vaerdigen van een Algemeen Omschrijvend Woordenboek der Neder
landsche Tale" 2), dat geheel op dezelfde leest was geschoeid
van de leden der Mij werden daartoe, naast excerpten uit
oudere litteraire en officiële stukken, verzamelingen van ge
westelijke woorden ingewacht. Na vol ijverige jaren, waarbij
maandelijks bijeenkomsten "wegens het Woordenboek der Maat-
schappije"plaats vinden en deze werkzaamheden steeds als eer
ste punt op de agenda staan, was aan deze opzet onder de
druk van de politieke woelingen in 1787 een eind gekomen. Tot
dat De Jager's plan daaraan een nieuwe impuls geeft. Maar ter
wijl de werkzaamheden zich vroeger geheel in de besloten
sfeer van de Leidse Maatschappij hadden ontwikkeld, stelt
het Taalkundig Magazijn de medewerking open voor een veel
ruimer kring van belangstel 1 enden.Al gauw wordt aansluiting
gezocht bij de vroegere werkzaamheden van de Maatschappij
en het daar bewaard gebleven dialectmateriaal. In een Opgaaf
van en overProvinciaal-Dia 1ektendoor mr. L.PH.C.
van den Bergh (Taa1k. M.dlÏT^ 1837, blz. 193-201), wor
den van de 9 in hs. gebleven dialectverzamelingen, in de
bibliotheek der Maatschappij aanwezig, er twee genoemd on
der het hoofd: Zeeuwsch (blz 200): Verzameling van Woorden
te (sic) Walcheren in gebruik en Verzameling van Woorden in
Staats-Vlaanderen in gebruik.Bijna een halve eeuw later zal
de bibliograaf Louis D. Petit in zijn Proeve eener Biblio
grafie der Nederlansche Dialecten (Onze Volkstaal i 1882,
blz. 79-81dezelfde titels vermelden, resp. onder het hoofd
Walcheren en Zeeuwsch-VlaanderenBij de Walcherse verzame
ling geeft hij de naam van de inzender: A.Kluit. Het is de
moeite waard wat nader in te gaan op de geschiedenis van deze
zeeuwse verzamelingen, de eerste, die met een wetenschappe
lijke bedoeling zijn samengesteld.
2)
op voorstel van ëén der leden in een brief van 30 aug.1769,
vermeld in Handelingen 1770 blz. 22, komt "een beredeneerd
plan," tot stand, dat 1771 in werking treedt.