bijgelovigheden;misschien niet de meest aangewezen man om als klankbord voor atavistische zieleroerse- len te fungeren. WILDE JACHT Snoep bracht de hellewagen in verband met de "Duitsch-middeleeuwsche legende van "den wilden Jager",de aanvoerder van het "woedende heir". Onder deze Wilde Jacht verstond men éen in heel noordwest-Europa bekend,door de winterlucht razend dodenleger van Odin/Wodan,welke bende bestond uit de hoofdgod zelf en een sliert gestorvenen die in het graf geen rust konden vinden.De stoet werd ver gezeld door wolfachtige honden en de Walküren of slaggodinnen.Vele stervelingen werden door deze schare van de aarde geplukt en meegevoerd door de lucht.Tijdens het Germaanse Joelfeest,in christe lijke tijden gemarkeerd door kerstmis en drie koningen, vonden extatische i.e. onzedelijke tafe relen plaats die de gedachte aan Wodans demonen- leger levend hielden.Een flauwe echo hiervan zou voortleven in o.a. het "Sinterklazen"-feest op Ameland De boven aangehaaldedoor Snoep opgevoerde mytho logische benadering van uitingen van "volksgeloof" was onder de Nederlandse belangstellenden in fol klore voornamelijk gemeengoed geworden door het werk van de archivaris en folklorist L.Ph.C.van den Bergh (1805-1887) (6),die zeer beïnvloed was door de opvattingen van de gebroeders Grim, Vage verwijzingen naar voorchristelijke tijden hielden lang stand:zo vindt men het herleiden van de helle-, vurige of ijzeren wagen tot de Wilde Jacht ook nog bij Jos. Schrijnen,wiens bekende handboek (7) overigens door de germanist J.de Vries afgedaan werd als een chaotische curiositeitenverzameling (8) In het verzamelwerkje "Vrijdag de dertiende" van S.J.van der Molen (9) wordt de verandering van 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1986 | | pagina 7