naar de Middelburgse elite (vgl. ook de recente stu
die van H.van Dijk en DJRoordaHet patriciaat in
Zierikzee tijdens de Republiekin: Archief Zeeuwsch
Genootschap 1979,en Roorda's nu reeds klassieke,in
1978 herdrukte Partij en factie)resulterend in stam
bomen van de families Thibaut, Veth, Huyssen, Van
ReygersbergheDuvelaer, Van den Brande, Schorer,
Velters, De Huybert, De Kuijser, Sandra, Tulleken,
Radermacher,Boudaen Courten, Cau, Van Citters, Van
Visvliet, De la Rue-Christiaense-Van de Putte bij
lagen I-XVIII bij Idee en interest)
Van der Bijl noemt het meest in het oog springend
de continuïteit die een aantal geslachten in hun
politieke oriëntatie vertoonde. Sommigen hunner zagen
echter tegen een frontveranderingindien noodzakelijk,
niet op,zo werden "De Van Citters'en in de loop
van de achttiende eeuw tot de toonaangevende Middel
burgse familie die haar aristocratisch belang in over
eenstemming wist te brengen met het orangisme"(p.311)
In hoofdstuk VII gaat de schrijver o.m. in op de
geestelijke stromingen,waarbij de geschillen tussen
coccejanen (libertijns van opvatting) en voetianen
(meer precies in de leer) aan de orde komen en voorts
groeperingen als de antinomianen en Hattemisten be
sproken worden en de verbondenheid van de regenten
en hun cliënten met de verschillende stromingen en
groeperingen aan het licht gebracht.Tenslotte de
sociaal-economische positie van de heren regenten.
Minutieus cijfer- en rekenwerkallemaal "uit het
hoofd",geen computerwerkzoals Van der Bijl tijdens
zijn in de aanhef genoemde lezing verteldegeeft
een beeld van de welstand en daarmee van de maatschap
pelijke rangorde van de diverse regentenfamilies.
Hiervoor werden o.m. belastingkohieren en archieven
van de V.O.C.-aandelen!-benut (tabellen in bijlagen
XXI-XLIX).Opvallend is b.v. dat de families Veth
en Schorer van 1703-1750 tot de top tien behoren,
waarin een familie als Huyssen na 1720 niet meer
voorkomt,terwijl het geslacht Van Citters juist vanaf
29
