dat hij maar niemand uitnodigde het examen bij te wonen. (6) Op Walcheren vond een van de eerste ceromonies plaats in Grijpskerke, en wel in 1823. In 1807 was" het onderwijs hier slecht.Het werd wat beter,maar in 1818 gold de onderwijzer A.Wagenaar als een van de slechtste onderwijzers van heel Walcheren.De inspecteur stelde de gouverneur zelfs voor hem te ontslaan want "zolang men niet alleen met hem tevreden was maar het volksvooroordeel tegen het verbeterd onderwijs in al zijn kracht voort duurde, was er niet aan te denken voordracht tot afzetting te doen": deze opmerking typeert de situatie in deze tijd. Ook in 1821 kreeg de inmiddels aangestelde nieuwe meesterJung,nog te horen dat hij op meer medewerking kon rekenen als hij in de oude trant wilde werken.Hij schreef dit aan de inspecteur. (7) Waarschijnlijk deed die zijn invloed gelden.In maart 1823 kon hij tot zijn genoegen het volgende rapporteren: "Grijpskerke 11 maart 1823. M.B.Jung.Onder de beste scholen van het platteland heeft deze den voorrang.Het examen, 't welk ik heden in de zelve gehouden heb,heeft mij in dit goede gevoelen bevestigd. Bij hetzelve waren tegenwoordig de Weledelachtb.Heer PaspoortRaad der stad Middelburg,en de Weledelgeb.Heer G.D.Steengracht met deszelfs zuster,en de schout Krijn Huisman (?),door welke heren tezamen een ge tal van 29 prijzen gegeven waren om in de onderscheiden klassen aan de meestgevorderde leerlingen uit te delen,- alsmede enige andere vrienden van het verbeterde schoolonderwijs zoo van de plaats zelve als van elders daartoe zamengekomen Ten i 11 uur begaven wij ons naar de school en vonden in dezelve ruim 60 leerlingen,in hunne onderscheiden klassen behoorlijk geplaatst. Zoodra wij binnen kwamen hieven enige derzelve een gepast gezang aan, welks inhoud en welluidendheid ons aangenaam verraste. Vervolgens werden de leerlingen bij klassen opgeroepen en door mij in al de delen van het onderwijs onderzochtmet dat gevolg.dat,terwijl het examen meer dan drie uur duurde,het genoegen van al de aanwezigen van ogenblik tot ogenblik klom,en meer dan een zijne verbaasdheid over de vrijmoedigheid,vaardig heid en vorderingen der leerlingen betuigde. Aardig en vlug wisten zelfs de eerstbeginnenden volgens de klankmetho de allerlei woorden op het bord zamengesteld uit te spreken,en terstond uit de letterhoutjesvan welke de school genoegzaam voorzien was,zelve ze zamen te voegen.Nauwkeurig en met den vereischten toonval werd er door zeer velen gelezen en op de vragen over het gelezene geantwoord. Eenige leerlingen der hoogste klasse toonden de onderscheiden rede- deelen.het gebruik der zintekens en de ontleding van korte volzinnen goed te verstaanzelfs toonden er eenige inde Vaderlandsche Geschiedenis aanvankelijk ervaren te zijn.De toonschriften waren zuiver en fraai - en op de vragen over de nieuwe maten en gewichten,munten Rekenkunde werd door menigeen vlug en juist geantwoord. De prijzen vervolgens uitgedeeld zijnde,betuigde ik in eene kort aan spraak (ter aanmoediging-doorgestreept) mijne voldaanheid en het ge noegen van het aanwezige gezelschap.De kinderen zongen bij afwisseling een slotzang,en de onderwijzer besloot de plechtigheid met dankzegging".(7) 4

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1987 | | pagina 6