- 22 - DE KLOEKE DAAD VAN ISAAC ROCHUSSEN, 1672. HET "RAMPJAAR" De snelle opeenvolging van dramatische gebeurtenissen die in de loop van 16?2 de Republiek der Vereenigde Nederlanden tot aan het randje van de ondergang brachten; die voorts de jonge Prins van Oranje als Stadhouder aan 's Lands roer plaatsten, en die tenslotte aan de gebroeders de Witt het leven kostten, - dit benauwende verloop van zaken mag onder ontwikkelde landgenoten wel als voldoende bekend worden beschouwd plot seling zag onze Staat zich te land en ter zee aangevallen door de beide destijds militair en maritiem machtigste ko ninkrijken ter wereld Frankrijk en Engeland, waarbij zich volledigheidshalve uit winstbejag nog aansloten de op voor deel beluste bisschoppen van Munster en Keulen. Geen wonder dat de Regering daar radeloos tegenover stond, met een volk dat zich redeloos gedroeg, in een toestand waarin het Land reddeloos leek i TER ZEE EN TE LAND. Als eerste lichtpunt in deze sombere dagen wist De Ruyter op 7 juni in de vermaarde zeeslag bij Solebay de Britse en Franse vloten op een afstand te houden. Vervolgens werd 's vijands vloot, toen zij in juli bij Den Helder trachtte te landen, door storm overvallen en tot heengaan gedwongen. En in augus tus daaropvolgende wist onze grote Admiraal de Indische re tourvloot, die veiligheidshalve in de Eems was binnengevallen, behouden naar Holland te brengen. Ter zee liep alles dus boven verwachting goed. Te land wist Willem III, die onder druk van de bevolking door de Staten van Zeeland en van Holland tot Stadhouder, en vervol gens door de Staten-Generaal tot Kapitein-Generaal en Admiraal der Unie was benoemd, 's Lands weerbaarheid te herstellen en de aanvallers in bedwang te houden, waarna de onzen gaandeweg zelf tot de aanval konden overgaan. De verschrikte natie her ademde het ergste leek nu wel geweken.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1973 | | pagina 30