VAN ENGELSCHE POLDER(S) TOT DE BATHPOLDERS VI door D. Butijn ingeleid en uitgegeven door M.P.de Bruin Vervolg 1918-1930 Bouman beschrijft in zijn geschiedenis van de Zeeuwse landbouw de jaren 1925-1930volgend op een tijd van inkrimping en bezuiniging, "als een korte periode van rustige en voorspoedige ontwikkelingZoo zou het niet blijven.Er was een landbouwcrisis in aantocht,die de geduchte crisis van 1879 tot 1895 nog in de schaduw zou stellen.Reeds in 1929 begonnen de graanprijzen scherp te dalen,terwij 1 ook de suikerbietenteelt ter nauwernood meer loonend was;de tuinbouw en de veehoude rij bleven echter in 1929 nog goede winsten afwerpen. In 1930 hield de daling van de graanprijzen aan en breidde de crisis zich geleidelijk uit over alle tak ken van het agrarisch bedrijf".Tot zover Bouman. Voor de gebeurtenissen in mei 1940 in Oostelijk Zuid- Beveland, evacuatie en gevechtshandelingen,zie L.W.de Bree:Zeeland 1940-1945 Deel I. Middelburg1979 p.91 en volgende. Om met Butijn te vervolgen: 't Werd nu een mooi boeren in de jaren 1918-1930. 't Werd wel wat eenzijdig.Zoo ook met 't zaaiplan. Voor wat de goede grond betreft was het hier een 3- jarige slag,zullen wij 't maar noemen. Ie Bieten, erwten, karwey 2e Bieten, granen, mosterd-maanzaad etc. 3e Bieten erwten, karwey 4e Bieten, granen, enz. Zoo stippelden wij de zaailijst al jaren vooruit klaar 14

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1982 | | pagina 16