(Ax); zanig/zoanikteste (Ax);Zsg;Tnl)zaniktrutte (Vwp)zanikziele
(Nz:soms); zeurteste (Hk/Zsg)zemelteste (Scherp!zemelknaoper (Dl)~~;
zêêktêêle Kdkzaöge (Zsg); triepe (Bns).
29Moedermens allêên(e): moederziel,helemaal alleen ZVW (Adb;Gde;Sls;Zzd)
LvA (Ax;Zsg); ZVO-zd (Nwn); W (Ok); ZB Gpol;Ktg;Ovz;SchrNB (Col;Kg);
T (Anl;Mtd;Po;Tnl)GOfl (Dl:vaag bekend).
30PóSgenopschietenzich haasten,jachten. ZB (Ktg)SchD (Bns: poage
Bwh/NwkHsdoud;Kwv:oud?;0w;Rns:zelden meer).Anders gezegd: wéren
(Nvt;Ax;Zsg;Bzl;Ha;Hrh;Ndp;Wde;Po)jaogen (Ax;Bzl: loapen jaehen
die ei nog a jacht (Ks)affesere(n) AxZsg;Nwn;Kdk:oud;SchrWdeCol
Scherp); pSStere (Kwd)schoefele (Po)
31Troppenatdrijfnat. ZB (Kb:tropnat).Anders gezegd: sliknat (Bks;Ax;Nz;
Ndp); strontnat (Gde;Sls;Ax;Hk;Zsg;Rtm;Ktg;SchrKg;Bns)strontdeurenat
(Anl);~dwèsdeu nat (Ax)druupdeu(r)nat (Ha;Scherp); waeterdeunat (Mtd);
zjèke-/zeek-/zeik-/zêêkede nat (ZzdjAxjNwnÓsbBzlOdl;Kam;Svn)
32.Prottekolle(n)tegenspreken. Verg, vraag 26. ZVW (Bvt;Zzd); LvA (Ax);
ZVO-zd (Nwn); ZB (Gs;Wdp: geen prottekollen '55r); T (Ovm). Anders ge
zegd: snibbe (Sis); ergewere (Ha); were (j'n eige-) (Po); er tegenin
stuke (Kb)tegenkwekken (Bzl)terugpraete (Ktg); bakkeleië (die doe
graeg -) (Ks). Andere bet. van,of uitdr. met het znw. prottekol:
niemendalletje, flauwekul (Gde;Kpl); oude rommel (b.v.kleren) (Bns;
Anl); paperassen,spullen, (Scherp); ie zat mie de prottekollen de
gebakken peren (Ha).
33Vaolje/faoljelakense doek. ZVW (Sis); LvA (Ax:weinig meer); W (Kdk:
oudtijds naam voor een kledingstuk;0k;Vwp)ZB (Bzl:oud;Gs;Ktg;Kwd
oud;Ndp:oud;Odl:oud;Schr:oud;Wde:oud)T (Ovm;Po:oud?).Volgens Kwd
m'n vaolje= mijn klerenvolgens Ax vaolje= voile van een dameshoed,
volgens Ha faalje= soort sluier,evenals Nwn (vuël of vjulke).
39Prochtklein plaatsje,gehucht. SchD (Bns: proche;0w:onzekerT
(Tnl).Anders gezegd: ucht/uchje (Ax;Nz); hat (Nz;Zsg;Po); klein
plekje (Ha;Ks); deurtrek(je) (Ks;Wsk;Hsd)buurte (Anl); mè'n 'uusje
of wat (Bzl); drie 'uusjes/zeven 'uzen en 'n verkenskot (Bzl;Ha).
35-Doe 't noe algliek: dadelijk,meteen,zonder uitstel. Verg. vraag 17.
ZVW (Adb;Bvt;Nvt;Sls;Zzd)LvA (Zsg); W (Vwp); ZB (Gpol;Gs;Nss;0vz;
Schr:oud;Wdp)NB (Ks:oud); T (0vm;Tnl). Anders gezegd: bots (Gde;
Zzd;Ax;Zsg); gliek (Obg;Zsg;Kpl;Schr;Hsd;Po)glieks (Ax); glieke
(Nss;Wde); gelieke (Tnl;Dl); sommedeen (Nz); sebiet (Nwn;Mdb;Hrh;Ktg)
temet (Bzl); trek (Ktg;Col;Ks;Wsk;Bns;Tnl;Dl)medeêmt (Kwd); doaken
(Ndp:oud)aneens (Scherp); impesantjes/ampesant (AnlDl
36.'t Zit nie kou(w)ster: niet goed,het is niet in,orde. W (Osb: kouser)
ZB Bzlbij ouderenKbKnKplKtgKwdNssOdlOvzSchrWdeNB (Kg;
Ks)T (Po;Tnl: koutseroud?GOfl (Dl).Anders gezegd: zuver (Sis;
Ax)sjuuste (Ax)poter (Ax); pluis (Zsg); da's 'n misse (Sis)
bekaaid (Ktg); prut (Hsd)d'r is kak an de knikker (Hsd); dat zit urn
tooge (=te hooge?(Vwp)Kouster wordt verder genoemd in de uitdr.
die is nie kouster: niet bang (Ha;Hkz;Kwd)?= niet verlegen (Kpl);
niet moeilijk (Ktg).
37Lapskousgerecht van lamsvleesuien en kroten.Geen bevestiging; door
Gs wordt opgemerktdat het een zemansterm is (geen dialect) voor een
als ontbijt gegeten eenpansgerecht van lamsvlees,uien,aardappelen en
rijst.Door Col wordt gemeld: heldersen uspot peeën met juun en
Sórkrappe (of buukspek)door Ks zonder nadere uitleg: uspot
38.Sniksnorrig: met horten en stoten. ZB (Bzl:bij ouderen;Gpol;Ha;Hkz;
HrhKplKtg;Kwd;Ndp:oud;Nss;Odl;Ovz;Schr;WdeWdp??NB (Ks). Anders
gezegd: mie snokken (Nvt;Zsg); mee snokjes (Ax).
11
