Voor de Landvrouiveil Vragenrubriek
Wenken va
dl e week
Het land van den Braakman (II)
10 MILLIARD
INGEZONDEN MEDEDF-FT.TXG
Het gebruik van inmaakdruppels
en conserveermiddelen
Den laatsten tijd wordt door tal van bro
chures en reclames het gebruik van con
serveermiddelen aanbevolen, dit in ver
band met schaarschte aan inmaakmate-
riaal en brandstof besparing. Het lijkt zoo
gemakkelijk, wanneer men opschriften
in drogisterijen leest, die ongeveer als
volgt luiden: Voeg een tabletje „zus of
zoo" toe aan Uw inmaakGeen bederf
groote gasbesparing!
Het is goed, dat wij dit onderwerp eens
grondig bespreken, want men kan
slechts in enkele gevallen deze hulp
middelen gebruiken. Men kan echter het
gebruik beter nalaten, dan er een on
juist gebruik van maken. We moeten
dan eerst eens wetenwaardoor het
komt, dat de flesschen met groenten,
'vruchten en vleesch na het steriliseeren
dicht en bovendien zeer lang houdbaar
blijven.
Het steriliseerproces
berust op het volgende:
Wanneer men de flesschen met hun in
houd voldoend langen tijd op 'n bepaalde
temperatuur verhit, dan worden de aan
wezige bacteriën vernietigd. Laat men
na de verhitting de flesschen (voorzien
van beugel of veer) bekoelendan ont
staat tijdens de afkoeling een luchtver
dunning in de flesch, waardoor deze ge
sloten blijft, ook al worden later beugel
af veer verwijdeid. Men moet zich dit
als volgt voorstellen: Tijdens de verhit
ting is lucht uit de flesch ontsnapt; er
heeft zich boven in de flesch waterdamp
verzameld. Bij bekoeling condenseert
deze waterdamp tot water, waardoor in
de flesch een luchtverdunning ontstaat.
Het verschil in luchtdruk houdt de flesch
gesloten. Steriliseeren beteekent dus
niet alleen het luchtdicht maken der
fleschdoch ook het vrij maken van
bacteriën. Vele huisvrouwen hebben bit
tere ervaringen opgedaan, doordat zij
dachten, dat alleen door het dichtmaken
der flesch, die b.v. groenten bevattede
zaak in orde was. Zij lieten zich door
reclames verleiden, kochten het een of
andere middeltje dat zij in het deksel
druppelden, staken dit aan, deden vlug
het deksel met de nog brandende vloei
stof erop en de flesch zoog dicht, door
dat ook hier een luchtverdunning ont
stond. Na enkele weken was de aldus
behandelde groente naturlyk totaal
bedorven. Deze methode zou wel toe te
passen geweest zijn, wanneer de flesch
een of ander zuur vruchtensap bevatte,
dat door zijn hoog gehalte aan zuring-
zuur goed bleef. Ook kan deze methode
geen kwaad bij vruchtensoorten, die met
zooveel suiker worden ingemaaktdat
de suiker reeds conserveerend werkt.
En laten we nu eens
over tabletten
spreken. Deze worden gebruikt voor den
inmaak van vruchten met weinig suiker
en groenten met weinig brandstof. Er
zijn zeer zorgzame moeders, die voor
haar baby of voor kleine kinderen to
maten. vruchtentnoes enz. met. conser-
veermiddelen inmaken. Dit is echter
sterk af te raden, daar het kind hier
van nadeelige gevolgen kan ondervin
den. Deze conserveermiddelen bestaan
bijna allemaal uit verbindingen van ben-
zozëzuur of salicylzuur, waardoor zij de
ontwikkeling van bederfkiemen in den
inmaak voorkomen. Nu is de huisvrouw
licht geneigd, wanneer er bijv. staat aan
gegeven een mespunt van deze stof toe
te voegen (of, wanneer liet in tablet-
vorm wordt verkocht, één tabletje) er
„De Landstand"
Zes! and
Red.icle-adres: Zeestraat 69, Den
Haag, Telefoon 115754.
ADVERTENTIES.
Handelsadvertenties:
,1 provinciale erïllle 25 c. peh
m.m. elke editie meer 5 c. per
m.m. extra.
1 provinciale editie 25 c. per
Handelsadvertenties met
agrarischcn inhoud:
1 provinciale editie 15 c. per
m.m. elke editie meer 3 c.
per m.m. extra.
Kleine advertenties met uitsluitend
huishoudelijkcn inhoud:
1 t.m. 20 woorden f 2- elke 5
woorden meer f 0.50 extra.
Brieven onder nummer f 0.15
meer.
Bij meer plaatsingen aanmerkelijke
korting.
ALI.E BRIEFWISSELING betreffen
de ndvert.-nties abonnementen
en administratie te richten aan
Uitgeverij ..Volk en Bcd"m"
Kortcnaerkade 10. Den Haag.
voor de veiligheid nog maar iets meer
in te doen, zoodat de mespunt dan uit
groeit tot een theelepel en het ééne
'tabletje er twee worden. Er is in zoo'n
geval niet alleen kans, dat de imnaak
er een onaangenamen smaak door krijgt,
het geregelde gebruik van dezen inmaak
kan zeer schadelijk zijn voor de gezond
heid. Het gebruik van deze praeparaten
is en blijft een riskante onderneming.
Het kan mogelijk zijn, dat men geluk
heeft, doch men moet uiterst zorgvuldig
de aanwijzingen op het pakje volgen,
daarbij de grootst mogelijke zindelijkheid
betrachten en dan nog is de kans groot
dat, zoo al niet direct, dan toch
na eenigen tijd bederf
optreedt, wat in dezen tijd beslist niet
verantwoord is. Het veiligste ts dus de
normale werkwijze te vólgen en de
groenten of vrucht en te steriliseeren.
Velen hebben ons gevraagd of zij geen
voorschot op dó suikerpremie voor aard-
appélen konden krijgen. Dit zal helaas
niet mogelijk zijn. Het eenige wat wij
voor den inmaak kunnen adviseei-en is,
de suiker, die U heeft te gébruiken
voor jam en vruchten, zooals pruimen,
perziken enz. zonder suiker te pasteuri-
seeren en er laterals men de flesch
gaat gebruiken pas suiker aan toe te
voegen. Het is. alleen niet zoo lekker.
Het verschil in bijv. kersen mèt suiker
ingemaakt en kersen zonder suiker in
gemaakt doch later pas toegevoegdis
hemelsbreed. Weest dus met het oog op
het komende jaar verstandig en spaart
Uw suiker voor den inmaak het heele
jaar door op. Wanneer U bij kleine
beetjes tegelijk, iedere week wat weg
zet, heeft U er den komenden zomer
(en winter) plezier van.
H. J. R.
Vragen, van welken aard dan ook,
kunnen gezonden worden aan de
Redactie van „De Randstand In
Zeeland", Fostbus 31, Goes.
Deze vragen worden kosteloos be
antwoord mits zy voorzien zyn van
naam en adres van den inzender.
Ingezonden vragen die niet van vol
ledig adres voorzien zyn, kunnen
niet in behandeling worden ge-
Kosteen pachtkwestie.
Vraag 42: Ik heb een pachtzaak bij de
Grondkamer aanhangig gemaakt en ben
in 't gelijk gesteld. Moeten de gemaakte
kosten nu aoor mij betaald worden of
door verpachter?
Kunnen de kosten m^. pachtcon^ract zoo
ongeveer 35.per H.A. bedragen?
H. V. te O.
Antwoord: De kosten die gemaakt worden
bij de -Grondkamer moeten altijd ge
dragen worden door dengene, die de
zaak aanhangig gemaakt heeft
De Grondkamer kent d.is geen ver
wijzing van gemaakte onkosten zooais
bij de Gerechtelijke Colleges. Het be
drag ad. 35.per H.A. is niet te hoog
voor Grondkamerkosten plus zegel plus
registratierecht
Vraag 43: Ben pachter van los land; hoe
veel maanden vóór beëindiging van de
pacht moet door pachter verlenging aan
gevraagd worden bij de pachtkamer?
Hoeveel maanden van tevoren moet het
doqp- verpachter opgezegd worden, wil
het van kracht zyn? Dezelfde.
Antwoord: Een jaar van te voren moet
verlenging aangevraagd worden door den
pachter bij de pachtkamer.
De pachtovereenkomst eindigt door het
verstrijken van den overeengekomen ter
mijn. Een opzegging van de zijde van
den verpachter behoeft dus niet plaats
te vinden.
Vraag 41: Ik heb 50 pCt. van mijn jong
vee af moeten leveren aan B.O. Moet
ik nu mijn vleeschaanslag ook nog vol
doen? Dezelfde.
Antwoord: Het jongvee dat IJ geleverd
hebt aan B.O. wordt in kg. afgetrokken
van Uw vleeschaanslag. Het is dus
VMilB'ltuTtia.blA,*
fKzmwra wi*TSC*UVUW
MOLESTVERZEKERINGEN
voor
Gebouwen, inboedels, inventa
rissen, vaartuigen, enz.
Bedrijfsschade en huurderving,
ook voor binnen vaartuigen.
Persoonlijke .ongevallen.
Geld, .geldswaarden en pre*
«iosa.
Halfjsarlijksciie Schaderegeling
totaal werd reeds verzekerd
voor ruim
GULDEK
Voegt daarbij ook Uw belang
en vraagt Inlichtingen bij ir<v
Assurantie bezorger I
Nu wij dit schrijven ligt een periode
van prachtig oogstweer achter ons.
De boer heeft tot nu toe niet te klagen.
Er is al heel wat rogge, tarwe en gerst
droog in schuur of mijt geborgen, en
het ziet er naar uit, dat het warme
zomerweer nog wel aan zal houden. Zoo
is de inzet van de oogstperiode 1944
goed geweest.
Onder zulke omstandigheden schiet het
werk op. en men ziet dan ook alom,
dat met de beschikbare arbeidskrachten,
al zijn deze in aantal soms wel te gering,
het werk toch klaar komt. De boer mag
zeker dankbaar zijn, dat tot nu toe alles
zoo vlot kan verloopen.
Hoewel het oogstwe/k nu het voor
naamste is, en onder alle omstandig
heden voorrang moet hebben, zoo is er
toch ook ander werk, dat nu dient te
gebeuren, en dat niet vergeten of ver
waarloosd mag worden.
In de eerste plaats is daar het stoppel-
ploegen op het vrr. t" omen land. Zoowel
voor de onkruidbèsuijding, als voor het
voorkomen van te sterke uitdroging van
den grond, is het stoppelploegen direct
na het oogsten noodig. Ook om opslag
in het volgende jaar te voorkomen, is
spoedig stoppelen gewenscht.
Koolzaadverbouw geeft altijd kans op
veel opslag. Wanneer nu direct na het
oogsten licht geploegd wordt, komt het
uitgevallen zaad tot ontkieming en kan
't bij den volgenden keer ploegen, ver
nietigd worden. Dat voorkomt een hoop
werk in het volgende jaar. Nu, eind
Augustus mag toch geen koolzaadstoppel
meer ongeploegd liggen.
Ook het erwtenland en vroege-aard-
appelland dient direct omgeploegd te
Worden. Vooral wanneer men dit land
wil gebruiken voor den uitzaai van
koolzaad, waarvoor het uitstekend ge
schikt is.
Laat men het ongeploegd liggen, dan
droogt het te veel uit, wat voor de ont
kieming van het koolzaad zeer belem
merend werkt. Dus ook hier weer, direct
na den oogst de ploeg er in, om de
bovenlaag even om te schillen. De aan
sluiting met den ondergrond is dan ver
broken en uitdroging wordt voorkomen.
Nu is het koolzaadland al zaaiklaar
gemaakt, en gaat het zaad al weer in
den grond.
Verder is het nu ook de tijd van
stalmest uitrijden op grasland en bouw
land. Vooral voor het grasland is
Augustus de geschiktste maand, om met
stalmest te bemesten.
Ook op tarwestoppels ziet men nu de
stalmesthoopjes storten, om direct te
worden uitgestrooid en ondergeploegd.
Zoo is Augustus voor mensch en dier
een drukke tijd.
Voor den grasboer is het een rustige
tijd. Alleen het stalmest uitrijden vraagt
wat extra werk. Doch de hooibouw is
achter den rug. De tijd van inkuilen van
nagras is nog niet aangebroken.
De herfstgroei begint pas weer goed
bjj het gras, wanneer het wat minder
warm en wat vochtiger wordt.
Inkuilen is dan ook een werk voor
September en October.
Is er gras genoeg, dan kan men een
reeds in dezen voorzomer afgeweid
perceel nog eens hooien, om zoodoende
den wintervoorraad grooter te maken.
Teveel hooi of kuilvoer is geen bezwaar,
want dat kan men goed een jaar over
bewaren.
Verbetering.
In ons blad van 11 Aug. 1.1. hebben wij
aangeraden om, indien men niet anders
dan zeer laat koolzaad zou kunnen
zaaien, dan liever raapzaad te nemen.
Het is evenwel verboden om winterraap-
zaad in plaats van koolzaad te telen,
zoodat deze alinea komt te vervallen.
mogelijk, dat U nog vleesch moet leveren
maar het kan ook zijn, dat U al boven
den aanslag is; dat kan U zelf best na
gaan aan de hand van Uw geleverden
vleeschaanslag
Benoemingen
Benoemd tot: Dijkgraaf van den Nieuwe
Karnemelkpolder G. C. E. M. Dierick^ en
tot gezworene J. Bonte, beiden te Koe
wacht.
Gezworene van den Oud-beoosten Blij-
bezuidenpolder A. Bonte te Koewacht.
Dijkgraaf van den Bontepolder D. W. de
Jonge te Terneuzen.
Dijkgraaf van den polder Nieuw-beoosten-
Blij Dezuidenpolder H. v. d. Vijver te Koe
wacht.
Gezworene van den calamiteuzen Willem
Annapolder P. Scheele en tot lid van den
dijkraad voor de waterkeering van den
calamiteuzen Willem-Annapolder N. de
Regt te Kapelle.
Gezworene van den calamiteuzen Marga-
rethapolder A. Donze te Zaamslag.
Afgevaardigde van den Waterlandpolder
naar de Algemeene Vergadering >yan het
waterschap voor de uitwatering TToor de
Sluis van de Piet, M. Janse te Wolphaarts-
dijk.
De Waarnemend Commissaris der Pro
vincie heeft aan Dhr. I. A. Leenhouts te
Retranchement, op diens verzoek, eervol
ontslag verleend als lid van de Commissie
van Advies inzake de schatting en de
vaststelling van de pachtwaarden der cala-
miteuze polders en waterschappen in Zee
land. en in diens plaats benoemd Dhr. J.
Ramondt te Schoondijke. gezworene van
het waterschap. „Het Vrye van Sluis.
Het mosseldorp
Veel visschersdorpjes treft men niet aan bezuiden
de Wester-Schelde. goed geteld slechts twee van
beteekenis. Daarnaast nog een typisch gehuchtje
en een paar plaatsen waar de visscherij een zeer
gering onderdeel vormt van de bestaansmiddelen.
Misschien stelt een boer wel niet zooveel belang
in een dergelijke nederzetting maar èn de land
bouw èn de visscherij behooren bij elkaar als de
twee ten nauwste met den bodem en natuur
verbonden bedrijven. Het laatstgenoemde is wel
het meest afhankelijk van de natuur en de vis-
scher ervaart als geen ander de kracht der ele
menten.
Ik voor mezelf, vind -zoo'n echt visschersdorpje
altijd een verademing; hoe dat komt? Och, het
bloed verloochent zich niet, wie eenmaal de zilte
zeelucht, bezwangeid met den pittigen geur van
teer en netwerk heeft geproefd, vergeet dat nim
mer meer.
Natuurlijk ligt één der vermelde plaatsjes aan
den Braakman, die eertijds de doorslaggevende
factor was, voor den beoefenden tak van vis
scherij ter plaatse. Enkele km beneden het lan
delijk Hoek, verrijst even landinwaarts op den
Oostelijken Braakmanwal het nederige Philippine,
het mosselcentrum van ons gewest. Een kanaaltje
verbindt het haventje met het „open" water. Dit
is niet altijd zoq. geweest, nog tot in de eerste
jaren der 20ste eeuw bespoelde de zee rechtstreeks
het dorp.
Een kaart van den eijlande van Axel en Neuzen
anno 1690 toont Philippine aan de Vlaamsche
Noordkust. Op deze hoogte liggen Oostwaarts in
den Braakman een drietal eilandjes, n.l. het Vo-
gelschorre, het Papeschorre en de bedykte
Autuschen Polder. De Braakman verdeelt zich
ten N. van het Vogeischorre in twee armen, de
eene het Canaal naar Axel loopt ten O. van de
aangewassen gronden, terwij! de andere, de Sas-
sehe vaart, onder den Vlaamschen wal voorbij
Philippine stroomt.
Philippine behoort tot de jongere dorpen van ons
gewest, maar heeft desondanks een fel bewogen
verleden, daar het oorspronkelijk een sterkte was.
Het dankt zijn ontstaan aan den Tachtigjarigen
Vrijheidsoorlog. Rond 1570 l>«t Philips II een fort
bouwen in het wijde schorgebied van den Braak
man. De sterkte werd door een stevigen dijk om
sloten zoodat het als 't ware een eiland vormde,
dat door een dam ter hoogte van de tegenwoor
dige wijk De Posthoorn verbinding had met den
vasten wal van Vlaanderen.
Vanuit dit vooruitgeschoven bolwerk deden de
Spanjolen aanvallen en maakten deze streken
voortdurend onveilig. Teneinde dit tegen te gaan,
legde Prins Maurits in 1568 op den tegenover
liggenden oever het bekende Mauritsfort aan.
Afwisselend werd de vesting Philippine door vriend
en vijand bezet. Den 21sten Zomermaand 1600
nam Prins Maurits op zijn doortocht naar Nieuw-
poort haar in, maar kort daarna kwam ze ander
maal in bezit der Spanjaarden.
Op 11 Herfstmaand 1633 sloegen de troepen van
Prins Willem Frederilt, stadhouder van Fries
land het beleg voor dé veste, die zich al spoedig
overgaf. Een paar weken later evenwel, den 29sten
keerden de vijanden terug, ter sterkte van 60
vaandels voetknechten en 7 kornetten ruiterij. Ze
openden een zwaar vuur op het fort, zoodat de
toestand voor de belegerden uiterst kritiek begon
te worden. De Prins stélde nu als redmiddel, list
tegenover macht, en zond een bode met een op
dracht naar Biervliet: By het vallen van den
avond zakten vandaar enkele schepen, bezet door
60 tambours, af en gedurende den overtocht wer
den voortdurend Duitsche, Fransche en Engel-
sche marschen geroffeld. De Spanjaarden waren
hierdoor van meening dat een groot leger na
derde en trokken overhaast weg, waardoor het
fort op het laatste nippertje was gered.
De gestadige inpoldering bracht Philippine op den
vasten wal en omheen de sterkte groeide het
tegenwoordige dorp. In 1830 veroorzaakten volks
vreemde elementen andermaal tusschen Noord en
Zuid de vervloekte breuk, die in het wordende
Europa geheeld zal worden, en Philippine speelde
in deze droevige dagen eveneens een rol.
Den 19dm Lentemaand 1831 rukten „de Belgen
over de schorren naar de plaats op. De Neder
landers moesten voor de overmacht- wijken en
zich terugtrekken op den anderen oever. Van één
der achtergelaten schepen wapperde nog de drie
kleur en Jacob Hobein, een Philippijnsche ma
troos, zwom onder een kogelregen der „vijanden"
naar het scheepje en haalde er de vlag af, efen
koen stukje, waarvoor hij later een belooning
ontving.
Nu is Philippine al jarenlang een rustig plaatsje
met een nijvere en joviale bevolking die een ge
heel eigen dialect spreekt, het ietwat zangerige
Fhilippiensch zooals men hier zegt. Vandaag aan
den dag valt er van de voorbije eeuwen niet veel
meer te bespeuren, want, wat eigenlijk te betreu
ren is, de wallen en grachten zijn grootendeels
verdwenen. Waardevolle historische gebouwen
heeft het nooit bezeten, behalve dan het Ned.
Herv. Kerkje, de eenige getuige van vroeger
tijden. Het dateerde uit de 16de eeuw en is in
1S96 gesloopt, waardoor een mooi hoekje verloren
ging. Vele kunstschilders hebben het typische
gebouw vereeuwigd, dat met een beetje goeden
wil gespaard had kunnen blijven.
Het was weliswaar te groot voor de Ned. Herv.
gemeente die hier weinig lidmaten heeft, maar