- 13 -
blz
I Bulle
bróodsoppen
i4
7
idem
13
9
brouwer (waer-a-t'nzitspreuk
14
9
brune bóónen scheldnaam Dreischor
30
7
bul(t)slag (znw), zie spelerieën
14
9
idem
25
10
bul(t)slag (bvw) m.b.t. vruchten
14
7
idem
14
9
idem van een mens lelijk toegetakeld
14
9
idem
25
10
bul(t)slagplekken
14
7
idem
14
9
idem
25
10
buntgras (Knobbelig -): zie pupekoeter
8
9
butterkomme en andere samenstellingen met
butter zie beuter -
-
-
butternap
14
6
buulslag, zie bul(t)slag znw.
-
-
buurtpaal hardstenen stoeppaal
25
4
idem
31
5
buut (kinderspel)
22
6
D.
dag (d'n - gaept)
25
11
daogen (de - liggen naost mekaore...)
22
10
idem
24
11
daozen (horzels) als weervoorspellers
27
11
da(t) sa wè stopwoord
21
9
idem en da sawè zeker
20
11
dauw (weerspreuk met -)
9
9
idem
17
10
dekboom art. Kietdekken
6
6