WIE MAKEN FORUM 86
Naar het nu. Wat kunnen
belangstellenden in febru
ari verwachten? Dat hangt
heel nauw samen met de
mensen die naar Middel
burg komen.
Het zijn Cornelius Rogge,
het Oostenrijkse duo Coop
Himmelblau, Bart Loots-
ma, Nigel Coates, Luc
Deleu, Alfred Eikelen
boom, Pjotr Müller en het
Franse paar Anne en
Patrick Poirier.
Ze leiden workshops, hou
den lezingen en audio
visuele presentaties met
discussie na en maken in
stallaties.
Een korte beschrijving
van de gedachtensfeer van
de hoofdpersonen zal
hopelijk enige duidelijk
heid verschaffen over de
inhoud van het komende
Forum.
forum
Ad de Jong
Cornelius Rogge
forum
Pjotr Müller
Nigel Coates
Luc Deleu
Cornelius Rogge weet zijn bouwsels vaak tegelijker
tijd iets tijdelijks en iets eeuwigs te geven. Ze lijken
uit oeroude tijden te stammen, gemaakt door allang
verdwenen volkeren. Toch zijn ze puur een product
van zijn eigen mythologie. Het materiaal dat hij
gebruikt en de constructies zijn echter niet tegen de
tand des tijds bestand. Dat maakt de bouwsels weer
kwetsbaar en dus tijdelijk. Veel opzien baarde zijn
tentenproject op het terrein van Kröller-Müller in
1976. Niets aan de tenten was gewoon. De
merkwaardige vormen, de opstelling, het feit dat ze
geen ingang hadden, alles werkte mee aan de
suggestie dat een oude, onbekende cultuur ons iets
mysterieus had nagelaten. In het Abdij-complex
zoekt Rogge voor zijn bouwwerk het laagste punt. De
donkerste hoek is goed genoeg. 'Daar staat mijn
maateenheid als het fundament van mijn architec
tuur, daar begint mijn imaginaire werkelijkheid.'
Op dit fundament bouwt hij toch omhoog, torens. Zei
6 f^fTlfebruari
zijn echter niet zo hard en onverbiddelijk als in de
alledaagse architectuur gebruikelijk is. 'Mijn torens
zijn broos, net zoals ikzelf. Pijn en smart zijn dan ook
een onderdeel van het bouwsel; natuurkrachten
schijnen ze te deformeren.'
Rogge doet met Pjotr Müller samen een workshop
met het thema: Waarom een beeld een huis moet zijn.
Ter verklaring voegen ze daaraan toe: 'Ik denk dat
voor beide geldt dat architectuur niets te maken
heeft met het letterlijk wonen in een huis, maar dat de
zieledrager mag huizen in een pand dat zijn ziel een
plaats geeft. Een nevenaspect is dan ook dat een
beeld voor ons nooit een vierkante doos kan zijn. Er
moet een vorm van ornamiek zijn, die dienstbaar is
aan het beeld.'
Müller voelt niets voor een kunst die slechts
vormgeving is van een idee. 'Een beeld ontleent niet
zijn bestaansrecht omdat het verstandelijk begrepen
wordt, omdat het beeldhouwwerk beantwoordt aan
het concept, maar omdat het nauw verbonden is met
het leven zelf.' Ook veroordeelt hij het maken van
kunst voor de kunstspecialisten. 'Ik wil pleiten voor
een kunst naar de toeschouwer toe. Werken met een
taal en tekens die veel mensen begrijpen. Zoals de*
Grieken een ideale mens van verhouding beeld
houwden, wetend dat elk mens zich hieraan^
spiegelde, zo zou de hedendaagse kunst naar
onderwerpen moeten kiezen die nauw verbonden
zijn met de mens. Niet de kunstenaar zelf. Een
kunstenaar moet zich ontdoen van kunstwerken die
alleen te maken hebben met het individu van de
kunstenaar.'
Müller wil in Middelburg twee tempels bouwen,
waarvan de kleine, de voortempel, zijn binnenwereld
voorstelt en de grote de buitenwereld. Titel: Mijn
paradijs. Van 80 tot en met 83 bouwde Müller hutten,
gestapeld van steen. De sombere bouwsels maken
de indruk dat ze ooit, lang geleden, door een volk
gebruikt zijn. Maar waarvoor? Een ingang hebben ze
niet.
'Wil architectuur de instincten van de bewoners
stimuleren, wil de stad een actieve partner worden
van de ervaringen die ze bevat, dan zal die
architectuur toch enigszins brutaal en intimiderend
moeten zijn', is Nigel Coates'opvatting. Hij is docent
aan de kwalitatief hoog genoteerde architectuur-
school Architectural Association in Londen, waar hij
Bernard Tschumi als unit-master opvolgde. (Tschu
mi maakte in 1980 voor Forum in de Vleeshal de
installatie Twee Altaren). Coates zet met zijn
studenten het onderzoek van Tschumi voort vanuit
het idee dat ruimte nooit los kan worden gezien van
hetgeen zich erin afspeelt. Coates is daarbij meer
gericht op de effecten die de ontwerpen hebben op
mensen. Dat is wat abstract. Concreter: een
voorbeeld van goede architectuur in de ogen van
Coates is die van de nachtclub die slechts wordt
gemaakt met lichteffecten, alcohol en de mensen
elf. Uit de koker van Coates komen dan ook niet
«sf h Plannen, eerder verwrongen close-ups van de
t 'n-actie. Wat hij in Middelburg neerzet, is bij het
hPtP0|Se gaan van dit b,ad no9 niet duidelijk, maar
zal ongetwijfeld iets in deze sfeer zijn.
bl^n,Werpenaar '-UC Celeu z'0t het ruim: zijn
gstelling gaat uit naar niet minder dan wereld-
SMS®
Foto linkerpag. boven: Tentenproject van Cornelius Rogge
in winters decor (Kröller-Müller, 1976)
Links onder: Een stenen bouwsel, zoals Pjotr üller
van 1980 tot 1983 bouwde.
Rechts boven: Een recenter bouwsel van Pjotr Müller een
ornamentenrijke tempel.
Rechts onder: Een close-up van een stad in actie, in dit
geval Londen (Nigel Coates)
Mfebruari