Komt de loonvoar- waarden laa Wijziging in de ziektewet Het grasland In den herfst He uitzaai van wintertarwe De Afdeeling Arbeidsbescherming; meldt: Door den Politierechter te Assen werd een 6-tal landarbeiders veroordeeld tot geldboeten wegens liet overtreden van de bepalingen der Landelijke Rege ling van Tariefloonen in den Landbouw, en wel wegens te hoog betaalde bedragen voor het rooien van aardappelen. Uit de/.e vonnissen blijkt, dat het den bevoegden instanties ernst wordt met do bestraffing van over treders van de regelingen, 7.ooals die door den Ge machtigde voor den Arbeid worden uitgevaardigd. Het is te verwachten, dat niet alleen 7.y, die te veel betaalden, maar ook diegenen, die aan hun arbeiders nog niet het in de Loonregeling vastgestelde loon uitbetalen, te «ynen tijd hiervoor ter verantwoor ding zullen worden geroepen. In dit geval zal niet nlleen een boete, maar ook het te weinig betaalde alsnog moeten worden ver goed. Allen bedrijfsvoerders wordt er op gewezen,.om voor de toekomst de regelingen van loon- en arbeids voorwaarden, sooals die door den Gemachtigde voor den Arbeid worden vastgesteld, stipt na te volgen. De Af deeling Arbeidsbescherming is in iedere pro vincie bereid en in staat om alle gewenschte inlich tingen over bovengenoemde regelingen te geven en praktisch advies te verstrekken. HET grasland is de voornaamste voedingsbron voor het vee. Dat is het altijd geweest en in de toe komst zal dit ook wel zoo blijven. Geen wonder dan ook, dat in verschillende specifieke weidestreken, het grasland een goede verzorging krijgt. Maar jam mer genoeg is dat overal nog niet het geval. Op veel bedrijven, kan in dat opzicht nog wel wat verbeterd worden. Daarbij komt nog, dat in de oorlogs omstandigheden, het grasland, wat de bemesting met kunstmest betreft er maar kaal afkomt. Dit is een reden temeer, om alles te doen, wat maar mogelijk is, om het grasland in goede conditie te houden. De grasproauctie en de voeding en productie van het vee hangen daarmede ten nauwste samen. Wanneer het grasland niet in staat is, een voldoende hoeveelheid gras en hooi van goede kwaliteit te leveren, kan men ook met het allerbeste stamboek- vee niet aan maximale productie komen. Daarom is juist nu, de verzorging van het grasland van zoo groote beteekenis. Zeker, het geheele jaar door moet men daar aandacht aan schenken, maar speciaal in den herfst kan een niet- oordeelkundige behandeling voor de kwaliteit van het grasland heel scha delijk zijn. Om die reden willen we juist op het oogenblik, eens nagaan, waar men in den herfst op moet letten. Het weiden van het vee. BIJ zeer nat weer in den herfst kan een vee-bezetting van het weiland tot gevolg hebben, dat de zode in erge mate kapot getrapt wordt. Het behoeft wel geen betoog, dat in den winter met weinig, vaak zelfs geen groei, die zode zich niet gemakkelijk herstelt. Dit herstel zal dus in het volgende voorjaar kunnen beginnen. Het kan niet anders, dan dat de gras productie in dat volgende jaar hier onder moet lijden. Een sterk vertrappen van de zode kan daarnaast nog tot gevolg hebben, dat de grond te veel wordt dichtgetrapt. De gewenschte luchttoetreding in de zode kan dan niet meer in voldoende mate plaats hebben. Het gevolg kan zijn, dat zoo'n weide met te dichte zode gaat „verzuren". De goede grassen worden sterk in hun groei belemmerd. Mindere goede soorten en onkruiden krijgep een kans. Vanzelfsprekend gaat diéf ver andering wel niet ineens, maar op den duur kan toch een goede weide op deze wijze sterk in kwaliteit achteruitgaan. Ook heeft een weide met zoo'n dicht- getrapten bovengrond eerder last van overmaat van water, en van droogte, wat ook weer een slechten invloed heeft op het plantenbestand. Als men het eenigszins kan voorkomen, moet men er dan ook voor zorgen, dat het vee de zode niet kapot loopt. Niet te lang op dezelfde weide laten loopen, kan dit gevaar wel keeren. Een ander punt, waarop men moet letten bij het weiden in den herfst, is wel dit. dat men het vee de weide niet te kaal laat vreten. Want wanneer de weide totaal afgegraasd den winter in gaat, Is er grooter gevaar voor» uit- winteren van de goede grassoorten. Ook dit heeft weer tot gevolg, een lagere en latere grasproductie in het volgende jaar. Het optreden van slechtere ge wassen en onkruiden wordt er eveneens door in de hand gewerkt. De verzorging van het grasland. WANNEER ten slotte het vee van de weide is, moet men voor den winter het grasland nog een goede verzorging geven. Allereerst moet men er op letten, dat geen bossen blijven staan. Is de wei dus niet gelijkmatig afgevreten, dan zal het noodig zijn, te „blooten", d.w.z. de geilbossen "af De afdeeling Arbeidsbe scherming meldt: MET ingang van 6 Sept. 1943 zijn eenige wijzi gingen aangebracht In de Ziektewet, betrekking heb bende op de uitkeering over de eerste 9 ziekte dagen en op de premie berekening voor de bij de Raden van Arbeid aange sloten bedrijven. Was het systeem der wet tot nu toé, dat over de eerste 3 werkdagen niets werd uitgekeerd en over de volgende 0 pet. tot een maximum van 26 w«- ken. nu wordt door de Raden van Arbeid en de Redriifsvereenieingen over de eerste 6 dagen, vol gende op de 3 wachtdagen. slechts 50 pet. van het loon uitgekeerd, waarna de normale uitkeering van 80 pet. aanvangt, evenwel met dien verstande, dat na de 28ste ziektedag ook over de eerste 6 ultkee- ringsdaeen alsnog 80 pet. wordt uitgekeerd, dus een aanvulling met 30 pet. wordt gegeven. Bij langer durende ziekte gevallen dan 4 weken, bliift dus de oude 80 net. uitkeering door de Be- drijfsvereenigingen en Ra te maaien en dat gras te verwijderen. Vervolgens moet men natuurlijk nu ook de mestplakken spreiden. Wanneer molshoopen voorkomen, moeten die ook gelijk gemaakt worden Met den weide- sleep is dit werk goed te doen. Dan dient men er verder op te letten, dat de afwatering goed in orde is, zoodat er geen water op het land kan blijven staan. Het opmaken van de greppels moet dan ook voor den winter gebeu ren. Den uitkomenden grond goed sprei den. Is de drainage niet in orde. dan zal daar ook nu verbetering in gebracht moeten worden. Grond, die bij het ophalen van de sloot^ kanten op het land komt. moet ook weer goed verdeeld worden. Zoo ziet men, er is nog heel wat te doen. ook wanneer het vee de weide heeft ver laten. Het is een heel onjuiste gedach te zich van de weide niets meer aan te trekken, wanneer het vee op stal is. Juist in den herfst moet er rog voor gezorgd worden, dat het grasland in zoo goed mogelijken toestand door den winter wordt gebracht. Daarmee legt men den grondslag voor een goede grasproductie, in het volgende jaar. Hoè beter de zode verzorgd wordt, hoe vroeger men weer van de weide kan profiteeren, en hoe beter de grasgroei zal zjjn. den van Arbeid bestaan. Slechts bij korter durende ziektegevallen geldt de bovenver melde regeling. De vraag is hier en daar gerezen, in hoe verre deze wijziging van de Ziektewet in vloed heeft op het in de loonregeling voor den Land- en Tuinbouw momenteel gelden de systeem, waarbij door het bedrijf aan den zieken werker gedurende betrekkelijk korten tijd, dit is voor een vasten arbeider bijv. ten hoogste 6 weken, het volle loon moet worden uitbetaald Voorloopig dient het standpunt te worden ingenomen, da-t het in de Loonregeling als latere bijzondere regeling, vervatte systeem onveranderd van kracht blijft, totdat te- zijnertijd hierin wijziging zal zijn aange bracht. Het onderzoek naar de wensohelijkheid hiervan is bij de betreffende instanties reeds aangevangen en de Loonregeling voor 1944 zal het definitieve antwoord op deze vragen geven. Waar in de Loonregeling u gegaan is van de Verzorgingsgedachte, die in beteekenis ver uitgaat boven de in het voorafgegane democratische tijdsbestek gehuldigde Ver zekeringsgedachte. zal een ieder duidelijk zyn, dat geen automatische wijziging van de Loonregeling kan plaats vinden, om dat het Verzekeringssysteem wijziging on derging. Dit sluit natuurlijk niet uit, dat ook de praetische verwerkelijking van de Verzor gingsgedachte anders geformuleerd kan worden en waarschijnlijk moet worden, dan tot nu toe het geval is. De tweede wijziging betreft de premie door het bedrijf op te brengen aan de Raden van Arbeid, indien het voor de uitvoering der sociale verzekering bü een Raad van Arbeid is aangesloten. Tot. nu toe bedroeg die premie 1.7 pet., waarbij van het loon van ae arbeiders 0,85 pet. mocht worden ingehouden. De Bedrijfsvereenigingen voor de uitvoering van de Ziektewet hieven een beduidend hoogere premie, zonder dat evenwel van het loon van de arbeiders meer dan 0.85 pet. mocht worden ingehouden. Voor de bij de Raden van Aarbeid aange slotenen is de premie nu algemeen op 3 pet. gebracht, terwijl van het loon 1 pet. mag worden ingehouden, hetgeen ook geldt voor de bij een Bedrijfsverzekering aange sloten bedrijven. Hiermee is de premie van den Raad van Arbeid dicht bij de tot nu toe gebruikelijke premies van de Bedrijfsvereenigingen ge komen, terwijl nu algemeen van het loon 1 pet. door den werkgever mag worden ingehouden Het komt ons voor. dat door dezen maat regel de werking van de Raden van Ar beid financieel beter verantwoord is, ter wijl anderzijds de animo om toe te treden als lid van een bedrijfsvereeniging zal wor den vergroot, ten gevolge waarvan het goede werk van de Bedrijfsvereenigingen nog meer tot zijn recht kan komen. Bovendien zou. Indien vele boeren zich als nog by een Bedryfsvereeniging gingen aan sluiten, de door deze instellingen te heffen premie eerder een verlaging kunnen on dergaan. waarmede het verschil in premie tusschen de Raden van Arbeid en Bedrijfs vereenigingen nog kleiner zou kunnen wor den. Welke rassen. WANNEER men een keuze wil döen tusschen de verschillende rassen, is allereerst een splitsing te maken in Wintervaste en minder wintervaste rassen. Welke van deze typen men wil nemen, is eenigszins een kwestie van persoonlijke waardeering. De laatste jaren hebben geleerd, dat naast zachte winters, ook zeer strenge winters voorkomen. Juist deze strenge winters hebben velen, en terecht, er toe gebracht, meer wintervaste rassen uit te zaaien. Uit de rassenlijst 1943 blijkt, dat in 1938 van de totale opper vlakte wintertarwe slechts 7% met win terharde rassen was beteeld. In 1940 was dit 36% en in 1942 25%. De wintervaste rassen hebben dus sterk terrein gewonnen. Daartegenover staat, dat de minder win tervaste rassen laat zaaien beter verdra gen en zeker niet minder opbrengst geven. Ieder kan dus de voor- en nadeelen af wegen in verband met zijn eigen bedrijfs- mogelykheden. Ons lijkt het wel het meest aanbevelenswaardig beide typen te gebrui ken, wanneer dat mogelijk is. De volgende rassen komen in aanmerking: Juliana, Imperial Ha, als de beide voornaamste minder wintervaste rassen, daarnaast onder bepaalde minder gunstige omstan digheden Wilhelmina en Siegerlander (speciaal Limburgsche zandgrond). Nieu we te beproeven rassen zijn o.m. Jubiló en Staring C. B. Als wintervaste rassen kunnen aanbevo len worden: Carsten V, Mendel en Lovink, terwyl oolc Skandla II en Astra als nieu were rassen de aandacht waard zijn. Eenig idee over de opbrengst van deze rassen geeft de Rassenlijst 1943. Daarby is de opbrengst van Juliana op 300 gesteld Men krijgt dan voor de Wes telijke kleigronden als opbrengst van Im perial 99, van Wilhelmina 95, van Car sten V 100, van Mendel 93, van Lovink 100, van Skandia II 99. Voor de Noordelijke kleistreken zijn deze opbrengsten: Juliana 100, Imperial 300, Wilhelmina 93, Carsten V 100, Merr- del 100. Lovink 300, Skandia II 99. De prys. welke voor Juliana en Imperial kan worden gemaakt, is in het algemeen iets hooger, dan voor de andere rassen. Wat is de beste zaaitijd.' DE wintervaste rassen moeten tijdig gezaaid worden. Half October is wel de beste tyd. Deze rassen hebben n.l. een groote z.g. ..koudebehoefte" waar aan moet worden voldaan, willen zjj tot volle ontwikkeling komen. Daarom moe ten deze rassen een voldoend langen win ter doormaken, vandaar de noodzakelijk heid van tijdig zaaien. De minder winter vaste rassen kunnen laat zaaien beter verdragen. Zij hebben een minder groote „koude-behoefte". Juliana, Imperial en Wilhelmina kunnen wel tot in December- Januari gezaaid worden. Bij deze rassen komen de in December gezaaide perceelen vaak beter door een strengen winter dan de vroeggezaaide. Proeven hebben echter uitgemaakt, dat bij laat zaaien van wintertarwe, de opbrengst achteruit gaat. Het verschil in opbrengst tusschen b.v. Jullana-tarwe in October gezaaid en in December gezaaid kan som3 wel 25% of meer bedragen. Natuurlijk hangt dit heel veel van het weer af, dat op het zaaien volgt. Doch men mag wel de conclusie trekken, dat men ook de minder wintervaste rassen liefst In October moet zaaien, hoewel zij laat zaaien wel verdragen. Dus winter vaste rassen tijdig zaaien en de minder wintervaste rassen als het noodig is, later, nog wel tot in den winter toe. Hoeveel zaaizaad gebruiken? DIT hangt af van het ras, van den zaaitijd en tevens van de gesteld heid van den grond. Voor de Juliana- tarwe zal de hoeveelheid zaaizaad vari- eeren van 125 tot 150 kg., al naar vroeg of laat gezaaid wordt. Voor de andere weinig wintervaste rassen zaait men iets meer per ha. Bij de wintervaste rassen neemt de Car sten V een aparte plaats in. Daarvan zaait men ruim 100 kg per ha. Van Lovink en Mendel ongeveer 120 kg en van Skan dia II ongeveer 130 kg. De Carsten stoelt zeer sterk uit: staat zij te dicht, dan treedt gemakkelijk legering op met de schadelyke gevolgen daarvan. Overigens beschouwe men deze hoeveelheden als gemiddelden. Naar gelang van de omstan- Met het intreden van den herfst is tegelijkertijd weer het uitzaai en van de wintertarwes actueel geworden. Hoewel de graanprij zen niet zóó gijn, dat zij den verbouw van de granen aanlok kelijk maken, is het toch zeker, dat weer een flinke oppervlakte wintertarwe wordt uitgezaaid. Daarom bespreken we enkele be langrijke punten, die daarbij in het oog te houden zijn, hier nog eens. digheden kan wyzigïng noodig zijn. Wij willen hier tevens nog eens nadrukkelijk er op wijzen, dat indien eenigszins moge- ly'lc, alleen N.A.K.-gekeurd zaad moet worden gebruikt. Verschillende rassen zijn n.l. gevoelig voor stuifbrand. Men kan daartegen ontsmetten met de warmwater behandeling. Op vele bedrijven gebeurt dat echter niet. daar deze behandeling in het klein niet. zoo gemakkelijk uit te voeren is. Koopt men nu goedgekeurd zaad, dan heeft men tenminste de garan tie, dat de stuifbrand-aantasting van het gewas binnen beperkte grenzen is geble ven. Overigens is bij de keuze van een spe ciaal ras, gebruik van goedgekeurd zaad noodig, om de zekerheid te hebben, dat men inderdaad het gewenschte ras lcrygt. Daarom, neem het zekere voor het on zekere en gebruik N.A.K. gekeurd zaad. De grondbewerking. TENSLOTTE nog een enkel woord over de grondbewerking. De tarwe heeft graag een goed bewerkten, iets bezakten grond. Wanneer de grond te kluiterig is bij het zaaien, komen veel zaadkorrels te diep te liggen. Hierdoor krijgt men een onregelmatige opkomst, en van de korrels die te diep gelegen hebuen, zwakke, uit de kracht gegroeide plant jes. Ieder begrijpt, dat daardoor de kans op uitwinteren, en aanstasting door ziekte (b.v. voetziekte) grooter wordt. De laat- gezaaide tarwe, b.v. jlie op laat vrijge komen bietenland, wordt vaak op versch geploegd land gezaaid. Men kan soms wel niet anders, maar gunstige kiem- en groei-omstandigheden voor de tarwe heeft men dan niet. Dit is feitelijk niet Hulpmiddelen bij bewaring van aardappelen in den winter EDER jaar treden er bij de bewa ring van consumptieaardappelen ge durende den winter veel verliezen op. Vdoi een deel ontstaan deze, doordat de aardappelen als Levende wezens voor hun levensfuncties, stoffen verbruiken, waardoor gewichtsverlies ontstaat. Het^ grootste deel der verliezen wordt ech ter veroorzaakt, wanneer er tenminste geen rot optreedt, doordat de aardap pelen tegen het voorjaar, spruiten gaan vormen. Door regelmatig omzetten worden de gevormde spruiten vernietigd, terwijl bij sterke spruitvorming. afkiemen noo dig is Dit alles brengt veel werk mee, zoodat het bewaren den boer heel wat arbeidsloon kost. Daar komt nog bij, dut het gewicht der gevormde spruiten een verliespost is. die vaak zeer aan zienlijk kan zijn. - Het is dan ook niet te verwonderen, dat men naar middelen heeft gezocht om de spruitvorming te voorkomen of te vertragen Verschillende preparaten zijn thans ge vonden, o a. Karsan en Rhizopon. Deze moeten de spruitvorming sterk vertra gen. Het is zeer zeker aan te bevelen met deze hulpmiddelen proeven te ne men Daar echter nog niet alles bekend is ever de werking er van. zal men goed doen, de proeven in eerste instan tie op niet te groote schaal te nemen. Blijkt in de praktijk, dat deze prepa raten goed werken, dan is hiermede een groote besparing te bereiken op de verliezen, die bij bewaring van con sumptie-aardappelen optreden. aanbevelenswaardig. Zaai dus zooveel mogeiyk op eenigszins bezakt land, en niet dieper dan ongeveer 2 cm. Het behoeft wel geen betoog, dat het zaaien met de machine verre te verkiezen is boven het breedwerpig zaaien. Men heeft met de machine de zaaidiepte veel beter in de hand, terwijl de ryenzaai voor de verdere verpleging van het gewas groote voordeelen biedt.

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1943 | | pagina 3