broek weer droog was en zoo eindigde dan den bewus- ten 30 September 1911. Nog dikwijls denk ik aan dat oogenblik toen wij met het rijtuig in de hoek van den dijk bij de Rattekaai aan kwamen.Wij dachten natuurlijk voor een zee van water te staan,gelijk met de kruin,elk oogenblik vreezende dat de dijk 't begeven zou en dan op eens tot de conclusie te komen dat alle gevaar geweken was,daar in misschien 10 minuten tijds 't water een meter was gezakt.Dan ben je dankbaar en krijg je weer moed.Dat toen wel de Hogerwaard was ingeloopen was voor ons niet erg.Daar woonden toch geen menschen in.Om echter nog een staaltje te schetsen hoe hard het waaidemelden wij dat een rijtje kipkarren die op de 2e polderweg stonden op 't spoortje 's morgens over de sloot op t land stonden of ze er door men schen geplaatst waren.In de Middenpolder stond een rij van 36 kipkarren gereed om bieten te vervoeren. Deze waaiden tot de 4e weg zonder dat een enkel ontspoordeOp Middenhof was een machineloods omge waaid en op Middenhof de geheele schaapskooi, die nog maar enkele jaren nieuw was.Verschillende schapen vonden hier bij den dood. Onze oude directeur de Heer W.Kakebeeke maakte de leuke opmerking,dat de gebouwen systeem de Koning - de vroegere architect van de Bathpolders - zich al len goed hielden maar dat systeem Koning omwaaien kon.Nog een gezegde van de Heer W.Kakebeeke zou ik hier willen vereeuwigen.Toen hij zich eenige dagen later toevallig met de heer de Wilde aan 't station bevond.Nu moet u nl. weten dat de heer de Wilde de aannemer is geweest van 11 aanleggen van de dijk 2e Bathpolder in 1906.Toen de heer de Wilde de heer Kakebeeke vroeg of hij aannemer werd omdat hij de dijken zelf hersteldeantwoordde mijnheerK."neen ik ben boer,maar zal trachten boer te blijven", 't Antwoord was m.i. zeer juist gegeven,want hij was juist op zijn huisreis na een bezoek te hebben gebracht aan de dijk van de 2e polder en had zich 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1982 | | pagina 13