voor wat betreft het aanmanen
van de bevolking tot het plegen
van onderhoud, maar voor vei
volgactiviteiten moest hij het
stadsbestuur inschakelen.
Pieter Peere Mr. Kuyper
heeft een huis in de Wage—
naarstraat daar hij zijn
winkel inhoudt, die laat
hetzelfde zeer vervallen
onvermindert dat ik hem
diveerse daartoe hebbe
aangemaant om 't zelve wat
te laten repareeren. 14)
1728.Gehoord het rap
port van de burgemeester
Huyssen.en gesien het
berigt van de Schaffer de—
ser stad. afbreken van
een pakhuis op de Rijcken-
dijck, komende aan zijn
woonhuis op de Narek
mits aan de straat een be
hoorlijke muur op te trek
ken. 15)
Uit deze resolutie ziet U waar
al die tuinmuren in Veere van
daan komen. Op deze manier zijn
er, in de ogen van de bevol
king door toedoen van Bommenee
vele huizen afgebroken in de 18
de eeuw. Overigens werden er
ook wel eens nieuwe huizen voor
in de plaats gezet. Bommenee
maakte hiervoor bestekken en
ontwerpen). De huizen werden
wel eens aan derden gegeven met
de verplichting tot nieuwbouw.
Het verbaast U misschien dat de
stad vrijelijk over particulie
re huizen kon beschikken. Dit
hangt echter samen met het feit
dat bij wanbetaling van de'
verponding de huizen met de
grond aan de stad vervielen.
Deze regel bracht echter een
verschijnsel met zich mee dat
ik U niet wil onthouden tenein
de een tijdsbeeld te krijgen.
In de 18de eeuw is er sprake
van een economische teruggang
in Veere, gepaard gaande met
een vermindering van het inwo^
neraantal en een groeiende leeg
stand van de bebouwing. De ei
genaars der huizen verloren
daardoor hun bron van inkomsten
en konden de huizen bovendien
aan de straatstenen niet kwijt.
Het zal duidelijk zijn, dat de
eigenaars in die omstandigheid
niet genegen waren de verpon
ding te betalen. Uiteraard ver
loren zij daardoor hun bezit
aan de stad, maar voordat het
zover kwam sloopten ze alles
van het huis wat maar los of
vast zat, om dat ten eigen ba
te ten gelde te maken. Hierdoor
werd zon huis spoedig een bouw
val, welke ruïne dan aan de
stad verviel. Uiteraard kon
Bommenee dan niet anders
adviseren dan die huizen af te
breken. Dit verschijnsel nam in
het begin der 18de eeuw kenne
lijk dusdanige vormen aan, dat
er in 1719 een publicatie tegen
het bouwvallig maken van huizen
verscheen. In hoeverre het toe
zicht en de publicatie effect
hadden, is niet geheel duide
lijk, maar afdoend waren zij
niet
1726. Dewijl volgens in
spectie van de Schaffer
van deser stad het huys en
erve. en voor de vei
schenen huysschattinge ver
bleven aan de stad.
staat om in te storten.
afgebroken te worden
en dat aan de straat een
muur sal blijven staan van
tien voeten hoog. 16)
1727.De heeren van fi
nantie wederom versogt en
geauthoriseert om de bouw
vallige huysen die aan de
stad sijn vervallen en ee—
nige deformiteit komen te
geven, af t© breken en de
materialen van dien ten
meesten diensten van de
stad en derselver gebouwen
te employeren en gebruyken
wijders de waarschouwinge
22