- 26 -
Nieuwe Opgaven
26. Bns. (1211) kernissele(n) stoeien (graag een voorbeeld!)
27a. Gdr. keuningsschodders (bloemennaam) keizerskronen
(Frittilaria imperialis),
b. Als in uw omgeving een andere naam aan deze plant wordt
gegeven, graag vermelding.
28. Amd. (1211) kiet.jes gepelde garnalen.
29. opg. Gdr. (Buil. 14) Dat kloevmt.je ontwindt z'n eige dat
komt vanzelf in orde
30. Dob (1212) 'n koekebidder (iemand die bidt om het voor
deel), een huichelaar.
31. Bns. (1212) Wat 'n koelker eit die vint grote neus.
32. Bns. (1212) Ie is tot alles kompaobel in staat.
33. opg. ObgHp. (Bull. 14) 'n kouterliene leidsel gebruikt
bij een jong paard, dat moet leren ploegen.
34. Amd. (1212) kroozen uitgebraden kaantjes spek.
35a. opg. Ier. (Buil. 14) 'n paerd korter kumme(n) strakker op
de stuitreep zetten,
b. Je mot die jóón wa korter -kummen strenger aanpakken.
36. opg. Ier. (Buil. 14) Ei je krulcels egeten wordt gezegd
tegen iemand die over tijd komt.
37. Kwd. (1212) Als middel tegen steenpuisten "wier 'n kruneute
in de zak edraege". Kent men dit middel ook elders?
38. MdhSmd. (1212) Landgaenders vetleren werkschoenen.
39- Z.V.W. (1212) Lang'alzen in 't zaad geschoten uien-
planten.
40a. Kwd. (1212) Lap-over-zalf smeersel (een soort groene
olie) gebruikt tegen het verzêêren (afschaven van de
huid) bij een paard,
b. Weet iemand de samenstelling van het middel?
41. Bks.; Cz. (1212) 'n Lek-me-lippe een smulpaap.
42. Ok. (1212) de lente stae goed het gewas, de veldvruchten.
43a. opg. Ier. (Buil. 14) Ik kan d'r mie lezen of schrieven
ik kan er goed mee omgaan,
b. Zegt men dit van mensen of dingen? Graag een paar voor
beelden