39. (Sis) 'n paonooge een blauw oog (door slag of stoot). kO. (Sis) Moeder is wel te passe vo 'eur oudte ...goed gezond voor haar leeftijd. (Cz.| Sdk.) '11 per tig vrouwtje a. een kittig, levendig vrouwtje; b. zegt men het ook in ongunstige bet., dus nukkig, kurig bZ. (Adb.) 't Is alles piis-ankor in orde, in de puntjes. k3. (Sis.; Obgpiezóögj es ogen met rode randjes. ZEEUWSE NAMEN VOOE ELECTRA CRÏÏSTULBNTA (PALLAS) door GR.Heerebout De zierikzeesche geneesheer en natuuronderzoeker Job Baster publiceerde in zijn Natuurkundige Uitspanningen (tweede stukj e1760)een beschrijving van een merkwaardig groei sel uit de brakwatersloten van Schouwen "groeijende als een kluwen, met dunne enkelde gekrulde bladren". Hij noemde deze nieuwe soort steenachtige Eschara. De juiste weten schappelijke naam is Electra crustulenta (Pallas, 1766). Het is een mosdiersoort (Bryozoa) De brosse, kalkachtige knollen en aangroeisels zijn alge meen in brak water, men kan ze vinden los op de bodem of aan vaste substraten zoals rietstengels, stenen, pijlers, buizen e.d. Bij microscopisch onderzoek blijken ze te be staan uit celletjes met verkalkte wanden, aan de bovenzijde afgedekt door een taai vlies met daarin een kleine opening waaruit een aantal vangarmen gestoken kunnen worden. Deze dierkolonies hebben ook Zeeuwse dialectnamen; ik vond de volgende in de literatuur. Siltensteen -Zeeland (Geijtenbeek, 1875) Ziltensteen -Terneuzen (Maitland, 1896) Zinderplaat -Oostburg (Barend Zwerfmans, 1950) Sintels -Groede (Maitland, 1896) Zouteballen -Middelburg (Maitland, 1896) Zouterik -Walcheren (Wilderom, 1968)

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1974 | | pagina 19