met drie taferelen rond Jezus geboorte;ongekleurd en gedateerd 1856.Jan de Prentenknipper heeft in 1844 (en in 1856) kennelijk bij Sara's ouders gelogeerd, want hij maakte voor Abraham Brevet en Johanna de Bruyne een prachtige hofstedeprentDe boerderij, schuren,moestuin,boomgaard,de weg met de open stan derdmolen De Kat zijn allemaal op een levendige, maar wat na'ieve manier weergegeven.Opzij staan 10 onder elkaar geplaatste tafereeltjes van het boeren bedrijf zoals ploegen,hakken,opladen van wagens, maaien en oogsten van het koren.De hele hof is gete kend en geschilderd met waterverf,de 10 tafereeltjes zijn bovendien uitgesnedenevenals de tekst. Deze bestaat uit een rijmpje,waarvan Willemsen het begin al noemde: "Het land te bouwen is mijn lust Mijn hart en zinnen zijn gerust Ik wey het rundervee Gelijk als Job in Cana de" De beschrijving die Willemsen citeert van De Hullu is niet op deze prent van toepassingmaar op een andere hofstedeprent uit Cadzand in dezelfde tijd, getiteld "De Polder De Norenman"daar woonde toen een echtpaar De Bruyne,met de initialen JDB en TDK (wie waren het en waar komt die boerderij-naam van daan?) Het rijmpje had Jan in 1842 ook voor een prent in Hoek gebruikt en van 1847 stamt een hofstedeprent uit Nieuwvliet met dezelfde tekst.Nog zo één stelt de oudste boerderij uit Cadzand voor in 1856,weer met dat versje en hier luidt de laatste regel "Gelijk als Vader Jacob dee". Is er iemand die dat rijmpje ooit in een ander ver band is tegengekomen? Er is nog een vermelding van een hofstedeprent "De Konijnenberg" 1848,onder Oostburgmaar we weten niet of die prent nog bestaat. 36

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1982 | | pagina 38