- 20 - stad wordt 13 ha vernietigd, waarop 500 panden, merendeels monumen ten. Enorme schade toegebracht aan abdij en stadhuis, terwijl panden als de Steenrotse, de Globe, de Provinciale Bibliotheek en vele andere verdwenen. Van 1943 tot 1955 werd dit centrum weer herbouwd. Stijlperioden. Bij het noemen van de onderstaande stijlperioden moet worden bedacht dat een preciese datum van begin en einde van een periode niet te geven is. Verschillende stijlperioden overlappen elkaar vaak zeer ruim, ter wijl ze in verschillende landen ook in tijdsduur erg uiteenlopen. Vele stijluitingen die elders zijn ontstaan komen a.h.w. vertraagd door. De stijl van een bepaald tijdperk is de tolk van het levensgevoel van de mensen in dat tijdperk. Dit levensgevoel kristalliseert zich als het ware uit in het kunstwerk. De Romaanse stijlperiode, 800 - 1200, heeft in onze stad weinig sporen nagelaten. Enkele gedeelten van de abdijgebouwen en het koor van de Gasthuiskerk zijn Romaans. De woonhui zen in deze periode zijn meestal van hout. Kerk en klooster domineren. Waarschijnlijk is ook het Gravensteen al aanwezig; zetel van de recht spraak. (Bachtensteene) Typisch kenmerk der romaanse bouwkunst is het omvatten van ruimten door ronde gewelven, en vlakke wanden door ronde bogen. Gekoppeld of in rij en geplaatste bogen worden door een derde boog tot grotere eenheid sa mengevoegd. Ook het openbreken van de wanden door dieper liggende muur gedeelten (nissen en blinde ramen) is een veelvoorkomend gebruik. In de abdij zijn voorbeelden van Scheldegotiek aanwezig; een tussen vorm Romaans - Gotisch. De Gothiek, 1200 - 1550, heeft in onze stad diepere sporen getrokken. Gothiek, naar de opvatting van de Italianen: bouwkunst der Gothen (barbaren). Zowel bij kerkelij ke als wereldlijke bouwwerken is ze in ruime mate gespaard. Zo de abdij met zijn kerken en torens, -de Engelse kerk, de Gasthuiskerk en het stadhuis. Bij alle verschillen in vele landen wordt het karakter van de Gothiek bepaald door de spitsboog en het kruisgewelf. In het eerder ge noemd middeleeuws gedeelte van de stad waren de meeste huizen van hout gebouwd. Reeds vroeg werden rieten daken verboden wegens brandgevaar. Eerst in 1617 mogen in de stad geen houten gevels meer worden gebouwd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1970 | | pagina 32