teit nauw toezicht op de bouw.In 1632 werden,naar Engels voorbeeld, voor het eerst charters uitgevaardigd voor de bouw der oorlogssche pen: hierin werden de specificaties van alle schepen van bepaalde afmetingen vastgelegd,zodat een zekere uniformiteit in de samenstel ling van de vloot over geheel de Republiek tot stand kwam.Zo vinden we in het Rijksarchief te Middelburg nog vele bestekken terug, waarin nauwkeurig wordt beschreven hoe de schepen gebouwd moesten worden.In enkele gevallen zijn de namen van de aannemers en zelfs de berekende kosten van de bouw hieraan toegevoegd. In de loop van de 17de eeuw heeft de Admiralitiet van Zeeland al tijd een groot deel van de totale vlootproductie voor zijn rekening genomen.De Admiraliteit van Amsterdam was als grootste werf de be langrijkste leverancier van oorlogsschepen,maar Zeeland nam een be langrijke 2de plaats in.Als we de productie van de 17de eeuw vluch tig bekijkenvalt naast het groeiend aantal schepen ook de toene mende grootte der schepen op.In 1616 telde Zeelands grootste oor logsbodem, waarvan er maar 1 was,30 stukken geschut.In 1695 waren er 17 schepen met meer dan 50 stukken,waarvan er zelfs drie 90 tot 96 stukken voerden. De uitbreiding van de haven van Vlissingen.de aanleg van de Zee sluis en van het droogdok,het eerste droogdok op het Europese con tinent, waren belangrijke factoren voor de bevordering van de oor- logsscheepsbouw in Zeeland aan het begin van de 18de eeuw. Toch hadden de enorme krachtsinspanningen van de grote productie in het laatste kwart van de 17de eeuw en de voortdurende oorlogen de Admiraliteit van Zeeland en andere provincies uitgeput. Door de ondergeschiktheid aan de Engelse marine raakte de zeemacht van de Republiek in de 18de eeuw geheel in een dieptepunt,waarbij de Admiraliteit van Zeeland rond 1750 niet meer dan 8 schepen had. De Rrootste.de Middelburg,dateerde zelfs nog uit 1699. Al in 1705 zien we de koopliedenboekhouders,reders,commissievaar- ders en koopvaarders van Zeeland in een gedrukte brief aan de Admiraliteit in Middelburg hun bezorgdheid uitspreken over de zwak te der oorlogsvloothet gebrek aan bescherming en de daaruitvolgen- de neergang van de handel,maar het mocht niet baten. In de eerste helft van de 18de eeuw bouwde de Admiraliteit van Zeeland af en toe nog wat schepen aan,maar in 1749 werd de Vlissingse werf verwoest door een grote brand en 20 jaar lang bleef er alleen één gespaarde loods in gebruik.De aanschaf van oorlogsschepen bleef tot een minium beperkt.Nog éénmaal,vlak voor en tijdens de Vierde Engelse oorlog in 1780,leefde in de gehele Republiek de oorlogs- scheepsbouw weer kortstondig op.Blijkens een rapport uit die tijd bleek de haven van Vlissingen nog zeer bruikbaar en over uitste kende reparatiefaciliteiten te beschikken.Er werden weer schepen gebouwd,maar een productie zoals in de 17de eeuw werd niet meer gehaald.Een kleine 15 jaar later werden de Admiraliteiten door de Bataafse regering opgeheven en vervangen door een centraal bestuur de marine. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1987 | | pagina 18