- 16 - bruik, en dat van anderen. Daardoor zouden we het gehalte op kunnen voeren. We zullen de leerlingen dan ook vrij veel schriftelijk werk moeten laten maken. Een ander m.i. uitstekend middel om het gehalte op te voeren, zou het leergesprek kunnen zijn. Het is gebleken dat het één van de meest geeigende middelen is om de leerlingen - onder leiding - van elkaar te laten leren. De leerlingen vertellen elkaar bv. hun werkwijze. Velen komen hierdoor tot prestatieverbeteringDe zwakke leerlingen zullen deze betere leermethoden overnemen en dit moet dan haast wel tot betere resultaten leiden. Ook kan men het dialect in dienst stellen van het onder wijs; bijvoorbeeld bij betekenisverklaring. In het Zeeuws dialect staan de woorden nog dicht bij de oor spronkelijke betekenis: bv. "driftig" betekent: "haastig". Het doet nog sterk denken aan het oorspronkelijke "drijven": 't schip is op drift. In het Nederlands gebruikt men driftig haast alleen nog maar in de betekenis van "kort aangebonden" Veel woorden en uitdrukkingen uit het dialect, ik denk ook aan provincialismen, bieden de onderwijzer een schat aan ver gelijkingsmateriaal "en door vergelijking rijpt het taal inzicht". (16; 6). N.B. Hierbij moeten we niet uit het oog verliezen, dat de voorbeelden zo gekozen moeten zijn, dat zij geen ver warring wekken Uitingsdrang stimuleren. Ik heb reeds gewezen op de grote moeilijkheid voor dia lectsprekende kinderen, zich op school in een voor hen vreemde taal uit te drukken. In dit geval heb ik een leerling van de eerste klas als voorbeeld gesteld van een kind, wiens uitdruk kingsvermogen sterk geremd scheen te zijn. Toch zal het noodzakelijk zijn, dat dialectsprekende kinderen zich vlot uit leren drukken in het A.B.N., omdat de moderne maatschappij nu eenmaal als eis stelt, dat de jonge platte lander buiten zijn eigen dorpsgemeenschap treedt en zijn weg gaat zoeken in de gecompliceerde veelheid van beroepen en functies. Hiertoe is een allereerste eis, dat hij zich kan

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1966 | | pagina 18