Fruitkweekers
Voorkomen is beler dan genoien
Voor onze
8
f!
i
C-h AATVt
Van onze vruchtboomen zijn net alleen
de appel en de peer, die van deze ziekte
te lijden hebben Doordat sporen van
de zwam Nectrio galligena in wonden
binnendringen en daar tot ontkieming
komen, heeft de infectie plaats Door
de woekering van de zwam wordt het
bast-, zoowel als het houtweefsel aan
getast en sterft af. Er ont3taat een
ingevallen plek. die door doode schors
is bedekt, en waaronder bast en' hout
zijn afgestorven De boom veiweert
zich tegen de zwam woekering door het
vormen van wondweefsel. tengevolge
waarv- de eigenaardige oudere kan-
kerw' u ontstaan.
Dikwijls is de aantasting zoo erg. dat
een tak of soms een geheele stam ge
heel t ondom afsterft. Dan is het ge
deelte. dat boven de wond is gelegen
ten doode opgeschreven. Betreft het
een stam. die. rondom is afgestorven,
dan gaat de geheele boom dood: tenge
volge van een tekort aan assimilaten
stervei de wortels af.
Opvallend is net, dat niet alle fruit-
verscheidenheden in gelijke aiate vat
baar zijn vooi de kankerziekte. Er zijn
variëteiten, die m de practijk zoc goed
als onvatbaar blijken te zijn: andere
weer staan bekend om hun gevoeligheid.
Over het algemeen K&n men wel zeg
gen. dat appels meer last van kanker
hebben dan peren. Vooral jndei de
fijnere handappels komen er verschei
dene voor. die groots moeilijkheden in
de teelt opleveren, omdat zy zoo bijzon
der gevoelig zyn voor kanker. Het
schgnt wel, dat verhooging vaD kwa
liteit hand in hand gaat met vatbaar
heid voor verschillende ziekten, waar
bij speciaal kanker op den voorgrond
treedt
Zooais we reeds opmerkten, treedt de
kankerzwam m wonden het weefsel
van den tak binnen, ontkiemt daar en
breidt zich uit. terwijl het aangetaste
weefsel afsterft. Het is onmogelrjk een
bestrijding van de ziekte toe t" pas
sen. die zicb richt op het doodec van
de zwam- deze leeft in het ;nwindige
van den boom en kan niet worder ge
dood. Theoretisch zou het mogelijk zijn,
de kiemende sporen te dooden. Daartoe
zou men regelmatig alle mogelijke won
den si wondjes bedekt moeten houden
met een fungicide (bijv. Bordeauxsche
pap i De bestrijding zou ran hierop
neerkomen, dat de kiemende sporen zou
den worden gedood door vrijgekomen
koperzouten, net als bij de kiemende
sporen var de Schurftzwam. Ln de
practgk is deze bestrijdingsmethode
onmogelijk: het is niet uitvoerbaar om
alle wonden en wondjes steeds afgedekt
te houden met het fungicide.
De strijd tegen wonden
Men zal dus moeten zoeken naar een
andere bestrijdingsmethode. In de eer
ste plaats kan men trachten te voor
komen, dat er wonden ontstaan. En als
zij noodzakelijkerwijze moeten worden
gemaakt (bijv. bij het snoeien) dan moet
men ze zorgvuldig afdekken, opdat de
sporen er niet in kunnen doordringen.
Verschillende soorten van wonden kun
nen aanleiding geven tot het binnen
dringen van de kankerzwam. Het zijn,
zooals we reeds opmerkten, voor alles
de snoeiwonden, maar ook moeten we
rekening houden met kneuswonden, ont
staan bij het plukken en Dij andere
werkzaamheden, waarbij ladders in den
boom" worden geplaatst. Ook zijn het
de zéér kleine wondjes, die ontstaan
bij vroeg invallende of strenge vorst,
of de microscopisch fijne scheurtjes,
die op de twijgen bij de knoppen ont
staan bij aanhoudend nat weer die
aanleiding tot infectie kunnen zijn.
Al naar de plaats waar of de wijze
waarop de aantasting ontstaat onder
scheidt men in de practijk van de fruit
teelt verschillende vormen van kanker.
Men spreekt wel van: vorstkanker,
waterkanker, knopkanker, topkanker,
bloedluiskanker, maar in den grond is
er tusschen deze verschillende vormen
niet het minste verschil. Zij worden
alle veroorzaakt door Vectria Galli
gena die in wonden binnendringt en
door haar woekering het weefsel van
den tak doodt.
Het zal duidelijk zijn, dat het voorko
men van wonden de .aangewezen weg is
om kankeraantasting binnen redelijke
grenzen te houden. Nu is het gemak
kelijk genoeg om snoeiwonden zorgvul
dig te behandelen en af te dekken.
Moeilijker wordt het als de bij de
werkzaamheden in den boom ontstane
kneuswonden moeten worden verzorgd.
En juist dergelijke wonden waarvan de
randen dikwijls dood weefsel vertoonen,
en die moeilijk vergroeien, zrjn Ideale
invalspoorten voor een infectiezwam.
Ook de wonden, ontstaan door vorst
of aanhoudenden regen, die beide zéér
klein en nauwelijks te ontdekken zijn,
vormen door hun aard (dood of ver
zwakt randweefsel) ideale invalsplaat-
sen.
Ook bemesting van belang
Men moet dan ook zijn kankerbestrij
ding richten tegen het ontstaan van
deze laatste wonden en het verzorgen
van alle grootere gemakkelijk te behan
delen wonden. De bedoelde vorst- en
vochtwondjes ontstaan in geil groeiende
boomen eerder dan in boomen, die slechts
matig groeien. We kunnen dikwijls zien,
dat in aanplangingen, die slecht gemest
worden, de kankeraantasting minder is
dan in zwaar gemeste perceelen. Men
heeft dan ook dikwijls beweerd, dat
een zware stikstofbemesting de aan
tasting door kanker in d!e hac.d zou
werken. Deze bewering is in haar alge
meenheid onjuist. We moeten zeggen,
dat een eenzijdige bemesting met stik
stof, en dan in het bijzonder van lang
zaam werkende stikstof, zooals stal
mest en zwavelzuren ammoniak, vooral
bg een onjuiste bodemverzorging, de
kankeraantasting bevorderen.
Maar een jaarlijksche gift van onge
veer 150 kg. zuivere stikstof per ha.
behoeft absoluut geen aanleidmg te
geven tot het optreden van ernstige
kankeraantasting. Als men maar zorgt,
dat de toegediende stikstofmest vroeg
door de boomen kan worden opgenomen,
zood'at in het najaar de groei niet te
lang aanhoudt en het hout kan uitrij-
pen en dat ook een onjuiste bodemver
zorging (waterreguleering) het tijdig
uitrijpen van het hout niet tegenhoudt,
behoeft men niet bevreesd te zijn, voor
het in ernstige mate optreden van kan
ker. Ook moet men zorgen, dat de be
mesting met stikstof niet eenzijdig is:
ook de andere meststoffen moeten in
voldoende hoeveelheid voor de boomen
ter beschikking staan. Vooral kali moet
in gemakkelijk opneembaren vorm aan
wezig zijn.
Wat de waterhuishouding van uen bo
dem betreft, willen we opmerken, dat
een behoorlijke voorziening van vocht
in het voorjaar en den voorzomer nood
zakelijk is. Tegen den herfst, dus
in den tijd, waarin de vruchten en het
hout moeten uitrijpen, moet de beschik
bare hoeveelheid bodemvocht geleide
lijk verminderen. Vooral op gronden,
die niet in gras liggen, maar die zwart
worden gehouden, mankeert hieraan nog
al eens wat. Daarom zal men dikwijls
op zwarte boomgaarden, die in gras
komen te liggen, dat regelmatig wordt
nullig gehouden, een sterke verminde
ring van de kankeraantasting kunnen
waarnemen.
Kankeraantasting bij een appelboom
Als iemand een bedrijf begint of be
heert, dan is daar onder meer ook ge
reedschap voor noodig. Geen enkele
fruitkweeker zal het nog in zijn hoofd
halen om b.v. zonder sproeimachine
het bedrijf uit te oefenen. Zonder een
dergelijke machine, hetzij een rug
sproeier of een motorsproeimachine, is
een goede ziektebestrijding ten eenen
male onmogelijk, hiervan zijn welhaast
allen overtuigd.
Maar waar allen nog lang niet van
overtuigd zijn, dat is, dat ook een be
hoorlijke bedrijfsvoorlichting noodzake
lijk is, wil het bedrijf goed geleid wor
den, en vooral een flinke dosis parate
kennis van alle mogelijke ziekten en
bestrijdingsmiddelen. En daarom wil ik
hier een lans breken voor de bedrijfs
bibliotheek. Mijns inziens is bet beslist
noodzakelijk dat iedere fruitkweeker in
het bezit is van een voldoend aantal
goede boeken en boekjes, alsmede vlug
schriften, enz., behelzende alles, wat
den fruitkweeker dienstig kan zijn om
zijn beóTijf te leiden.
Om echter „bij" te blijven met alle
mogelijke nieuwigheden van ziektebe-
bestrijding, bestrijdingsmiddelen, enz.
zal het tevens noodzakelijk zijn om deze
bibliotheek steeds aan te vullen met
de nieuwe uitgaven, welke op bet ge
bied van de fruitteelt uitkomen. Op
deze manier verzamelt men zich een
schat van gegevens, welke te allen tijde
weer nageslagen kan worden, als men
zich hier of daar inzicht over wenscht
te verschaffen. Tevens kunnen de boe
ken uitgeleend worden aan het vaste
personeel, dat op het bedrijf werkt, om
ook deze menschen met zooveel mogelijk
dingen vertrouwd te maken. Als zij goed
leeren waarvoor of waartegen zij bijv.
moeten spuiten, zullen zij ook leeren
dit op de juiste wijze te doen met de
goede middelen. Dit is zeer veel waard,
zeker zooveel als het bezitten van het
gereedschap zelf.
Veel te weinig menschen zijn hiervan
nog overtuigd, en daar wil ik nog eens
op wijzen. Wat geeft het of gij al groote
sommen geld uitgeeft voor gereedschap
bestrijdingsmiddelen, kunstmest, enz.,
als gij toch niet weet hoe gij deze op
de juiste wijze aan moet weDden?
Daarom of gij Tuinbouwonderwgs ge-
poten hebt of niet, ga voort om u zelf
zooveel mogelijk te ontwikkelen. Geef
u op als lid van een daartoe bestemde
vereeniging, bezoek lezingen, ga op
excursie niet alleen, doch abonneer u
ook zooveel mogelijk op bladen en tijd
schriften, welke voor u van belang
kunnen zijn, en vergeet vooral niet
steeds de nieuwste uitgaven van boe
ken, mededeelingen en vlugschriften aan
te schaffen. Deze hooren zeker even
noodig bij den inventaris van gebruiks
voorwerpen, als het gereedschap zelf.
En waarom zult ge, indien er honder
den guldens besteed worden aan be-
drrjfsbenoodigdheden, ook niet enkele
tientallen guldens uittrekken om te
weten te komen, hoe men met deze be-
drijfsbenoodigdheden bet beste en voor-
deeligste kan werken? V.
Nog iets over de ocutaticmode
Naar aanleiding van tiet
artikel van den Heer K.
Dikstaal over de oculatie-
made, bereikten ona enkele
mededeelingen uit de prac
tijk over leefwijze en be
strijding van dit Insect.
..Myn eerste Kennismaking
met dit voor ons zoo scha
delijke insect", zoo bericht
ons een boomkweeker,
..was pl.ro Jaar geleden
op een Zeeuwsche boom
kweeker ij De schade, door
de oculatiemade veroor
zaakt. was toen zoo erg.
dat van een ware plaag
gesproken kon worden.
Sommige veredelde soorten
werden voor 40 tot 50 pCt.
vernietigd.
Er wordt daar in den regel
geoculeerd van half Juli
tot half September. Een
verschuiving van dezen
tijd is natuurlijk op een
groot boomkweekersbedrijf
zeer moeilijk, daar men
dan niet op tyd klaar kan
komen.
De <chade en het beeld
van het Insect zijn volko
men gelijk als omschreven
werd tn de bijdrage van
den Heer Dikstaal. Of de
made echter leder jaar ln
een even groot aantal op
treedt, is mij niet be
kend".
Tot zoover onze brief
schrijver. Wij hebben ons
in dezen gewend tot den
Rgkstuinbouwconsulent v.
Seeland en Westelijk Noord
Brabant, Ir. G. de Bakker,
die ons bevestigde, dat in
de achter ons liggende
jaren de oculatiemade in
derdaad gevoelige schade
heeft aangericht.
En nu de bestrgding.
De eerstgenoemde schryver
dekte de entwonden af met
paraffine. De oculatie om
winden met naftalinedra-
den, zou de galmug weer
houden haar eitjes in de
wonden te deponeeren,
doch hij heeft hieromtrent
geen ervaring.
Over dit laatste bericht
Ir. G. de Bakker ons het
volgende:
,,Aanvankeiyk werd de
oculatie afgedekt met ent-
was. Dit had evenwel be
zwaren. Daarna werd er
geregeld gewerkt met pa
raffine met een laag smelt
punt. Hierdoor kwam een
betere afdekking tot stand
en werd ook aan de ocu
latie geen schade aange
bracht. De mug wordt zoo
doende verhinderd haar
eieren af te zetten.
Nu tegenwoordig geen pa
raffine meer "erkrggbaar
is. wordt gebruik gemaakt
van Ceresine. een oranje
kleurig. synthetisch pro
duct met laag smeltpunt.
Sedert het algemeen in ge
bruik nemen van genoem
de voorbehoedmiddelen is
de aantasting sterk in
beteekenis teruggeloopen,
hoewel de beschadiging
nog steeds wordt waarge
nomen".
Een andere medewerker
vermeldt hetzelfde, doch
-vgst er op, dat men bg
het bedekken der entwon
den met entwas of paraf
fine oppassen moet dat
het oog van het schildje
niet geraakt wordt, anders
kan dit niet uitloopen. Hij
bevestigt, dat in de prac-
tyk goede resultaten be
reikt worden met gesmol
ten paraffine.
Ook de Plantenziekten-
kundige Dienst bevestigde
dit, doch deze had geen
ervaring omtrent het ge
bruik van entwas en raf
fia.
De tUd van oculeeren.
Ook op dit punt werden
wy van verschillende zy-
den ingelicht. De Zeeuw
sche boomkweeker meen
de, dat men het tgdstip
aiet verschuiven kon, ge-
sien de moeilijkheden om
dan nog op tijd klaar te
tcomen.
Er zijn hiertegen echter
nog andere bezwaren, om-
iat, hoe langer men wacht,
des te moeiiyker het ocu
leeren wordt, l.v.m. 't zich
weer vastzetten van den
bast. Vooral by rozen, die
op Rosa canina en R. ru-
biginosa worden geocu
leerd is dit onmogeiyk,
doch by vruchtboomen zou
het te probeeren zgn.