- 5 - De schriftelijke vorm waarin zij haar betogen heeft gego ten, is voor ons ongenietbaar zij schrijft querulant en monomaan, in een onzakelijke,, verwarde stijl. Hierdoor zal zij haar doel wel eens hebben gemist of voorbijgeschoten. Ook al in haar eigen tijd werd dit alles door velen ervaren; dit blijkt uit een critiek op een van haar lezingen, welke zij zelf in de derde hier onder te noemen publics.tie heeft opge nomen, ten einde deze te weerleggen. Dat zij tot al haar actie werd bewogen door een warm en ge voelig hart wordt een ieder die daaraan nog mocht twijfelen, duidelijk uit de liefdevolle afscheidswoorden die zij in haar zevende publicatie tot haar overleden man richt. Bibliografie (1) Onderzoek naar het vaderschap, in verband met onze krank zinnigengestichten, gevangenissen, huizen van ontucht, (lezing) z.p., z.j. (1907), 80 pp. Gedrukt voor rekening der schr., met portret van de schr. in halfprofiel van links (2) Gij zult niet doodslaan i (lezing; min of meer als vorige titel) z.p., z.j., 79 pp., gedrukt voor rekening der schr. (3) Open brief naar aanleiding van het sluiten der bordeelen, aan het gemeentebestuur van Rotterdam en aan den WelEd. ZeerGel.Heer Dr W.B. van Staveren, z.p., z.j. (1910), 110 pp., uitgegeven voor rekening der schr. (k) Open brief door een Zeeuwsch meisje naar aanleiding van de circulaire van het genootschap 'Intercessie', Perpon- cherstraat 32 te 's-Gravenhage, aan de Commissie en aan Neerlands dames, z.p., z.j. (c.1910). f3) Nieuwe zedewetten. Onze regeering, chriftelijke en fat soenlijke maatschappij ter overweging aangeboden. 's- Gravenhage 1913). (6) Bertha van Doorn. Een boek van strijd en leed. Een ware geschiedenis (roman). 's-Gravenhage 191*S 666 pp., met portret van de schr. in halfprofiel van rechts. (7) Open brief aan de Zeer Eerwaarde Heeren van het bestuur Gemeenteziekenhuis te Apeldoorn, en een laatste afscheid aan mijn man, den heer W. van Strien, waar het ziekenhuis mij niet voor in de gelegenheid stelde, z.p., 1929 (1930?)

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1973 | | pagina 13