Ziakira kurosawa akira kurosawa scène uit Kagemusha Met maar liefst zeven werkstukken is Kurosawa van alle Japanners in Electro het best vertegenwoordigd. Een begrijpelijke keuze, want Kurosawa geldt hier als de meest toegankelijke van alle Japanse film makers. Het afgelopen voorjaar werd het eerste internationa le filmfestival van Tokio geopend met zijn nieuwste film Ran, een groot opgezet spektakelstuk dat zich in de zestiende eeuw afspeelt. Een in Japan bekend verhaal over een krijgsheer wiens zonen om de macht strijden is door Kurosawa vermengd met Shakespeare's King Lear. Op de aanwezigen in Tokio maakte Ran grote indruk. Zo kwam ooggetuige Jan Heijs in het NRC Handels blad tot de conclusie dat Kurosawa deze geschiede nis op majestueuze wijze vorm heeft gegeven: 'Massascènes in indrukwekkende heuvellandschap pen met duizenden figuranten en paarden worden afgewisseld door bijna klasssiek theatraal gedraaide gesprekken tussen de diverse hoofdrolspelers. Naast knappe acteerprestaties blijven vooral de gevechtsscènes in het geheugen gegrift....: Het heeft er dus veel van weg dat Ran ongeveer dezelfde geest ademt als Kagemusha, de voorlaatste film van Kurosawa. Ook dit werkstuk is immers magistraal geënsceneerd met grote veldslagen, visuele stunts en adembenemende gevechtsscènes. Kagemusha betekent zoveel als de plaatsvervangen de krijger of dubbelganger. Een leider van de elkaar bestrijdende Samurai-clans stelt zo'n dubbelganger aan als plaatsvervangende aanvoerder, voor het geval hijzelf zou sneuvelen. Dit om te voorkomen dat de tegenstanders van zijn dood zouden kunnen profiteren en de eigen troepen door het verlies van hun aanvoerder gedemoraliseerd zouden raken. Als de leider inderdaad in een veldslag komt te overlijden, neemt zijn dubbelganger met veel animo diens plaats in en ontwikkelt hij zich in korte tijd tot een groot veldheer. Deze fraaie legende is de enige intrige van de vier uur durende film, die verder gevuld is met de magistrale beschrijving van twee grote veldslagen, waarmee Kurosawa zijn meesterschap in het hanteren van de camera, de toepassing van kleur, het regisseren van massa's en het gebruik van een dynamische montage overduidelijk aantoont. De bekenste Samourai-film van Kurosawa is zonder twijfel The Seven Samurai, uit 1954. Deze 'Oosterse wildwest-film' over een Japans dorpje dat huurlin gen aantrekt om rondtrekkende bandieten te weren, heeft model gestaan voor tal van Amerikaanse producties. Zo kocht een Hollywood-producent de rechten van de film, niet om hem zelf uit te brengen, maar om er een Amerikaanse versie van te kunnen maken. (Hetgeen uiteindelijk in The Magnificent Seven heeft geresulteerd). Kurosawa heeft over zijn voorkeur voor 16de eeuws drama eens gezegd dat in die periode de mensen nog echt vrij waren. 'Zolang ze de kracht hadden om iets van hun leven te maken, konden ze doen wat ze wilden. Natuurlijk had dat te maken met de voortdurende oorlogen, maar als ze sterk genoeg waren, konden ze echt iets van hun leven maken. Men kon zijn eigen persoonlijkheid veel meer tot uitdrukking brengen dan nu. En je hebt uit die tijd prachtige verhalen', aldus Kurosawa. Dodes'ka-den is de titel van een rolprent over mensen die aan de onderkant van de industriële maatschappij leven. Om aan de hardheid en de uitzichtloosheid van hun bestaan te ontsnappen, zoeken zij hun toevlucht tot louter illusies. Kurosawa vertelt het verhaal van mensen die niet mee profiteren van de technische vooruitgang en de verworvenheden van de huidige samenleving. Dit eigentijdse drama uit 1970 leek destijds het einde van Kurosawa als filmmaker in te luiden. Zijn verregaande perfectionisme had hem in eigen land de naam gegeven van een 'lastig' regisseur. Zo gaat het verhaal dat hij er eens op stond dat alle soldaten in een bepaalde film originele, rode schoenlinten uit een historische periode moesten dragen, terwijl er in de beelden naderhand van die schoenlinten niets terug te vinden zou zijn. Hoe dan ook, Kurosawa kreeg steeds meer verwijten over gebrek aan efficiëncy naar zijn hoofd geslin gerd. Zolang zijn films succesvol waren viel er met die kritiek nog wel te leven, maat toen bij Dodes'ka- den de kosten niet meer door de recettes werden gedekt, lukte het Kurosawa niet meer om in Japan de financiering voor zijn volgende projecten rond te krijgen. Gelukkig hadden geldschieters in het buitenland hun vertrouwen in hem nog wel bewaard. Naar Westerse maatstaven gemeten geldt Kurosawa namelijk in veel mindere mate als geldverspiller dan volgens Japanse normen, waar immers het complete maatschappelijke leven op efficiëncy en soberheid is afgestemd. Derzou Uzala was in 1975 de eerste film die Kurosawa met buitenlands (Russisch) geld maakte. Het resultaat werd een ongewone en uiterst fascinerende film over een Russische verkennings tocht omstreeks 1900 door nog niet in kaart gebrachte gebieden in Siberië. De expeditie staat onder leiding van kapitein Arsenjew, wiens man schappen slecht op de ongecultiveerde moerassen en wouden zijn ingesteld. Als toevallig de Mongoolse jager Derzou hun pad kruist, wordt zijn bereidheid om als gids op te treden van harte toegejuigd. Zo komt behalve een natuurfilm van een wilde schoonheid ook een ontroerend verslag op gang van een vriendschap tussen de natuurmens Derzou en de natuurgeleerde Arsenjev; een verbond waarbij praktische en door ervaring verworven kennis het wint van boekengeleerdheid. Dat laatste element zit ook min of meer verpakt in Roodbaard, een film uit 1965. Het is het verhaal van de jonge dokter Yasumoto, die aan het begin van de vorige eeuw gedwongen ging werken onder de veeleisende geneesheer-directeur Kyoji Niide, bijgenaamd Roodbaard. In die moeilijke periode van assistent schap leert Yasumoto het ambt van dokter met andere ogen zien en komt hij tot het inzicht dat de confrontatie met ziekte en dood zich slecht verhoudt tot het maken van 'carrière'. Ondanks de titel, die misschien anders doet vermoeden, gaat Roodbaard in de eerste plaats over de aankomende dokter Yasumoto, die in de harde leerschool van de praktijk volwassen wordt, zichzelf en de wereld beter leert kennen en zijn verantwoor delijkheden aandurft. Hij leert accepteren dat de mens pas tot het goede kan komen, nadat hij het kwade volledig heeft doorleefd. De laatste film die van Kurosawa op de agenda van Electro prijkt is The Bad Sleep Well, uit 1960. Ook in deze film, die het midden houdt tussen thriller en sociale satire, is de humor niet vergeten, maar belangrijker toch is de strakke verhaallijn over corruptie in een projectontwikkelingsmaatschappij. Het is weer zo'n film waarin Kurosawa zich een geboren verteller toont en het maakt andermaal duidelijk waarom de inmiddels 75-jarige regisseur doorgaans het etiket 'Westers' krijgt opgeplakt. Over dat Westerse aspect heeft Wim Verstappen eens opgemerkt dat Kurosawa's nadruk op de individualiteit daar alles mee te maken heeft. 'Er lopen scherp geobserveerde mensen in zijn verhalen rond, en die doen allemaal dingen. Een Japanner voelt zich ongelukkig als hij als mens dingen moet doen, er ligt daar een grote nadruk op de collectiviteit waar je je in moet passen en waar je in hoort op te gaan. Het is niet voor niets dat een Japanner alléén zelden waargenomen wordt. Kuro sawa's individualiteit geeft daarom de film voor hun doen een westers tintje', aldus Verstappen. Maar westers of niet, in Japan is Kurosawa nu ook weer helemaal terug van weggeweest. Ran, met zijn twaalf miljoen dollar de duurste film ooit in Japan gemaakt (met geld van de Franse firma Gaumont), leverde met liefst 380 duizend bezoekers op de dag na de première, een nationaal record op. Of al die Japanse belangstelling terecht is of niet, kunnen we binnenkort zelf gaan beoordelen wanneer de film in Tatsuya Nakaday in Electro te zien is. Kagemusha Horomhpr

Tijdschriftenbank Zeeland

Mooie moeite / Uitblad voor Zeeland | 1985 | | pagina 5