18.Meneuvels maeke(n)/maoke(n)gebaren maken. ZVW (Gde: meneuvers,
oud;Sls: meneuvers)LvA (Ax: ma -,meneuvels;Nz)LvH (maneuvels;
Lam/Kt); ZVO-zd (Wdo: meneuvers)W (Kod: verouderd;Rtm)ZB
(Bzl ;Gpol ;Gs;lia ;Kwd Ril ;Schr;Wdp) NB (Col;Kam: drukke gebaren;
Ks;Wsk)SchD (Zn); Phi; T (Mtd;Svn;Tln)GOfl (Dl;Odp: meneuvels;
MdhmeneubelsNtg;Sahtwijfelt).Andere bet.: rare kapriolen
maken Nzsoms;Klz: maneuvers;Ok: rare meneuvels); drukte (Nwn:
maneuvers kattekwaad uithalen (Hsd); raore meneuvels rare
manieren (Svn); meneuvels uut'aele bijzondere dingen doen(Bwh/
Nwk); hevèrlijke meneuvels uut'aelen (Bzl); wat 'n meneuvels
wat een branie (Anl); gin meneuvels geen gezanik (Ha).
Andere uitdr. (verg. vraag 3): fettuten op'ange (Mtd); ie maek
raere fetuten (Ovm); hevèrlijke toernementen uut'aelen (Bzl).
19.Riebezeme(nzitten draaien op zijn stoel. NB (Col).Anders:
vrikkelen (Sis); ergewêêren (Ax); wanteweve(n) (Nz;ZsgBzl;Ha
Scherp); 'n wangtewevere (Mtd); lichtebillen (Bzl); wemele(n)
(HaPo;Odp)remele(n) (Dsr;Hsd;0w;ZnZrAnl;MtdDl;NtgSmd)
'n remelteste(Smd)keren en draaien (Nz); zit te draaien azop
'n bezemstele (Ovm); zit op ijswater(Lam/Kt)zit op kolen
(Lam/Ktdroelen (Kpl);zitte hannesse (Ks);'n dróoikonte(Anl
Smd)droa jgatte (Dl);z'n hat is van toppen'out (Ax).
20.(H)ie (h)ieuw z'n eige(n) g)edoke(n)hij hield zich op de ach
tergrond. ZVW (Gde;Nvt:oud;Sls)LvA (Ax;Nz); LvH (Lam/Kt);
W (Kod); ZB (Gpol;Gs;HaKb;KplKwdverdokeRilsomsSchrWdp)
NB (Col;Kam); SchD (Dsr; bepaald.:uit schuldgevoel); T (Anl;
bepaald.: als iem. bepaald werk niet wil doen;MtdSvn;Tln)
GOfl (Dl). Anders: achteraf (Ax;Nz); achteraf aan (Nwn); achter
aan (Mdh); bleef uut de klemieten (Bzl); uut 't vizier (Ks);
ieuw z'n eige weg (Dl); met diverse vormen van het in alg. ndl.
als s jakes bekend woord voor de herkomst zie V.Dale (1984) en
WNT: stammend nl. van een 17de eeuwse klucht met als hoofdper
soon Sinjoor Jakus (=Jacques Smul): jakkes (Bzl); jacobs (Svn);
sjaaks (Tin); s jaokjes (Dl);sjaokes (Odp;Smd).
21.Der/di is gin spit mi/mie/mee te wennen/wenden: daar is niets
mee te beginnen, W (DobKod;Mdb;0k;Rtm;Wkp)ZB (Bzl;Dw/Ovz;
Gpol;Gs;Ha;IerKb;Kn;KplKtg;KwdRilSchrWdp)SchD (Zr); T
(Ovm;Svn). Anders: 'k wil urn nog nie voor 'aone in m'n 'oender-
kot (Gde); geen (goe(d) garen/gaeren mee te spinnen (Sls;Ax;Nz;
LvH;Ng;AnlMtdDl)geen garen mee te winnen (Sis); die wil nie
steekn of snie'n (Ax)nie mee te steken of te snieen (Zr);
nie mi te gaen of te staen (Po); daor zijn geen 'outen mee te
gooien (LvH); daor is gêên wérk mee te maoken (Klz); gin spêêre
mee te beginnen (Svn); hin/gin rêê(e) mee te schiete(n) (Col;
Phi;Anl;Tln)hien zeee mie te bezeilen (Anl); hin paerd mee te
bezielen (Ks);~zó dwjès as 'n mutten (Lam/Kt; - - as 'n kapmes
Lam/Kt)
34
