jachtcommissie.68) Aangezien de ambachtsheer zijn rechten per perceel moest bewijzen,moesten vele stukken 69) worden geproduceerdDat daarbij onduidelijkheid 70) voorkwam t.a.v. sommige percelen,was te verwachten. Tot de tweede wereldoorlog bleef overigens de situatie t.a.v. Hoogelande ongewijzigdIn mei 1940 barste de bom. Nederland werd onder de voet gelopen en capituleerde. Alleen Zeeland zette de strijd voort,gesteund door Franse troepen,die via Breskens en Vlissingen te hulp snelden met het doel via Zeeland eerder de Moerdijkbruggen te be reiken dan de bezetter.De opzet mislukte en vechtend trok ken de Nederlandse en Franse strijdkrachten zich door Zeeland terug. Door het bombardement van Middelburg op 17 mei 1940 71) werd ook Zeeland op de knieën gebracht en wederom ontstond er stilte rondom de ru'ine van Hoogelande.Toen op 1 novem ber 1944 de geallieerde troepen door een bombardement van de dijken van Walcheren het eiland onder water zetten,was de waterstand in "den Hoek" 72) het hoogst.De boerderijen spoelden weg,de wegen verdwenen,de sloten spoelden dicht en slechts de ruïne bleef droog.72a) Ook de begraafplaats stond bij hoogwater blank. Op 23 october 1945 waren de dijkgaten bij Vlissingen Westkapelle en Veer gedicht.De uitgave Luctor et Emergo, 73)verspreid door de drukkerij de Spaarnestad,geeft een uitstekend overzicht.Een gigantisch werk was verricht, maar een even groot werk diende zich aan.De herindeling 73a) van het landheraanleg van de sloten,wegen en water gangen 73b) (van belang voor het visrecht),puin ruimen, nieuwbouw en herbeplanting moest worden aangepakt. Koningin Wilhelmina 74) plantte de eerste boom te West kapelle, waarmede een grote aanpak werd ingezet. De terp van de kerk van Hoogelande kreeg eveneens een nieuwe beplanting,terwijl de dubbele sloot of gracht in ere werd hersteld.74a)Ook een stukje van de oude weg, lopende tussen de terp en de boerderij van de heer Groe- nenberg (welke boerderij totaal verloren ging) werd op nieuw aangelegd en dus behouden. 13

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1980 | | pagina 15