Over wat er later op die avond is gebeurd en over wat er is gezegd, lopen de meningen uiteen.Zeker is dat de rijksveldwachters pas ca. 11.45u de pastorie verlaten om naar huis te gaan,vergezeld van veld wachter De Lissine en de in Serooskerke gestatio neerde rijksveldwachter Bukket.Gekomen ter hoogte van de smidse vah Van Hove merkt de veldwachter op dat de deur van de consistorie lijkt open te staan. Bukket gaat Geschiere waarschuwenterwij 1 de ande ren doorlopen naar de consistorie.De deur blijkt gesloten te zijn.Al wachtende bemerken de veldwach ters dat er twee personen op kousevoeten langs de muur van de kerk komen aansluipen.De twee worden staande gehouden en gevraagd wat ze komen doen. De sterke arm krijgt ten antwoord "we komen eens kieken".De twee worden weggestuurd en gewaarschuwd dat er bij een volgende ontmoeting wel eens zou kunnen worden geschoten.Volgens de burgemeester is er geen sprake van dat een van de rijksveldwachters zou hebben gesproken over "voor den kop schieten" en ook niet van dreigen met geweld in de richting van de bezetters van de consistoriede heren P.Tavenier en A.Slabber(13) Op verzoek van de inmiddels gearriveerde Geschiere vraagt Bukket aan de bezetters de ketting met slot en kram terug die ze de maandag daarvoor van de deur hebben afgebroken.Na enig heen en weer gepraat zeggen de bezetters dat pas de andere morgen om acht uur te zullen doen.Majoor De Leeuw was daarmee blijkbaar niet tevreden;hij zou gereageerd hebben met te zeggen: "Wat morgen ochtend om acht uur; dan viel ik liever dood".(14) Daarop wisten de bezetters geen antwoord. Na dit nachtelijk geruzie wordt het de ringpredi- kanten niet toegestaan dienst te houden op de zon dagen 6 en 13 november.Het nieuwe kerkbestuur laat van deze twee weigeringen proces-verbaal opmaken door de burgemeester. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1986 | | pagina 11