Het dorschen en schoonen van goedgekeurd zaaizaad ENm De premiekeuringen van 1 jarige hengsten en merries in Zeeland Proef veld versl agen NU in de laatste jaren het gebruik van goedgekeurd zaaizaad is toe genomen, zijn er vanzelfsprekend ook meer landbouwers, die van de ver meerderde vraag naar goedgekeurd zaad willen nrofiteeren Het aantal voor de veldkeuring aangesreven ha. granen is dan ook grooter, dan in vroeger iaren het geval was. Vooral diegenen, die voor het eerst aan de NAK -keuringen van zaaizaad deel nemen meeoen soms. dat het telen van goedgekeurd zaad niet zoo'n groote kunst is Men koont origineel zaad. dat men vddr den uitzaai ontsmet, en dan moet het toeh al raar gaan als dat ge was niet goedgekeurd wordt Maar zoo eenvoudig is het nu ook weer niet Dat zullen velen al wel ondervonden heb ben Het is niet voor dat den teler van goedgekeurd zaad een hoogeren prijs toekomt dan voor het ongekeurde graan wordt betaald Die hoogere nriis is niet alleen verantwoord door de betere kwaliteit als zaaizaad doch komt den verbouwer ook zeker toe op grond van de meerdere zorg en kosten, die hif aan het gewas moet besteden. Het komt ons dan ook niet ongeschikt voor. eenige wenken te geven, waar de verbouwer van goedgekeurd zaaizaad od heeft te letten. Met gewas te velde I n de eerste plaats hebben we dan het gewas te velde. Met den uitzaai moet men er al op letten, dat het zaad niet wordt uitgezaaid in de buurt van andere perceelen ongekeurd zaad. tenzij men weet. dat dit ongekeurde zaad vol doende waarborgen geeft voor een ge zond gewas. Blijkt b.v. in den loop van den zomer bij de veldkeunng, dat naast een per ceel tarwe, dat voor de keuring is aan gegeven andere perceelen tarwe staan, die sterk zijn bezet met stuif brand en steenbrand, dan wordt het aangegeven perceel of afgekeurd of slechts met een laag cijfer voor plantenziekten goedge keurd. Ook moet. te velde op vermen°ing met andere granen worden gelet. Heel vaak Komt het voor, dat b.v in een perceel origineele haver een enkele gerstplant voorkomt, of in een perceel tarwe een enkele gerst- of haverplant Die plan ten moeten verwijderd worden anders Z!t men later met de vermenging in de partij. Dan is daar nog het verwijderen van vaak toch nog voorkomende stuif- en steen brand-aren. Dit moet zoo vroeg- t'idlg mogelijk geschieden. Zoo ziet men. dat men minstens enkele malen door het ter keuring aangege ven gewas heen moet. om voldoende zekerheid te hebben, dat het te velde wordt goedgekeurd. 4 oogst AN komt de oogst. Vaak wordt het goedgekeurde gewas, vooral bij zomergewassen, binnengereden in de schuur en daar opgetast, tot het 's win ters afgedorscht wordt. Let er dan speciaal op. dat men niet een perceel goedgekeurde haver optast naast een perceel tarwe, want dan krijgt men zeker vermenging van de haver met tarwekorrels. Nog in sterkere mate is dat het geval, wanneer men de eene partij boven op de andere tast. Het beste is. den oogst van de goedge keurde perceelen geheel apart op te bergen, in ieder geval naast den oogst van een ander perceel van dezelfde soort, dus haver naast haver, gerst naast gerst en tarwe naast tarwe. enz. Sommige zaaizaadverbouwers geven er de voorkeur aan den oogst buiten ge heel apart aan een mijt te zetten, wat met het oog op vermenging natuurlijk wel het zekerste is. Het dorschen en schoonen P) AN nog een paar punten die vooral in den winter, nu veel goedge keurde partijen afgedorscht en ge schoond worden, de aandacht waard zijn. Maak. voor ge met het dorschen be gint. d-e dorschmachine grondig schoon. Doet men dat niet, dan krijgt men bij de partij-keuring op monster zeker met vermenging te kampen. Doch het. is bijna niet doenbaar, uit alle hoekjes en gaatjes van de dorsch machine de korrels te verwijderen. Daarom moet men er voor zorgen, dat men niet een partij goedgekeurde tarwe afdorscht. wanneer juist te voren een partij haver of gerst door de machine is gegaan. Dorsch goedgekeurd graan altijd nk een partij van dezelfde soort, dus tarwe na tarwe, enz. Niettegenstaande al deze voorzorgen, komt toch soms nog vermenging voor. Daarom doet men goed, de eerste 5 A 10 zakken van een partij goedgekeurd graan, apart te houden, en apart te laten bemonsteren. Want de vermen- gim* door verontreiniging der dorsch- maonine komt het meest in de eerste zakken voor. Hetzelfde wat voor het dorschen geldt, is ook van toepassing op het schoonen. Dus schoonings-machine grondig reini gen, steeds schoonen na een partij van dezelfde soort en de eerste zakken apart houden. Wanneer men zoo handelt, heeft men de meeste kans op succes. Met opzet zeggen we „de meeste kans", want uit ervaring weten wij, dat zelfs oudge dienden in het verbouwen van zaaizaad soms nog op haast onverklaarbare wijze met vermenging te kampen hebben. De monsterkeuring op die vermenging wordt bij de monsterkeuring scherp gelet. Komen in een liter van net te velde goedge keurde zaad 4 korrels van een ander gewas voor, dan wordt de partij afge keurd. Vier vreemde korrels op een liter l maar heel weinig. Die heeft men gauw genoeg, als er wat vermenging optreedt. Zoo op het oog is dat aan de partij in den zak niet te zien. Die ver menging komt pas duidelijk aan het licht, wanneer het monster geheel uit gespreid, korrel naast korrel, op de monstertafel ligt. Zoo ziet men, dat het verbouwen van goedgekeurd zaad altijd nog een riskant werk blijft, waarbij onverwachte tegen vallers vaak voorkomen. Werk daarom, vooral nu, bij het dorschen en schoonen zoo nauwkeurig als maar eenigszins mogelijk is. Voor een goed resultaat is dat 'noodzakelijk. Ten slotte geeft men een perceel graan voor de keuring aan, om er een goedgekeurde partij zaad van te kunnen verkoopen. Dan pas worden de extra kosten en zorgen beloond. In de vorige nummers van ons blad gaven \ye de uitslagen van de keuringen der jonge paarden, nu willen we er hier nog een vakkundige beschouwing over geven. Deze zeer belangrijke keuringen gingen uit van de Afdeeling Zeeland van het Nederlandsche Trekpaard en werden ge houden van 1625 November. Er waren hiervoor ruim 860 aangiften, dus ongeveer evenveel als er vroeger voor gebracht werden op de Juni-keuringen. Maar deze omvatten dan rubrieken van 2- tot en met 10-jarige merries. Ze waren als volgt over de keuringsplaatsen verdeeld. Bekroond Kortgene Kortgene 4 hengsten (2) 16 merriën (10) Zierikzee 11 (6) 34 (18) St. P Land 28 (14) Tholen 12 (7) 24 (8) Goes 28 (10) 70 (39) Middelb. 14 (6) 26 (13) Oostburg 66 (25) 85 (39) IJzendijke 32 (13) 54 (26) Axel 96 (25) 98 (38) Hulst 77 (31) 82 (43) 340 125 517 248 Van de merriën werd dus ongeveer de helft bekroningswaardig geacht, bij de hengsten was dit percentage veel geringer. Hiervan bleven er ook meerdere, hoogst waarschijnlijk niet de beste, absent. Het is nu ook eenmaal eenvoudiger om een goede merrie te fokken dan een dito hengst. In Zeeuwsch-Vlaanderen. waar de fokkerij op een hoog peil staat, springt dat nog niet zoo duidelijk in 't oog als óp de eilanden. In totaal werden er daar slechts 31 jonge hengsten bekroond. We stippen hierbij aan. dat nog al eens een goed veulen naar elders is verhuisd, maar veel is dat niet. Enkele goede uitzonde ringen daargelaten was de kwaliteit bo vendien ook nog niet zoo best. De selectie is op deze keuringen echter goed doorge voerd Den kantnummers moet op zoo'n moeilijk te beoordeelen leeftijd ook de kans worden gegeven, want afgezien van eenige uitgesproken beste jonge hengsten is het voo> geen mensch met zekerheid te zeggen hoe of dat meestal zeer rijk behaarde snul zich straks zal ontwikkelen. Want zeker was er op deze keuringen veel schijn en veel klatergoud. Als dit alles straks is uitgeruifd ën er wordt dan een keuring gehouden, zullen we wel een heel andere plaatsing te zien krijgen. 't Weer was op de keuringdagen echt wisselvallig najaarsweer. 't Beste staan de paarden er voor bij hel der en koud weer. Het was niet te doen om alle keuringen te bezoeken in dezen tijd. 't Voornaamste willen we echter trach ten er van weer te geven. Zierikwe Toen hier Audeux van Eikelenbosch en Avenir van Willv naar elders werden ver kocht. was Ulrich K. 1817 er de meest ge zochte hengst. Deze kans heeft hij goed benut., want 3 zijner zoons werden in de kleine maat bekroond, terwijl ook 8 doch ters van hem werden teruggeroepen, waar bij de beide kopnummers. St. Philipsland Op de Juni-keuringen had Drayon d'Hond- zocht K 1(537 slechts een matige collectie tweejarigen, tenminste voor zijn doen. Wjj wisten wel, dat hy 't beter kon. Op deze ,18 maandenkeuring heeft hij zich volkomen gerehabilliteerd mët een beste collectie van 14 vrouwelijke producten, waarvan de kop nummers der groote maat nog uitblonken. Stal C. H. A. Stols had met 1, 2 en 5 der groote in no. 4 der kleine maat wel een buitengewoon succes. De H. V. St. Philips land zal goed doen om Dragon nog enkele jaren te behouden en voorloopig voor zyn aankomende dochters een oplossing te zoeken. Tholen Naar wij vernemen was het gehalte op deze keuring zeer matig. Zelfs de beste stallen vermochten weinig te presteeren. De meeste vaders der bekroonden hadden zelfs nog maar een veulenboeknummer achter hun naam, wat ook a! niet voor hun kwaliteit pleit. Waar ook op de Juni- keuringen eerder van achteruitgang kon worden gesproken, zal hier beslist iets moeten gebeuren. Van Didney, die in Z. Vlaanderen goed voldeed. maar wiens Thoolsche producten pas volgend jaar op «gr-iet de keuring komen, mogen we zeker mei grond betere resultaten verwachten. Gezien de betrekkelijk kleine oppervlakte mogen we hier van de jonge hengsten niet veel verwachten. Er werden er dan ook maar twee bekroond. In de merries kwamen de fokkers fatsoenlijk voor den dag. al zagen we de collectie liever wat grooter in aantal. Danker van Biezelinge K 1872 en Certain K 1985, beide goede zonen van Certain van Lamswaarde, had den er elk drie bekroonde dochters. Vast hebben beide voor de fok een grooten steun aan het feit. dat ze van uitstekende moeders afstammen. Goes De hengsten waren in Goes wel eens veel beter. Er was weinig opvallends bij. In de groote maat stond 1 Bertus van Blaems- kinderen door Steven van P. Vermue te Kloetinge. Deze had grof beenwerk enz., kortom veel uitdrukking, al zagen we verschillende details nog graag anders. In de kleine maat zagen we het liefst Elias door Claii'on v. Annie van Gebr. Rouw te Goes, een paard met massa en grove bee- nen. Evenals vorige jaren mochten de merrieklassen er weer goed zijn. In de kleine maat stond een beste grove en zware dochter van Titus van Certain aan den kop. Ze kon iets meer lijn hebben en ze stak daardoor wat af bij no. 2, een beste dochter van Clairon v. Hoek. Deze werried best bloed door hun beste type en lijnen. Derde werd een dochter van Steven uit de enorme Magda van den heer Lenshoek. Magda is een der allerzwaarste paarden in den lande. Haar dochter kon meer rug hebben, maar overigens was ze goed. Volgden nog 19 bekroonden, waarbij verschillende aardige paarden, die de Zuid- Bevelandsche fokkerij mede op een breede basis brengen. De groote maat bracht natuurlijk fellere paarden. De keuze van No. 1 vonden wij en velen met ons geen gelukkige. Deze dochter van Frans van de Lente was wel grof en zwaar, maar in kwaliteit liet ze het nog al zitten. No. 2 door Clairon van Hoek was een flink paard, dat iets te veel maat heeft momen teel. De derde was weer door Frans v. d. Lente. Haar beenwerk kon iets meer uit drukking hebben, maar van type en bouw is zy evenals haar moeder de beste der collectie. Hierop volgde een grove kast, met beenen en voeten nog erg groen en zij kan alzoo nog veel doen, ook zij is door Clairon van Hoek. Deze hengst kwam dus wel zeer goed voor den dag in Goes. Zoo hadden we 't nog niet van hem meege maakt Verder hebben we goede reden te verwachten, dat zijn dochters goed zullen fokken. De laatste veulenkeuringen wijzen reeds in die richting. Frans v. d. Lente's werk viel erg mee en mag gerust gezien worden. Clairon van Annie had als altijd goede producten en hij is als stamvader reeds goed bekend. Middelburg Keuring op kleine schaal, maar het gehalte niet minder dan Goes. De kleine maat hengsten was maar matig, de groote daar entegen had een extra kopnummer in den Frans v. d. Lente-zoon Kamiel van Monni kenhof van D. A. Timmerman te Katten- d(jke en Andries de Buck te Grypskerke, rondom een best paard, dat in 't hoofd wat meer hengstexpressie kon hebben. De kleine maat merries had een niet ver wacht. maar zeer goed voorop in de Ben van Graauw-dochter Bennie, goed en grof benwerk, breed en diep. Ben had ook in le groote maat nog een derden prys, maar- zijn kansen zijn beperkt. Een hengst, die ook steeds goed voor den dag komt met zijn producten is Nelson. Hij is nog steeds niet in K ingeschreven, maar zijn kweek is veel beter dan van een hoop wel opgenomen hengsten. Vooral de heer Visser van Domburg had er veel succes mee. De dochters van Herta zijn beste merries, die overal mee kunnen doen. Overigens deed het gemis van een Aria's Clairon zich wel duidelijk gevoelen. Hiermede waren de keuringen op de eilan den ten einde en wij zullen nog laten volgen die van Zeeuwsch-Vlaanderen, het beste paardenland, dat wjj hier kennen. C'ultuurproeven met Aardappelen Bij den heer A. v. d. Slikke te IJzendyke werd een cultuurproef met aardappelen ge* nomen. Van Bintje werden twee verschillende potermaten op drie verschillende pootaf» standen gebruikt met het doel de meest ge- wenschte combinatie te vinden. Grondsoort: middelmatig zware klei. Voorvrucht: kool raapzaad. Bemesting650 kg. kas en 650 kg, K 40 per ha. Potermaten28/35 en 35/45 mm. Pootgoed: klasse A, goed voorgekiemd. Pootafstanden60 x 30; 60 x 37,5 en 60 x 45 cm. Aantal par: 3, elk van 0,3 are. Gepoot: 30 Maart. OpkomstMaat 35/45 drie dagen vroeger dan maat 28/35. Ontwikkeling: aan vankelijk vertoonde maat 28/35 een achter stand, doch op 't eind van Juni was er weinig verschil meer te zien. De veldjes met den kleinsten pootafstand vielen op door hun lichtere kleur en geringer loof- ontwikkeling. Ziektentegen Phytophora werd tweemaal gespoten; slechts in geringe mate werd het loof door de ziekte aan getast. Voorts werd in maat 28/35 1,1% en in maat 35/45 1.4% bladrol geconstateerd. Rijpenalle veldjes stierven begin Aug. gelijkmatig af. Gerooid: 26 Aug. De grootte van het pootgoed schijnt hier niet bijzonder veel gewicht in de schaal ge legd te heben, want het hoogste beschot treffen we aan bij de maat 28 x 35. geteeld op een afstand van 60 x 30 cm. Bijdezen zelfden pootafstand gaf de maat 35 x 45 echter een opbrengst, die daar slechts weinig beneden bleef. Bij den heer J. Dhondt—Risseeuw te Groede werd eveneens een cultuurproef met aardappelen genomen. Van Bintje werden twee verschillende potermaten op drie verschillende pootaf standen geteeld om de opbrengsten te kun nen vergelijken. Grondsoortlichte klei. Voorvrucht: wintertarwe. Bemesting: 280 kg. kas per ha Pootgoed: de maten 28/35 en 35/45 mm: alles klasse A. voorgekiemd. Pootafstanden: 60x30 60x37.5 en 60x45 mm. Aantal par: 3, elk van 0.3 are. Gepoot: 15 Maart. Opkomst: maat 35/45 op 28 April en maat 28/35 op 2 Mei. Ontwikkeling: de planten, afkomstig van maat 28/35 bleven de geheele groeiperiode bij die van maat 35/45 iets achter. Ziektentamelijk vroeg en in erge mate trad Phytophtora op. Er werd twee keer gesproeid. Het object van maat 28/35 werd sterker aangetast, dan van maat 35/45. Voorts werden in maat 28/35 3.8 pet. en in maat 35/45 5 pet. bladrol waargeno men. Rijpen: ten gevolge van de sterke Phytophthora aantasting was object 28/35 eerder afgestorven dan 't andere. Op 10 Aug. was het loof op alle veldjes dood. Gerooid: 5 Sept. De grootste poters gaven in combinatie met den kleinsten pootafstand het hoogste beschot. Ten slotte volgen hier nog de resultaten van een cultuurproef met aardappelen ge nomen by den heer Cam. Mabesoone te Aardenburg. Van het ias Bintje werden twee verschil lende potermaten op drie pootafstanden ge teeld, om na te kunnen gaa.n, welke com binatie het meeste beschot opleverde. Grondsoort: middelmatig zware klei. Voor vrucht: tarwe. Bemesting: 340 kg kas en 450 kg patentkali per ha. Pootgoed: de maten 28/35 en 35/45; alles klasse A, goed voorgekiemd. Pootafstanden60x30, 60x37,5 en 60x45 mm. Aantal par: 3, elk van 0,3 are. Gepoot: 16 Maart.. Opkomst: de groote poters waren een paar dagen vroeger dan de kleine. Ontwikkeling: tot midden Juni bleef de kleine maat iets achter bij de andere. De veldjes met den kleinsten poot afstand hadden een minder sterke loof- ontwikkeling en vertoonden een lichtere kleur. Ziekten: Phytophthora, waartegen één keer gesproeid werd. trad zoo goed als niet op. De planten van potermaat 23/33 leden voor 2 pet., die van maat 35/45 voor 1,8 pet. aan bladrol. RypenBegin Aug. stierven alle veldjes gelijkmatig af. Ge rooid 4 Sept. De grootste poters gaven in combinatie met den kleinsten pootafstand de grootste op brengst. Zaaitydenproef met Wintertarwe. Op het Landbouwproefbedryf te Wilhelml- nadorp werd een zaaitijdenproef met win tertarwe genomen. Rassen: Juliana. Carstens V en Lovmk. Gezaaid: 16 Oct. en 21 Nov. Grondsoort: Vrij zware klei. Voorvrucht: Aardappels. Bemesting: 200 kg kas per ha. Aantal par: 3. elk van 0,77 are. Opkomst: 't eerste zaaisel op 28 Oct. en net tweede op 19 Dec. Ontwikkeling: Het vroegst gezaaide stond vóór den winter zeer goed. Lovink onderscheidde zich door zijn lichtere kleur, terwijl Carstens V een kruiperig, fijn ge was vertoonde. De veldjes, die op 21 Nov. gezaaid waren, stonden vóór den winter nauwelijks boven. Begin Maart was er by alle rassen een groot verschil waar ts nemen tusschen de vroeg en de laat be zaaide perceelen, doch langzamerhand ver dween dit verschil, zoodat er omstreeks midden Juni niet veel meer van t© be speuren viel. In aar- de eerst bezaaide veldjes in de eerste dagen van Juni; de laatstbezaaid© ongeveer een week later. Lengte van het strooLovink 112 cm, Car stens V 118 cm en Juliana 120 cm. Ziekten: Alle rassen werden vrij sterk door bruine roest aangetast; de vroegstgezaaid© perceelen hadden wel het meest hiervan te lijden. RijpenCarstens V op 26 Juli en 4 Aug.; Lovink op 28 Juli en Aug. en Juliana op 29 Juli en 7 Aug. Gemaaid: 29 Juli en 7 Aug Kwaliteit van het zaad: Juliana gaf de zwaarste korrels. Het zaad afkomstig van de vroegst gezaaide veldjes was bij alle rassen grover en blanker dan van de laat gezaaide. In het laatste zaaisel werden ook meer glazige korrels aangetroffen. De vroeg gezaaide Juliana en Carsten3 V gaven een hooger gemiddelde stroo- en graanopbrengst, dan de laatgezaaide; de vroeggezaaide Lovink gaf wel een hooger stroo-, doch een lager graanopbrengst aaa de laatgezaaide, Stlkstofbemestlngsproefmet Wintertarwe, Op het Landbouwproefbedryf te Wilhelmi- nadorp werd een stikstofbemestingsproef met wintertarwe genomen. De rassen Carstens V en Lovink ontvingen vijf verschillende stikstofgiften, n.l. tegen 20, 35, 50, 65 en 80 kg zuivere N. per ha,

Tijdschriftenbank Zeeland

De landstand in Zeeland, geïllustreerd weekblad. | 1943 | | pagina 6