- 13 -
"welke maatregelen neemt het onderwijs om kinderen uit sociaal-
cultureel arme milieus (cultureel taai-arme milieus), kinderen
dus met een ontwikkelingsachterstand, te helpen?"
Met de hier volgende experimentjes heb ik getracht de
bescheiden middelen, die mij ten dienste stonden, aan te wenden
om het dialectsprekende kind in zijn taalachterstand tegemoet
te komen.
Mogelijkheden binnen het kader van het lager_onderwijstot ver
betering van deze moeilijkheden
Plaats, vorm en inhoud van het moedertaalonderwijs bij dialect
sprekende kinderen.
a. De plaats van het moedertaalonderwijs.
De wijze, waarop iemand zijn taal gebruikt, bepaalt
voor een belangrijk deel zijn maatschappelijk aanzien.
Laat ik er van uitgaan, dat het dialectsprekende kind, na
zijn lagere schooltijd, zich behoorlijk in algemeen beschaafd
Nederlands uit kan drukken; - wanneer het aan zijn taakge
bruik desondanks hoorbaar is uit welk gewest hij komt zal
hem duidelijk gemaakt moeten zijn, dat hij zich hiervoor
geenszins behoeft te schamen (hoeveel mensen spreken zuiver
Nederlands?) - Dan houdt dit in, dat voor dit kind de weg
voor ruimere contactmogelijkheden open ligt. Door het te
volgen voortgezet onderwijs zal hij buiten zijn sociaal-
cultureel niveau kunnen treden en daardoor een zekere
"gedwongen" afstand weten te overbruggen.
Maar is het mogelijk met ons huidige taalonderwijs de
kinderen deze grondslag mee te geven?
"Is het voor ons niet dringend noodzakelijk reeds bij het
kleuteronderwijs aandacht te besteden aan de wijze, waarop
de kleuter uit eenvoudige milieus zijn taal gebruikt en op
de lagere school (volksschool), het aantal lesuren "taal"
uit te breiden, van de gebruikelijke 4/6 tot 7/8?
Maar er moet gedurende die uren dan ook taalonderwijs ge
geven worden:
het leren hanteren der taal voor eigen mondelinge en schrif
telijke gedachtenuiting en voor het verstaan van de monde
linge en schriftelijke gedachtenuitingen van anderen.
Beter, beschaafderrijker taalgebruik komt dan binnen het
bereik van het Nederlandse volk als geheel; het gaat om een
nationale zaak." (13; 867).