'kani^¥^krachh peder O
Doorbetalen van regenverlet-uren enz.
Vragenrubrlek
DeZe vraag is vooral tegenwoordig van
zeer groot belang. Krachtvoer -is prac-
tisch gesproken niet meer beschikbaar.
Echter is het met het oog op de melk
en vetvoorziening hard noodig, dat de
productie van het melkvee op een zoo
hoog mogelijk peil wordt gehouden.
Wanneer gedroogd gras hier uitkomst
kan brengen, dan is het van groot be
lang, de aanwending daarvan steeds
meer uit te breiden. Het Rijkslandbouw
proefstation te Hoorn heeft hiernaar
een grondig onderzoek ingesteld en een
uitvoerig rapport is naar aanleiding
daarvan opgesteld en liitgegeven door
de Directie van den Landbouw. In dit
rapport is heel wat cijfermateriaal over
het ondei-zoek vermeld. In het algemeen
heeft de boer echter niet veel tijd en
lust om zich met cijfers en tabellen
bezig te houden. Daarom lijkt het ons
van belang, de resultaten van het onder
zoek in wat meer algemeene termen
onder de aandacht van de lezers te
brengen.
Wat wil de melkveehouder weten?
In de eerste plaats wel: welken invloed
de voedering met uitsluitend grasland-
producten op de productie en conditie
der koeien heeft.
In de tweede plaats: wanneer uit de
proeven blijkt, dat alleen met grasland-
producten wat goeds te bereiken is, kan
men dan over'voldoende grasproducten
beschikken
Een antwoord op de eerste vraag werd
gegeven door het onderzoek, dat het
proefstation heeft ingesteld.
Twee groepen koeien werden gedurende
een periode van drie maanden met
elkaar vergeleken. Bei4.e groepen koeien
werden volgens de wetenschappelijke
normen gevoerd, zoodat er voor gezorgd
werd, dat zjj voldoende zetmeelwaarde
en eiwitachtige stoffen in het voer ont
vingen. Een en ander, voorzoover dat
mogelijk was, want voor sommige pro
ducten bonden de dieren niet zooveel
opnemen als wenschelrjk was. Ter ver
eenvoudiging zullen we de beide groe
pen onderscheiden als de „krachtvoer"-
„groep en de „grasmeel"-groep.
De„krachtvoer"-groep ontving dage
lijks per dier 13 kg. hooi en zooveel
krachtvoer als volgens de voedernorm
noodig was, n.l. 5 kg. Dit krachtvoer be
stond uit 2 deelen havermeel, 1 deel
palmpittenmeel, 1 deel lijnmeel, 1 deel
soyameel, 1 deel suikerpulp en 1
keukenzout.
De „grasmeel"-groep kreeg dagelijks
5 kg. hooi, een flink rantsoen (19 kg.)
kuilgras en zooveel grasmeel als zjj
noodig had, n.l. 6,5 kg. In het algemeen
kan worden opgemerkt, dat de dieren
op beide rantsoenen, dus zoowel met
krachtvoer als met grasmeel, in goede
conditie bleven. Zij zagen er goed uit,
en vertoonden een goeden haarglans.
Verschillen in gewicht en
productie
Het bleek, dat de „grasmeeI"-groep
tijdens de proefperiode ten opzichte van
de „krachtvoer"-groep ongeveer 17 kg.
in gewicht per dier was teruggeloopen.
Doch in de weideperiode, die op de voe-
derproef volgde, werd dit gewichtsver
lies weer volkomen ingehaald. In de
praktijk komt dit hierop neer, dat wat
het gewicht der dieren betreft de voe
dering zonder krachtvoer geen nadeelige
gevolgen heeftgegeven.
Wat de melkproductie aangaat, liep de
melkopbrengst per koe per dag van de
„grasmeel"-groep in de proefperiode
bijna 0,5 1. terug ten opzichte van de N
„krachtvoer"-groep. Dit is dus inderdaad
een daling van de melkproductie, zoodat
dus met krachtvoefgebruik een halven
liter per dag meer gewonnen zou zyn.
Dit verschil is echter maar zeer ge
ring. Wanneer we daartegenover de
melkopbrengst op ruwvoeder, dus zon
der krachtvoer of grasmeel zouden stel
len, dus zonder krachtvoer of grasmeel,
dan zouden we wel een heel wat lagere
opbrengst zien.
Het staat dus wel vast, dat het gras
meel gunstige resultaten heeft gegeven.
Natuurlijk kan er in de kwaliteit van
het grasmeel groot verschil zijn. Dat
ligt aan het gras, dat men voor het
drogen heeft gebruikt. Hoe jonger en
eiwitrijker het gras is, hoe beter de
kwaliteit van het grasmeel. Op de kwa
liteit van het grasmeel kan invloed uit
geoefend worden ten goede, door daar
voor alleen prima jong gras te gebrui
ken. In het vetgehalte viel geen duide
lijk verschil waar te nemen tusschen
grasmeel- en krachtvoervoedering. Nu
dus wel is uitgemaakt, dat het gras
meel ter vervanging van krachtvoer
zeer goede diensten kan bewijzen, is het
voor den melkveehouder een zaak van
gewicht, er voor te zorgen, dat hij ook
grasmeel ter beschikking krijgt.
In de laatste jaren is van overheids- 'f
wege de bouw van grasdrogerijen aan-
gemoedigd. In 1942 waren er in ons land J,
zoodoende ongeveer 150 grasdrogerijen t
met een totale productie van 35.000 ton l
gedroogd gras. Dit lrjkt natuurlijk al Ij
een heele productie, doch in werkelijk- jj
heid is het nog veel te weinig om in r.
de behoefte aan gedroogd gras en gras
meel te voorzien.
In het bovenstaande zagen we, dat er %Tff
per dag per dier 6,5 kg. grasmeel werd 'I
gevoederd. Dit is gebeurd, om een zoo 3
hoog mogelijk effect te bereiken. Ook
kunnen de dieren niet allemaal zooveel |i
grasmeel opnemen. Rekent men, dat per
dier en per dag 4^5 kg. grasmeel
wordt verstrekt, dan heeft één koe I]
over de stalperiode 600 750 kg. gras
meel noodig. Zoo gerekend is de totale
grasmeelproductie slechts voldoende
voor 50 60.000 koeien. Jj
Nu is het echter ook zoo, dat de gras
drogerijen voorloopig alleen staan in
zuivere weidestreken, waar men over
voldoende gras beschikt. In die gebie
den kunnen de boeren van de drogerij
profiteeren. Velen doen dat reeds en
nog meerderen moeten er toe overgaan.
Het grasmeel kan dan voor hen een
waardevolle aanvulling zijn op het te
kort aan krachtvoeder. MAAS
De Afdeeling Arbeidsbescherming meldt:
In „De Landstand" editie Friesland van
11 Juni j.l. komt d^ vraag voor, of een
werkgever verplicht is regenverlet-uren
en Christelijke feestdagen door te beta
len aan bij hem ir dienst zijnde los-
vaste en vaste arbeiders, indien deze
arbeiders accoordwerk verrichten.
In het antwoord wordt de indruk ge
it wekt, 8lsof bij accoordwerk de artikelen
15 en 19 van de Landelijke Loonrege
ling voor den Landbouw buiten werking
zouden worden gesteld, indien, en voor
zoover, eèn bepaald werk is aangeno
men of overigens in accoord wordt ge
werkt.
Het is natuurlijk juist, indien een bepaald
werk door 1 of meer arbeiders wordt
aangenomen en zij niet eerder weer hun
normale werkzaamheden bij hun eigen
lijke!^ werkgever anvangen, alvorens
het bepaalde aangeromen -werk klaar is,
dat, indien de uitvoering van de werk
zaamheden verder aan de ondernemers
is overgelaten, van betaling van regen
verlet door den boer geen sprake behoeft
te zjjn.
Hetzelfde zou kunnen gelden voor een
in dezen tijd vallenden Christelijken
feestdag, hoewel dit niet een in 'accoord-
loon te verrekenen risico genoemd kan
worden, daar de kalender de komst van
Christelijke feestdagen regelmatig voor
spelt, hetgeen van een regenbul niet
gezegd kan worden. Bij vorengenoemd
soort van. aangenomen werk is het ech
ter zoo, dat men kan zeggen, dat de
partijen overeengekomen zjjn de tot nu
toe geldende bepalingen van loon- en
arbeidsvoorwaarden buiten werking te
stellen, om gedurende bepaalden tijd of
bepaald werk op andere voorwaarden
tot elkander te staan.
Indien het aangenomen werk betreft de
dienstverhouding, zooals die krachtens
de overeenkomst bestaat en dus anders
wordt dan in de Loonregeling bepaald,
dan schrijft artikel 12 van de Loonrege
ling voor, dat aan vaste, 1 os-vaste en
seizoenarbeiders het uur- of dagloon,
d.w.z. het normale ïjdloon voor Zon- en
Feestdagen wordt doorbetaald, terwijl
artikel 19 voorschrijft, dat aan vaste en
los-vaste arbeiders het loon wordt door
betaald, indien door intredende ongun
stige weersgesteldheid het werk naar
het oordeel van den werkgever of den
vertegenwoordiger geen voortgang kan
vinden.
Seizoenarbeiders ontvangen in bovenge
noemde omstandigheden 70% van hun
tijdloon, met dien verstande, dat het
eerste onwerkbare uui per dag, dit
eveneens naar het oordeel van den werk
gever, niet wordt vergoed. Ten over
vloede wordt nog bepaald, dat de arbei
der verplicht is, aan de opdracht, om
anderen dan normalen arbeid tijdens het
onwerkbare weer te verrichten, te vol
doen.
Uit het bovenstaande volgt, dat, indien
een vaste, los-vaste of seizoenarbeider
tegen een officieel vastgesteld accoord-
loon of in zoogenaamd stukwerk op basis
van het uurloon -f- 20% werkt, op hem
alle bepalingen van de Loonregeling van
toepassing zijn, en dus ook de doorbeta
ling bij onwerkbaar W3er en/of eventueels
Zon- en Feestdagen volledig van toepas
sing is, aangezien zijl dienstverband
immers bepaald is en hjj ter beschik
king staat van den werkgever, die hem
ook anderen dan den aangenomen arbeid
kan laten verrichten, indien de aange
nomen arbeid door weersomstandighe
den, naar het oordeel vaa den werkgever,
niet kan worden verricht. Zjj vallen dan
dus terug van accoordloon in tijdloon en
onwerkbare uren zullen met het gelden
de uurloon moeten worden betaald.
Indien de arbeider echter zelf uit zou
gaan maken, of hg l dan niet kan wer
ken vanwege de weersgesteldheid en
zonder toestemming van den werkgever
het werk gaat beëindigen of verlaten,
dan vervalt het recht op doorbetaling of
uitbetaling van 70 van^Jiet tijdloon.
Uit 't bovenstaande volgt dus, dat slechts
die arbeider in accoord recht op door
betaling heeft, die zich aan de in de
Loonregeling vastgestelde werktijden
houdt en ook verder de aanwijzingen
van den werkgever opvolgt. Nadrukke
lijk dient er op te worden gewezen, dat
het in het algemeen den in accoord wer
kenden arbeider niet Geoorloofd is, eigen
machtig de werktijden te bepalen ofwel
vroeger dan normaal het werk te be
ëindigen, zooals dat het vorig jaar hier
en daar is voorgekomen, dat men, mee-
nende voldoende verdiend te hebben,
maar naar huis ging, waardoor de werk
zaamheden onncodig werden vertraagd
en weer een oorzaak temeer ontstond,
voor het reeds allerwegen aanwezige
gebrek aan arbeidskrachten.
Het is immers in het algemeen van
groot belang, dat de oogst werkzaam
heden zoo snel mogelijk worden beëin
digd en daarom zullen boer en arbeider
hun uiterste best moeten doen om in de
moeilijke omstandigheden van dezen tijd
de voedselvoorziening te verzekeren. Bjj
volledigen inzet van arbeidskracht door
den arbeider kan dan ook door den boer
de bovengenoemde regenverlet-regeüng
ten aanzien van de in accoord werkende
arbeiders worden dooi gevoerd, hetgeen
uiteindelijk een sociale vooruitgang ge
noemd kan worden, die voor de toekomst
van groote beteekenis kan zijn.
van 1 tot en met 7 Augustus 1043
Zondag 1 Augustus van 8.00—8.15 uur:
Vandaag staan we op den drempel van
Oogstmaand, die we met vreu-de zullen
binnengaan. We willen dan ook met Dirk
van de Bospoort de Oogstmaand een
hartelijk welkom toeroepen.
Van 12.45—13.00 uur over Hilversum I:
Als ik het voor het zeggen hadDirk
van den Hul vraagt even de aandacht
voor een praatje over „Vryheid... Blij
heid
f
Maandag 2 Augustus van 13.0013.05 uur
over Hilversum I kan men iets naders
hooren orer het verbouwen van kar wij.
Dinsdag 3 Augustus van 13.0013.05 uur
over Hilversum I brengt Land en Volk
wenken en Nieuws voor boer en tuinder.
Woensdag 4 Augustus van 13.0013.10 uur
over Hilversum I hoort U reportageflit-
sen uit een boomenkweekery.
Donderdag 5 Augustus over 13.0013.05
uur over Hilvex-sum I hoort U ln de
serie „In en om den bijenstal" een
praatje over honingdauw, door F. W,
Beekhuis van Till.
Vrydag 6 Augustus van 13.0013.05 uur
over Hilversum I nemen we een kijkje
op een boerdery ln de omgeving van
Maarsbergen.
f Van 18.4518.55 uur over Hilversum I:
Wat doet de Directie van den Landbouw?
We brengen nu eens een bezoek aan
het bedrijfslaboratorium van het Rijlcs-
landproefstation te Groningen.
Zaterdag 7 Augustus van 13.0013.05 uur
over Hilversum I brengt Land en Volk
wenken voor de Volkstuinders.
Van 13.3013.40 uur over Hilversum I:
Daar
„Waar in 't bronsgroen eikenhout,
't nachtegaaltje zingt
daar maken wjj een wandeling. De heer
J. Delsing zal ons laten hooren, hoe
rijk aan natuurschoon dit land wel 13.
ALS DE DONDER ROLT
Vanzelfsprekend was het, dat het ln de
wijde ruimte levend landvolk, dat al de
grootschheid van de vlagen gadesloeg en
al de kracht er van weerloos moest onder
gaan een met vrees vermengden eerbied
had voor het onbegrepen spel der krach
ten. Onweer moest in het volksgeloof wel
een voorname plaats krijgen. Daarvan
wordt een en ander verteld in een praatje,
dat de heer W. Hielkema voor den Om
roep schreef, en hetwelk wordt uitgezon
den Donderdag 5 Augustus, over Hilver
sum" I van 14.00 tot 14.15 uur.
I UITZENDINGEN VOOR DE VROUW
De bijzondere belangstelling van de luis-
teraarsters wordt gevraagd voor de uit
zendingen die van Maandag 2 tot en met
Zaterdag 7 Augustus, des morgens van
8.458.50 uur over Hilversum I worden ge
geven. Op Maandag, Donderdag en Zater
dag worden recepten voor de huishouding
verstrekt. Op Dinsdag hoort U het een
en ander over kindermode. D® lichaams
reiniging is het onderwerp dat op Woens-^
dag in behandeling komt, terwijl op Vrij
dag een bespreking volgt van het boekje:
Richtlijnen voor de hedendaagsche voe
ding.
Behalve deze uitzendingen op Wiet boven-
aangegeven tydstlp, zal op Donderdag om -
10.15 uur gesproken worden over oogziekte
en voeding in oorlogstijd door Dr. H. J.
Oltmans en Vrydag om 13.05 uur kunt U
in de uitzending „Tusschen de Bedrijven",
belangwekkende gegevens beluisteren over
„Bloemen".
De heer J.*W. B. te W heeft jonge
konijnen, waarvan er plotseling ver
scheidene gestorven zijn. Hij vraagt nu,
wat daarvan de oorzaak ia. Den dag te
voren waren allen blijkbaar nog. goed
gezond.
Antwoord: Het is moeilijk zonder*
nadere gegevens te zeggen, wat de
juiste oorzaak van deze sterfte is. On
der de konijnen komt echter tegenwoor
dig zeer veel coccidiose voor, en de
kans is groot, dat dit de oorzaak van
den plotselingen dood kan zijn. De
maatregelen, die tegen deze ziekte zijn
te nemen, zijn vooral reinheid en goede
voeding. Alvorens dus in het hok nieuwe
konijnen te zetten, moet dit grondig
gereinigd worden, b.v. met kokend wa-.
ter en zoo mogelijk met een ontsmet
tingsmiddel. Mochten er nog konijnen
uit hetzelfde hok in leven zijn, dan moe
ten die afgezonderd gehouden worden
wegens het besmettingsgevaar. Verder
moeten de hokken zoo schoon mogelijk
gehouden worden. Vaak en grondig uit
mesten is gewëhscht.