De vlsseliers nog niet verpolitiekt Merrie-premfe-keuri 6 mpu Prov. visschersraad geïnstalleerd Radiolezing van Ir. L. J. A. de Jonge Algcmeene wenken Het is van byzonder belang, dat het thans te velde staande vlas zoo goed mogelijk wordt geborgen. Vlas is ons voornaamste vezelgewas, dat voor tal van doeleinden, juist nu, onmisbaar is. Behalve de groote waarde van den vlas vezel voor onze geheele textielindustrie, levert dit gewas bovendien het vet- en eiwitrijke lijnzaad. Wtf zullen hier eenige algemeene wenken geven, die bij het trekken en bergen van het vlas behartigd dienen te worden, wil het uiteindelgke doel: een prachtig product in de schuren, bereikt worden. Indien het gunstig en vast oogstweer zou zyn, dan valt het altyd erg mee. Maar by ongestadig en nat weer zullen de grootste zorgen soms niet toereikend zijn om het beoogde doel te benaderen. Ook met gelegerde gewas sen zij men op zgn hoede, evenals in die gevallen, waarby vlasroest en zwart- stip optreden. Eenigen tyd voor het plukken wor den de slootwallen gemaaid, waardoor het opdrogen wordt bevorderd en geen vlas noodeloos wordt vertrapt. Dit maaien der slootwallen wordt nog lang niet algemeen toegepast, wat te be treuren is. Bg dauw of regen moet met het trek ken worden gewacht, totdat het vlas voldoende is opgedroogd. Men trekke vlas tydig, d.w.z. niet te vroeg en niet te laat. Te vroeg is het, als men begint te plukken in het groen- rijpe stadium. Men verliest dan aan gewicht, terwijl er geen voldoende sterkte in de vezel zit. Te laat is de boer, die het bruinrijpe stadium afwacht. Zulk vlas ïy'dt in kleur en is later moeiiyk te roten en te zwingelen. Te laat geplukt vlas geeft meestal wel sterk lint, maar de vezelkwaliteit munt niet uit; deze is te dor en te hard. Bovendien is het van belang het land zoo spoedig mogelijk vry te hebben voor den groei van de ongezaaide klaver, die juist nu zoo gewaardeerd wordt als stop pelklaver in den herfst voor de paar den. Het juiste oogst stadium Is het geelrijpe stadium De blaadjes zijn dan tot een derde ge deelte van den stengel afgevallen (op geschoond), de zaadjes zijn vol bg het doorsnijden met een scherp mes, de kleur van het gewas is geel, zonder dat groene of bruine tinten optreden. Alleen by zware legering en vlasroest kan vroegtydig trekken noodzakelyk zijn om verderen achteruitgang van de kwaliteit van het gewas te voorkomen. Zeker is dit het geval bij nat oogst weer. Maar als het even kan, zy men voorzichtig met te vroeg trekken, waar door men kilo's verliest, zoowel aan zaad als aan stroo. Vooral de alge meen verbouwde witbloeiende concur rent moet goed uitrijpen. Een bezwaar van concurrent is juist zijn late rijpheid, maar daar is niets aan te doen. De blauwbloeiende rassen kunnen des noods wel iets aan den vroegen kant getrokken worden, bgv. als een roest- plaag dit wenschelyk maakt, maar met het te vroeg trekken van Concurrent zg men heel voorzichtig. Legerende gewassen met ondergezaaide klaver zgn byzonder riskant, omdat het stroovlas dan bruine voeten krijgt, waarvoor de vlaskoopman bang is. Van bijzonder belang is, dat alle grond van het vlas wordt afgeklopt bg het plukken, want aanhangende grond is nadeelig voor den boer en voor den vlas fabrikant. Keurig trekwerk is o.m. te kennen uit de goed bg elkaar gehouden wortelein den; dus aan de schooven met effen voeten, die geen ondervlas bevatten en zoo veel mogelyk vry van onkruid zyn. De schooven bestaan uit minstens vier handvollen, welke iets kruiselings op elkaar liggen. Krom vlas wordt zoo neergelegd, dat de bolle kant naar boven is gekeerd, waardoor het vlas nog iets recht trekt. Het binden ge schiedt met een lossen band, die dun is, niet te strak zit en zoo hoog mogelijk is aangebracht. De hokken bestaan bij voorkeur uit acht schooven, met hun lengte-as Noord-Zuid gericht. Het schelven geschiedt op driepoot-rui ters. Ze bestaan uit 80100 schooven. Als de schelf klaar is, moet zy één ge sloten geheel vormen, zoodat geen af- zonderlgke schooven zichtbaar zijn. Ze wordt afgedekt met een stroomat of een muts, vervaardigd uit 2 flinïce lange vlasschooven. Het inhalen en optassen geschiedde zorgvuldig. De vloer van het vak of van den tas wordt met stroo of kaf bedekt. De schooven in de onderste laag wor den rechtop gezet, terwijl men achterin het vak begint. Dan wordt een kantlaag gelegd, vervolgens normale lagen, waar- ij de worteleinden van de schooven om hoog gericht zyn. De geheele verzor ging van den vlasoogst is duidelijk om schreven en met foto's en teekeningen toegelicht in de „Handleiding voor het Oogsten van Vlas". Dit boekje is voor 50 cent verkrijgbaar bg het Centraal Instituut voor Landbouwkundig Onder zoek te Wageningen. Elke vlasteler kan met dit practische werkje zijn voordeel doen. In Stan daarbuiten (N.-Br.) is de eerste Nederlandsche school voor vlassers gevestigd. Dit is een centrum voor de opvoering van de vakbekwaamheid der vlassers in Nederland De visschers in Zeeland waren dezer dagen in een voor hen ongewone om geving bijeen! Niet de zilte zeelucht omgaf hen, doch bloemengeur, en die bloemengeur hing in de zaal van „De Prins van Oranje" te Goes, omdat de provinciale visschersraad feestelijk zou worden geïnstalleerd. Verschillende autoriteiten en bekende figuren uit Landstandkringen waren naar Goes "ge komen om daarvan getuige te zgn. Zoo merkten wij o.m. op: den Plv. Boe renleider in Zeeland J. C. Drogendijk; den Stafleider M. A. Aalbregtse, dhr. Velthuijzen, Plv. Visschersleider en Alg. Inspecteur v. d. Buitendienst, de burge meesters van Goes, Breskens en Arne- muiden. De byeenkomst werd geopend door den heer Aalbregtse, die er op wees dat de organisatorische arbeid van den vis- scherij-deskundige, dhr. Bom, op dezen dag zgn bekroning vindt. Van den Beauftragter des Reichskom- missars was bericht van verhindering ingekomen, evenals van den Gemach tigde van den Leider en eenige burge meesters. Hij gaf daarna het woord aan den Plv. Visschersleider, dhr. Velthuijzen. Deze zeide, dat wat hy hier zou zeg gen, gezegd werd namens visschers leider Roskam, die zich aan het Peipus- meer persoonlijk overtuigde van de nieuwe toekomst, welke daar voor vele visschers is weggelegd. Wanneer wy thans kunnen zeggen „Zeeland is klaar" dan houdt dat tevens in, dat er in Zeeland meer gepresteerd is dan we ooit hebben durven verwachten. Wij gaan thans geen bedankjes uit reiken over wat hier gepresteerd is, dat is niets meer dan een staaltje van onzen plicht. Wy zgn hiervoor dén Boe renleider, den Stafleider, de visscherij- deskundigen, maar bovenal de vis schers zelf dankbaar. Zij zgn nog niet verpolitiekt, zij hebben nog een open oog voor hun belangen, het .vak gaat bij hen vóór alles. Spr. wees er de Raden op, dat we nu niet moeten denken: Ziezoo, het werk is hu gedaan! Integendeel, het werk gaat nu pas beginnen! Wy moeten de handen uit de mouwen steken en zoo medehelpen om ons volk op de been te houden. Het moet nu uit zyn met het ringelooren van onze visschers door ondeskundige dictatortjes. De Ne derlandsche boer stond bovenaan in Europa, doch de Nederlandsche visscher eveneens. Dan moet het ook mogelijk zyn dat die vis- scherij aan eiken werker arbeid en brood verschaft! Daarom, aldus eindigde de heer Velt- hugzen, houdt vol, versaagt nooit en te nimmer, het gaat om uw volk en uw Vaderland. Namens den Boerenleider in Zeeland installeerde diens Plaatsvervanger, J. C. Drogendijk, vervolgens de Raden. Deze wees op de oprichting van den Landstand, nu ruim een jaar terug. Reeds nu heeft men met den Landstand terdege rekening te houden! Volgens den Leider van het Nederlandsche Volk is de Landstand Arbeidsgemeenschap No. 1. Van de visschers zelf moet de stoot komen, wil het goed gaan. Daarom zij het parool van de visschersraden: werk terwijl ge leeft en leeft terwijl ge werkt! De Provinciale Raad bestaat uit de volgende leden: Leider: B. Salm, Yerseke; Job. Bom, Yerseke; L. v. d. Have, Yerseke; Jac. Pekaar, Yerseke; René Wyne, Philip pine; W. J. v. d. Broecke, Breskens; Klaas v. Belzen, Arnemuiden; Jozias de Munck, Yerseke; Eduard v. Immer- seel, De Paal, Graauw; Frahs de Vos, Terneuzen; Chr. Zeeveld, Middelburg. Visschersleider Salm sprak zgn dank uit voor het in hem gesteld vertrouwen en voor de plechtige installatie. Namens alle leden zeide hij volledige medewer king toe. De burgemeester van Breskens, dhr. de Moor, wenschte de geïnstalleerde Ra den geluk en gaf mede namens zijn collega's de verzekering, dat zij steeds alle mogelijke steun van de burgemees ters zullen ondervinden. De eerste keuringsplaats is hier steeds Ter Neuzen. Misschien zijn wij wat betreft kwaliteit en kwantiteit op de andere keu ringen in deze streken wat verwend, maar de paarden in Neuzen, de beste daargela ten, kunnen ons in doorsnee steeds maar matig bekoren. We zouden deze keuring dan ook liever opheffen. Met wat goeden wil kunnen deze paarden best naar Axel toe. De minder goede worden dan vanzelf thuis gelaten. Het dan grootere aantal dat in Axel zou moeten worden verwerkt kan geen bezwaar zyn, daar deze evenals te Oostburg door twee jury's kunnen wor den gekeurd. Vooral in de jongere klassen worden te Neuzen in hoofdzaak merriën bekroond die afstammen van de hengsten, die de Heer C. de Feyter te Boschkapelle in de laatste Jaren op stal had, zooals Acron van Ave- ni, Paul v. Luntershoek enz. Vooral de producten van Acron van Avenir z(jn er zeer talryk. Diens producten zijn in doorsnee goed zonder veel uitblinkers. Zeer zeker heeft Acron het aantal goede paarden rond Neuzen aanmerkelijk ver groot en daarmee de kansen op verdere verbetering veel verhoogd. Hulst. Zeer mooi en leerzaam om te volgen zyn steeds de keuringen te Hulst, Axel, Oostburg en IJzendyke. 't Was dan ook wel heel jammer, dat zoowel Hulst als IJzendyke ongeveer geheel verregende. Het materiaal maakt dan een veel min der gunstigen indruk dan by mooi zonnig weer. In Hulst waren er echter ondanks het natte pak, vooral in de oudere paarden veel prima dieren. Voor deze keuring waren niet minder dan 68 twee-jarige merriën aangegeven. Gezien dit record viel de doorsnee kwaliteit nog niet zoo mee, wat ook op de 18-maanden keuringen al was te zien. In de kleine maat nam Clalron de la Lys het meerendeel der bekroningen voor zyn rekening, zoo ook de no.'s 1, 3 en 4 waarin niet veel verschil is en waarvan het nu nog niet is te zeg gen wie of later de beste zal zyn. De tweede prijs viel hierby nog al af reden waarom wij deze merrie daar heelemaal niet hadden verwacht. In de groote maat stonden ook veel Clai- ron-dochters opgesteld maar was hierin zijn invloed niet zoo overwegend als in de kleine maat. Zoo was de eerste plaats voor een zeer grove en kastige dochter van Hau tain van Wieringermeer, die hierdoor ook eens liet zien wat hij kan. Zyn kansen zijn echter gering wat jammer is, want hy krijgt weinig beste merries te dekken. De tweede plaats was voor een felle grove dochter van Souvenir v. Clairon die mis schien iets ryp is maar die haar plaats best verdiende. De derde was evenals alle producten van Stal Cyr. Steyaedt te Graauw wat gaaf, waardoor deze paarden alle wat hoog geklasseerd stonden. Een drietal zeer goede merriën elk zoo op haar manier volgden hierop. Certain v. Tien hoven kwam met zijn eersten Jaargang goed voor den dag. Zyn producten waren in doorsnee grof. Ook de driejarige lieten goede klassen zien. In de kleine maat kwam een zeer grove en geblokte dochter van Nico van Melo die wat zwammig in de voorbeenen was onbedreigd op de eerste plaats. No. 2 was een goed paard, maar door kreupel heid niet goed te beoordeelen. Erg laag geplaatst was no. 6, een wat klein paard met veel kwaliteit van den besten staj van P. J. Boënne te Graauw. In de groote maat kwam Avenir v. Anto- nia Hoeve zeer goed voor den dag en daar door was deze overigens kleine klasse in doorsnee zeer goed. Vooral de eerste prys is een merrie die er zijn mag. By de vierjarige was vooral de kleine maat goed. De eerste prys behaalde hier in de grove, zeer diepe en soortige Pompier de Sombois dochter Resi. Zy had een goede concurrente in no. 2, een beste Nico van Melo-dochter, geheel gebouwd in het zeer goede type van diens moeder Frieda du Melo.

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1943 | | pagina 6