en 5 weken malen,omdat deze door een "groote tempeest van wind" was omgewaaid.Vermoedelijk is dit bij de zware storm van 15 december 1575 gebeurd.Kort na de storm werden de restanten afgebroken en binnen de stad gebrachtomdat men vreesde dat deze zouden weg drijven. Later werd het hout per schip naar Bergen op Zoom vervoerd,waar het vermoedelijk gebruikt is voor de nieuwe molen op ide wal. DE STEDEMOLEN Direkt na de ramp met de Zuidmolen besloot de magistraat elders een nieuwe te bouwen.Het was een gelukkige beslissingwant époedig hierna,op 28 april 1576,brandde de molen te Oud-Strijen af. De nieuwe molen werd door Anthonis Jansse uit Bergen oi Zoom gebouwd op een molenberg bij de wal aan de noordwestkant van de stad.Het weitjewaaruit de berg werd gemaaktontving de stad van het Kapittel te Tholen voor 20 schellingen in erfpacht. Het nieuwe maalwerktuig werd te Bergen op Zoom pas klaar gemaakt en met wagens naar Tholen gebracht. Het zal in 1576 zijn gereedgekomen. Huybrecht Gijsbrechtzn. die eerder de Zuidmolen had gepacht,pachtte nu de enige windmolen van de stad.Om deze beter op de wind te kunnen zetten,werd de molenberg in 1577 vergroot.De stad betaalde de molenmaker 700 gulden in 6 termijnen.In 1581/82 werd de laatste termijn betaald. Enige jaren later werkte de metselaar 10 dagen aan de teerlingen(stenen fundamenten) om deze te verho gen mogelijk i.v.m. het verzakken van de nieuwe molen berg,of om de molen een grotere vlucht te kunnen geven. De kap van de molen was met houten schaliën bedekt. In 1602/03 waren er aanzienlijke herstellingen. Een nieuwe as werd aangebracht en twee nieuwe delen werden aan de roeden gezet.Dit maalwerktuig werd bereikbaar gemaakt door de aanleg van het molenpad. Van 1587/88 af moest de stad voor de gebruikte grond jaarlijks 36 schellingen erfpacht betalen. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1985 | | pagina 11