
daarentegen tijdens den bloei gunstig,
dan openen de knoppen zich spoedig en
de jonge larve van den appelbloesem
snuitkever gaat dan ten gronde. Bo
vendien krijgt de kever geen kans om
lang met het leggen van eieren door
te gaan. Ook hier een gunstige invloed
dus van warm zonnig weer tijdens de
bloeiperiode van de vruchtboomen.
Daarom zal de fruitkweeker probeeren
om ook onder ongunstige weersomstan
digheden zijn oogst zooveel mogelijk
veilig te stellen. Hij kan dit doer door
te zorgen, dat zyn boomgaard in prima
staat verkeert. Van vooral mei kali
goed bemeste perceelen is bijv. hekend,
dat zij beter nachtvorst verdragen. Bij
een juiste beplanting met voldoend aan
tal bestuivers zal de bestuiving ook
zoo goed mogelijk kunnen zijn. Zorgt
men daarbij voor méér bijenvolken dan
strikt noodzakelijk zyn, zoodat zelfs
bij ongunstig weer, korte en weinige
vliegdagen de bloemen toch voldoende
bezocht worden, dan heeft men zoo on
geveer al het mogelijke gedaan wat
gedaan kan worden om een goede ^be-
stuiving te verzekeren, dus om een goe
den oogst mogelijk te maken.
Van deze genoemde maatrege'eu zyn
er tevens bij, die niet alleen voor den
bloei, doch ook voor andere dingen van
belang zijn. Zoo zal een prima wind
schut (flinke, desnoods dubbele laag
populieren, eventueel met elzen) u voor
veel windschade kunnen behoeden, niet
alleen voor het afwaaien van den oogst,
doch ook voor beschadiging van de
boomen en bladeren. Veel blad is den
laatsten tijd verwaaid en beschadigd. En
minder blad beteekent nog altijd min
der bladvoeding, dus minder groei en
minder kans op bloemknoppen voor
het volgend jaar, en daarmede dus kans
op een geringeren oogst.
Een goed bemeste boomgaard zal niet
alleen een goeden groei vertoonen. maar
zich ook beter van allerlei beschadigin
gen kunnen herstellen en zal tevens in
staat zijn elk jaar een groote hoeveel
heid prima fruit voort te brengen.
Dit jaar zijn de oogstverwach tingen voor
de appels onverdeeld gunstig, al is op
het oogenblik dat wij dit schrijven nog
niets positiefs daarover te zeggen, om
dat nog geen rui heeft plaats gehad. In
ieder geval heeft het weer in den goe
den zin gewerkt.
Pruimen beloven minder veel daar de
bloemzetting niet zoo sterk was i.v.m.
den overvloedigen oogst het vorig jaar
en datzelfde geldt ook voor de peren.
vrucht, helpen heiaas niet tegen spint.
Tevens kan men hier en daar lezen, dat
het aanbeveling verdient om tegt de aan
tasting "an de wormstekigheid, welke de
zer dagen te verwachten is, vergif aan de
sproeivloeistof toe te voegen. Zooals allen
nu wel reeds zullen weten, bestaat er bij
toevoeging van loodarsenaat aan calif. pap
en andere zvavelp- >araten kans op ver
branding door de vo: ning van het gevaar
lijke Iood-sulfide. Behalve bij colloidale
zwaveimlddelen als Cosan, Sullikol. Hier
door kan men gerust loodarsenaat men
gen. Ter menging in d< andere zwavel-
sproeistoffen randt men tegenwoordig
calciumarsenaat aan, doch ook dit bleek
lang niet ongevaarlijk te zijnJa. zelfs
afzonderlijk verspoten leverde calcium
arsenaat in sommige gevallen beschadiging
op, een beschadiging welke soms na 2 k
3 weken pas optrad, doch veel hardnekki
ger was dan die met loodarsenaat Daarom
betrachte men hiermede de grootste voor
zichtigheid
Veiliger is het. om deze v «-i gif bespuiting
reeds toe te passen in de eerste bespuiting
né. den bloei, wanneer doorgaans nog met
kopermiddelen gespoten wordt. Loodarse
naat kan hier dan zonder eenig gevaar
wel vermengd worden en waarschijnlijk ook
het calciumarsenaat. Het voordeel is, dat
men op deze wijze direct de vretery be-
strydt die reeds in len boomgaard aan
wezig is van een enkele overgebleven rups,
van den wintervlinder e.a. Het nadeel is,
dat men felteiyk te vroeg spuit voor de
bestrijding van de wormstekigheid net-
geen in de praktyk vooral in goed onder
houden plantages echter geen bezwaar is.
Op deze foto ziet men hoe door wind in den frulttuin ernstige schade aangericht kan
worden.
(Foto: Archief)
Meerdere jaren achtereen zagen wy reeds
op deze wijze met succes de boomgaarden
bespoten, zonder dat ook maar een geval
van wormstekigheid zich voordeed. Be
halve misschien in de omgeving van een
fruitbewaar plaats e.d. waar de Carpo-
capsa in kisten enz. had overwinterd. Ook
met de nieuwe koper- en zwavelvrye mid
delen is menging van loodarsenaat zonder
kans op beschadiging mogelijk. Met cal
ciumarsenaat zyn ons in dit opzicht geen
resultaten bekend. Maar zooals wy reeds
zeiden, deze stof is gevaarlyk en het ïykt
ons zeer gewenscht dat men in de toe
komst meer gebruik gaat maken van arse-
nicum-vrye vergiften, welke zonder gevaar
met alle mogeiyke sproeivloeistoffen ver
mengd kunnen worden.