- --
m
ruimte in ruimte
78 rtlrflzomer
ruimte in ruimte
Schilderij in zwart-wit, Piet Dieleman. Foto Elsa Westland
Houtsculptuur, David van der Kop. Foto Elsa Westland
*- W ;W-
H. K ik
belangrijker wordende basis- een spannende geëi
gende) plaats opeisen voor de eigentijdse kunst.
In de tweede helft van de jaren '60 ontstaat zo een min
of meer geschikte bodem voor een nieuw groeiterrein.
Het is geen rechtlijnige, gestage ontwikkeling. Het
beeld verspringt eerder stoksgewijs. Wie alles tegelijk
wil inhalen, heeft kans zichzelf voorbij te lopen en die
Kans wordt -af en toe en hier en daar- gegrepen. Vooral
in Middelburg ontstaan enkele actiehaarden die weinig
jaren later van beslissende betekenis blijken geweest
voor een versnelde ontwikkeling die het aanzien van
sector K K een totaal ander aanzien heeft gegeven.
Het volstaat in dit verband de activiteiten te noemen
van het Zeeuws Museum, de Vleeshal, de stichting
jeugd en Muziek, Forum. Het zijn de katalysatoren die
andere, meer gespreide activiteiten aantrekken en
mede-ontwikkelen. Het staat allemaal aan de basis van
een klimaatsverandering die enige -zo niet: véél- naam
mag en moet hebben.
Zo'n verandering van mentaliteit vindt een vertaling in
het beleid van een overheid die niet langer uitsluitend
toeziet maar ook de stimuleringsadviezen volgt. Zo is
opmerkelijk dat in de -late- ontwikkeling van de mo
derne impuls naar een eigentijdse context de overheid
een belangwekkend aandeel neemt. Het vrije bedrijf -
de kunsthandel en het galeriewezen- blijft daarbij
achter, al geldt daar (óók al) een gevoelige afhankelijk
heid van de subsidiepolitiek der hogere krachten. t
De collectie van de provincie Zeeland, opgebouwd irv
een aantal jaarlijkse selectieronden waarvoor een
beroep gedaan wordt op deskundigheid van buiten het
gewest, draagt alle kenmerken van die ontwikkeling.
Waar niets -lees: niet al te veel- was, moest alles
komen. De accenten zijn daarbij begrijpelijkerwijs
nogal duidelijk verschoven van de traditie naar het
hedendaagse.
Een, naar het aantal nummers gerekend, kleine ten
toonstelling als deze in Goes laat-onder meer-zien dat
Zeeland weer een plaats in de ontwikkeling van de
kunsten heeft ingenomen. We spraken van het 'topje'
van de recente aankopen. Die top sluit zeer nauw aan
bij wat zich binnen Europa beweegt.
Piet Dieleman, hier en elders jarenlang verward met
het nieuwe schilderen, wijst de momentele emotie
duidelijk terug naar af in een aantal werken waarin het
landschappelijke perspectief de eerste aandacht
vraagt. Er is een opbloei van kleuren en het begin van
een boeiende uitwerking en doorwerking van con
structie-elementen. De gesloten compositie -de acht
robuuste zwartwitten voorél- pakt heel direct.
Marinus Boezem in wiens werk veel lijnen uit de
ontwikkelingen binnen de eigentijdse kunst samenko
men, trekt opnieuw eigen lijnen naar vroeger en nu. De
schijnbare eenvoud verrast. De grote zorg voor het
heldere concept boeit. De vondst voegt toe, wist het
begrip trouvaille' uit en zet er 'inventie' voor in de
plaats. Een mooi kenmerk is drang naar éénworden,
één bijvoorbeeld met de maatschappelijke consensus
die mogelijk maakte dat in de middeleeuwen een
kathedraal verrees die nu tot studies aanzet. De kracht
ligt nü, meer dan in een loutere terugblik.
David van de Kop heeft zijn plaats genomen in de
evolutie van een 'verzelfstandigde' plastische kunst die
-los van opdracht en vormbepaling-voor zichzelf staat.
Zijn eigen woorden: 'Beelden worden door de kunste
naar van binnenuit ontwikkeld en bieden ons een
aantal elementaire ervaringen over plaats, ruimte en
materiaal, zij stralen iets uit van de onverklaarbare
drang van mensen om een plek een bijzondere lading
te geven, of een teken te geven dat duidt op waarden,
die in het menselijke bestaan altijd een rol hebben
gespeeld'. Zijn plastieken gaan -in kleur, ruimtelijk
heid, in een open/gesloten werking -een dialoog aan
met de aquarellen.
Gust Romijn toont een project dat op nog monumenta-
ler uitwerking wacht. Het past in de voorhoede van de
omgevingskunst en we moeten de locatie buiten de
sfeer van de kerkezerken zien: de open zee, de beslo
tenheid van de schelp die een levenslijn legt naar de
grote, omvattende Delta. Bij Romijn telt de ambachte
lijke factor zwaar mee. De materiaalbehandeling -
marmer, staal- zegt daar veel over. Zie het -straks- aan
zee en vergeet er het land niet bij.
Frits van Til, de schilder, verwerkt een overstelpende
ontwikkeling: kleuren -tussen ingetogen en speels-,
spanningsvlakken, standpunten, posities. Wat we zien
zou een reisverslag kunnen zijn waarin het landschap
de gebeurtenissen bepaalt. Het schilderij kan zich aan
die impact onttrekken, voor en door zichzelf bestaan,
standpunten formuleren. Het gebeurt en dat blijkt een
mooie kracht.
Deze selectie uit een selectie reikt verder dan Goes,
verder dan andere grenzen.
Vier bij elkaar horen
de werkstukken van
Frits van Til.
Foto Elsa Westland
mmj
zomer 79