- 21 -
kenis: via schuw, schichtig, tot wild, onbesuisd, en
tenslotte ruw, onstuimig (v.h. weer) en ruw, losbandig
(v.e. mens) een merkwaardig zeeuws woord. De Z.V1. vorm
is schoeein 't Land van Hulst zegt men schouw
ha. In wien z'n stront ei jie etrapt: vraagt men, aldus inzender
aan iemand, die zich al te verwaand (deftig) aanstelt,
b. WZD. 955 geeft een dergelijk gezegde, n.l. in d'ollandse
stront (g)etrapt ë(n): "hooghollands" spreken, (of zich dat
verbeelden) wat natuurlijk als een teken van "groózigeid"
beschouwd wordt (of werd)
Kent ge a. of b. of beide?
Opmerking. Het komt me voor dat a. te beschouwen is als
"afgeleid" uit b. De betekenis van b. is onmid
dellijk duidelijk (tenminste voor een zeeuw), de
betekenis van a. niet. Want wie is met wien be
doeld?
5. 'n stik stront: een akelig, vervelend iemand. Is dit niet
eerder volkstaal, dan dialect, al is natuurlijk de vorm stik
=stuk, zeeuws? Ik meen bijv. stuk ongeluk dat je bent ook
wel buiten Zeeland gehoord te hebben. Echter heb ik dit ge
bruik van stuk een ongunstig woord, niet bij van Dale ge
vonden. Voor stik: exemplaar, persoon, zie WZD. 938.
Wilt u aantekenen of u deze manier van schelden ook buiten
Zeeland kent?
6. "Dat sa wè": zo drukt de zeeuw op een beleefde manier zijn
verbazing en tevens zijn twijfel uit, aan hetgeen hem ver
teld wordt. De heer Sinke kent het; in WZD. 1199 (art. zul-
le(n)wordt het voor Domburg gegeven. Ik vermoed, dat het
veel meer verspreid is.
a. Kent u het?; en zegt u in dezelfde omstandigheden ook
bDa sa wêzeker?
7a. Als de kleinkinders bijv. al te veel in en uit lopen en het
begint Opoe te vervelen, zegt ze: Je loppe wee net ginsen-en
weer az 'n zêêkende kaeter, aldus inzender SinkeKent ge
dit gezegde? Het is in WZD. niet opgetekend,
b. Verg. de uitdrukking (WZD. 1170) b. Laet de kaeter mè zêêke:
maak je er niet druk over, aanget. voor Gdr
Kent ge a., b., of beide?