Vonkjes
Het domein van de boerin De bereiding van roggebrood
Er zijn op de boeraery zooveel werk
zaamheden, waar de boer zichzelf mee
bemoeit. Maar daarnaast is er nog heel
wat werk te doen, waar de boerin haar
stempel op kan drukken.
Dat is in hoofdzaak het meer fijne
werk, zouden vos haast zeggen, het
werk, waarbij voortdurende zorg nood
zaak is voor het welslagen, en waarin
de liefde voor de natuur en voor plant
en dier in die natuurtot uiting kan
komen. Welke rechtgeaarde boerin be
zit die liefde niet? Dat zullen er zeker
niet veel zijn. De boerin, die meeleeft
met het bedrijf, kan niet anders, dan
hart voor dat bedrijf hebben, en voor
allés'? wat daarin leeft en groeit.
Een belangrijke taak, die op haar
schouders rust, vooral in dezen tijd, is
de zorg voor den groentetuin. Het is
werkelijk nogniet zoo'n geringe taak,
er voor te zorgen, dat uit eigen tuin
geregeld versche groenten op tafel ko
men, en dat er voldoende afwisseling in
het dagelijksch menu is. Daaraan ligt
veel tijdroovende en met zorg uitge
voerde drbeid ten grondslag. De taak
van de boerin is er den laatsten tijd
niet lichter op geworden. Maar toch
ligt er ook een zekere voldoening voor
haar in, wanneer zij iederen dag op
nieuw de noodige afwisseling in de
maaltijden weet te brengen.
Over de tuinv er zorging willen to# het
nu niet verder hebben. Daarover worg
den geregeld op deze plaats nuttige
wenken gegeven.
Een ander tererin, waar de boerin een
speciaal voor haar geëigende taak kan
vinden, is de verzorging van het pluim
vee. De opfok van de jonge kuikens is
een werk, dat haar goed ligt. Die jonge
diertjes al zoo parmantig en met toch
zoo'n groote behoeft0 aan goede ver
zorging, op te fokken tot beste, goed
ontwikkelde hennen, geeft ondanks de
voortdurende oplettendheid' en zorg
toch ook voldoening.
Vaak ook is de verzorging van.de jon-
<Qe kalveren% vooral op de kleinere be
drijven, het werk van de boerin. En.
Han komt men soms ook ineens voor
het geval te staan, dat een merrie
sterft, en het pasgeboren veulen alleen
achterblijft. Dit jonge dier op te fok
ken en zonder tegenslagen groot te bren
gen, is niet zoo eenvoudig, vooral ook
omdat in zoo'n geval niet over de nor
male moedermelk beschikt.
Verder is het jonge veulen zeer ge
voelig voor een liefderijke verzorging,
en daarom is het juist voor de boerin
zoo'n geëigende taak, die verzorging op
zich te nemen.
Om U een goede richtlijn voor de ver
zorging van het moederlooze veulen te
geven, moeten we 't even hebben over
de samenstelling van het voedsel, dat
het dier moet hebben. De melk van de
merrie bevat minder droge stof, minder
eiwit en minder vet dan koemelk: zij
bevat echter veel meer suiker.
Om dan ook bij gebrek aan de moeder
melk een goede voeding voor het veu-
len te bereiden, mengen we 4.5 l hoe-
melk met 1.5 liter water. Aan dat
mengsel voegen we 180 gram suiker
toe. In totaal krijgt hei veulen dan on
geveer 6 liter per dag.
Dikwijls drinken geven is gewenscht,
ook 's nachts een of 2 keer. De koe
melk nemen we liefst van een versch
afgekalfde jonge koe, met een laag
vetgehalte.
Wanneer men dit mengsel voert, zal
het veulen daar wel goed op groeien.
Treden er darmstoornissen op, b.v.
diarrhee, dan verlagen we direct het
rantsoen tot de storing weer over is.
In ernstige gevallen raadplegen we
den dierenarts.
Het veulen moet gehuisvest voorden in
'n ruim hoek met een flink dikke zachte
schoone stroolaag erin, liefst naast een
hok met gezonde kalveren. De dieren
wennen dan aan elkaar en kunnen la
ter gezamenlijk de weide in. Een goede
weide is voor het veulen van groot be
lang, als het wat ouder is, want jong
gras, zonlicht en veel beweging doen
het dier goed.
Bij de verzorging van hei veulen be
trachten we de uiterste zindelijkheid.
Het drinkgerei steeds goed schoon
maken met kokend water of sodawater.
Het veulen is al spoedig aan zijn ver
zorgster gewend en hecht zich eraan.
Daarom is het zo van belang dat één
persoon zicic speciaal met de verzorging
van het moederlooze veulen, belast.
De bereiding van roggebrood.
Roggebrood kan op twee manieren be
reid worden. Men kan het nl. koken,
al of niet in een vorm, in een pan met
water op het. vuur, maar in den oven
zijn de resultaten ook heel goed, wan
neer men maar op de juiste manier te
werk gaat.
Het maken van het deeg.
Wat vele huisvrouwen niet kennen, is
het zgn. broeien van het roggebrood
deeg. Echte roggebroodbakkers maken
het deeg de vorige dag klaar, met
lauwwarm water en laten het, toege
dekt met een natten doek, een nacht
staan op een warme plaats. Het doel
hiervan is, dat de korreltje rogge, die
tamelijk hard zijn, gelegenheid heb
ben, alle vocht m zich op te nemen.
Men krijgt op deze manier veel „mal-
scherroggebrood.
Gewoon roggebrood (gekookt).
1 kg gemalen rogge, 1 flinke eetlepel
zout, plm. 6.5 dL lauw water. Doe alle
ingrediënten in een kom en werk ze
door elkaar. Kneed het deeg ongeveer
5 minuten en zet het te broeien op de
boven beschreven wijze. Doe het deeg
in een ingevet blikje met deksel, druk
het zeer stevig en gelijkmatig aan, of
doe het in een zakje, plaats het in een
pan met ruim kokend water gedurende
2 a 3 uur. Neem het gare deeg daarna
uit de bus of het zakje en laat het zoo
mogelijk in een lauwen oven ,of anders
iti de zon, aan Ue buitenkant opdrogen.
Roggebrood in den oven.
Wil men het brood in den oven gaar
maken, dan is een lauwwarme oven
noodig. Men drukt het deeg in een in-
gevetten broodvorm en legt op de bo-
ven kant ^(behalve bij een vorm met
een deksel) een dubbelgesïagen, luch
tig uitgewrongen, natte doek. Deze
doek wordt ongeveer iedere drie kwar
tier opnieuw natgemaakt. Na 2 a 3 uur
neemt men de doek weg en laat het
brood opdrogen.
In den electrische oven.
Voor electrische ovens is deze manier
al heel eenvoudig. Op den bodem van
den oven legt men het rooster, hierop
komt het broodblik, de natte doek kan
men acherwege laten, maar inplaats
hiervan schuift men de bakplaat, die
bij den oven hoort, over de broodbus
heen, zoodat dit als het ware een dek
sel vormt. Het verdient aanbeveling
een bakje water op den bodem van den
oven te plaatsen en het ventilatie
klepje dicht te houden. Nu schakelt
men alleen de onderwarmte in op
stand 1 gedurende 1012 uur. Dit kan
men prachtig des nachts doen (men
profiteert in verschillende provincies
van nachtstroom en betaalt het halve
tarief). Voor ongeveer 4 cent is het
brood dan klaar.
Zoet roggebrood.
Onderstaand recept is wellicht een
prettige afwisseling voor het ineutrale
roggebrood. t
1 kg gemalen rogge, 3 a 4 flinke eet
lepels stroop, ca. 4.5 dL water, 1 flinke
eetlepel zout. De bereiding is precies
hetzelfde als van het gewone rogge
brood.
H. J. Ridderhof.
De tuin bij de boerderij
De tomaten zijn reeds in den vollen
grond uitgezet en beginnen nu flink te
groeien. Bij iedere plant wordt een
stok gezet, die plm. 1.50 M boven den
grond uitsteekt. Daaraan moeten we de
plant opbindenwant de stengel is niet
sterk genoeg, om alleen rechtop te
blijven staan. Telkens, wanneer de
plant 25 a 30 cM is gegroeid bin
den v)e den stengel weer aan.
Al spoedig komen uil de oksels der
bladeren nieuwe zijscheuten. Die zij
scheuten, DE z.g. DIEVEN MOETEN
GEREGELD VERWIJDERD WORDEN.
Anders besteedf^de plant te veel kracht
aan de vorming van die zijscheuten en
blijft er niet voldoende over voor de
vormnig van mooie vruchten.
De tomaat bloeit in etages. Wanneer
er vier etages bloemen zijn, breken we
den groeitop boven uit de plant. De
vruchten worden het eers* gevormd
aan de onderste bloemtrossen, die uiter
aard het eerst bloeien. Deze zijn dan
ook het eerst rijp. Als jwe tijdig uitge-
plant hebben, zijn der eerste tomaten
rijp in Augustus. De later bloeiende
trossen rijpen geleidelijk aan tot goede
tomaten, éoodat we bij gunstig weer
tot in October over rijpe tomaten uit
eigen tuin kunnen beschikken.
De andijvie voor wintergebruik
moet omstreeks den langsten dag ge
zaaid zijn. Vanouds is de zaaidatum
24 Juni. Het zaad wordt op een zaai-
bedje uitgezaaid en bij droog weer él-
ken avond wat gegoten. Het staat dan
spoedig boven den grond. Zoodra de
planten groot genoeg èijn (plm. 6 cm)
worden ze op de plaats van bestem
ming uitgezet. Zorg, dat ze direct goed
doorgroeien.
Wil men na 24 Juni nog andijvie zaaien,
dan doet men goed deze direct te
zaaien op de plaats waar ze kan blijven
staan. Het verplanten geeft nl. altijd
eenige stilstand in den groeiOp vrijko
mende grond kan men tot begin Juli
toe ncfT wél
stamboontjes leggen
(princesse of snijboonen)Zaai men nog
later uit, dan is het niet zeker, dat de
hoentjes nog een goede opbrengst ge
ven. Vooral als men vóór het leggen
van de boontjes den grond goed nat
maakt, staan zij snél boven den grond.
Sla en worteltjes
kv&nen we tot ver in Juli toe nog ge
regeld maaien. Om de veertien dagen
een zaaisel, dan kunnen we geregeld
oogsten.
Wanneer we zoo in onzen tuin werken
en zorgen, dat er practisch gesproken
geen stukje grond gedurende den zo
mer zwart blijft liggen, dan is er ook
van een klein stukje grond veel te oog
sten. Tusschen de rijen erwten kunnen
nu de boontjes al weer boven den
grond staan. Daartusschen in kunnen
we omstreeks half Juli weer andijvie-
planten zetten. Dan blijft de grond ge
regeld bedekt. Op die manier kunnen
we drie gewassen van een stuk grond
oogsten.
Drie gewassen is wel niet altijd moge
lijkmaar twee toch zeker wel. Slechts
enkele groenten hebben zoo'n langen
groeitijd noodig, dat er maar één ge
was per seizoen kan worden geteeld,
zooals bv winterwortels
Met wat overleg kan men zelf wél
combinaties maken.
BOEKBESPREKING
Grondverbetering II, door J. Z
ten Rodengate Marissen, herzien
en bewerkt door Ir. C. Staf l.i.f
zevende druk. Prijs f2.uitg. J.
B. Wolters.
Dit in dê serie Nederlandsche Land
en Tuinbouw-bibliotheek verschenen
werkje is in hoofdzaak bedoeld als een
leerboek voor landbouwwinterscholen
en andere inrichtingen waar meer uit
gebreid landbouwonderwijs wordt ge
geven. Zooals bekend is verstaat njen
ondei grondverbetering elke buitenge
wone besteding van kapitaal of arbeid,
waardoor het voortbrengend vermogen
van den grond voor een reeks van ja
ren wordt verhoogd, en waarvan de
kosten in den loop der jaren kunnen
worden goedgemaakt. Veel struikel
blokken komt men tegen bij allerhande
giond^erbeteringen en daarom is het
zeer nuttig dal dp deze moeilijkheden
de aandacht wordt gevestigd. .Wat de
„De Lan dstand"
Zeel and
Red.icie-adres: Zeestraat 69, Den
Haag, Telefoon 115754.
ADVERTENTIES.
Handelsadvertenties:
,1 provinciale editie 25 c. péh
m.m. elke editie meer 5 c. per
m.m. extra.
1 provinciale editie 25 c. per
Handelsadvertenties met
agrarischen inhoud:
1 provinciale editie 15 c. per
m.m. elke editie meer 3
per m.m. extra.
1 Kleine advertenties met uitsluitend
huishoudelijken inhoud:
1 t.m. 20 woorden f 2-, elke 5
woorden meer f0.50 extra.
Brieven onder jjummer f 0.15
meer.
Bij meer plaatsingen aanmerkelijke
korting.
ALLE BRIEFWISSELING betreffen
de advertenties abonnementen
en administratie te richten aan
Uitgeverij „Volk en Bodem"
Kortenaerkade 10, Den Haag.
De Rpksseruminrichting te Rotterdam,
Prof. Poelslaan stelt kosteloos de
zieke- of doorsoorzaak vast van zieke
en gestorven dieren, die worden inge
zonden.
Ruilverkaveling beoogt verbetering van
versnipperden cultuurgrond. In Stap
horst werden 13000 perceelen terugge
bracht op 2350.
Hoe korter de tijd tusschen grasmaaien
en hooioogsten, hoe minder verliezen
aan eiwit en zetmeelgehalte tengevolge
van de ademhaling. -
Versch stroo in den grond geeft onver
mijdelijk hongerende gewassen met ge
heel onvoldoende opbrengsten.
Gier is zeer goed bruikbaar om stroo
te composteeren, omdat stroo en gier
eikaars tekorten en eenzijdigheden aan
vullen.
Voor de vertering van 3000 kg stroo is
ongeveer 10.000 1. goede gier noodig.
Een ronde pershoop heeft een betrek
kelijk kleinere omtrek dan een vier
kante. In verband met de kantverlie-
zen verdienen dan ook ronde hoopen
aanbeveling.
Vroeg hooien geeft voedzaam hooi en
bovendien veel nagras van degelijke
kwaliteit.
Donkergekleurde dooiers van kippen
eieren bevatten in den regel veel ca-
rotine en vitamine A.
Kippen in den winter gevoerd met
roode wortelen (1015 gram per dag)
leggen eieren met bleeke dooiers. Het
gehalte aan vitamine A is nochtans
vrij hoog.
uitvoering van dit boekje betreft be
treuren wij het, dat (de huidige papier-
schaarschte zal hieraan zeker niet
vreemd zijn) een zoo veelvuldig ge
bruik moest worden gemaakt van het
6-punts lettertje, op acht gegoten (blz.
21 tot 37).
Handleiding bij het lager land
en tuinbouwonderwijs XIII Bij
enteelt, door A. S. Planting, 2e
druk, prijs f 0.75. Uitg. J. B. Wol
ters.
Dit boekje is uitstekénd geschikt om
als handleiding te dienen bij het onder
wijs in de bijenteelt op scholen of spe
ciale cursussen voor dit doei, niet te
beknopt, niet te uitgebreid. Beginnende
bijenhouders kunnen er ook wat van
hun gading in aantreffen. Dè tweede
druk is in hoofdzaak gelijk aan den
eersten, slechts het eerste hoofdstuk is
wat omgewerkt en een beknopt over
zicht van de geschiedenis der bijenteelt
werd toegevoegd.
J.
Het bedingen of aannemen van een
pachtsom, anders dan krachtens een
goedgekeurde schriftelijke overeen
komst wordt als overtreding van het
Frijsbe^eerschingsbesluit beschouwd.
Aan de Grondkamer van de provin
cie, waarin het verpacht land geheel
of voor het grootste deel gelegen is,
moet men schriftelijke vastlegging
der pachtovereenkomst verzoeken.
Bit kan door ieder der partijen ge
daan worden.
Bladluizen moeten bestreden worden
voordat de bladeTen omkrullen.
Openhartigheid en oprechtheid bestaan
niet daarin, dat men alles zegt, wat
men meent maar wel, dat men alles
meent, wat men zegt.